In het midden van de witte kamer staat een bed. Een verpleegkundige loopt rond om de gebruikte spulletjes op te ruimen. Naast het bed staan twee stoelen waar Appie en Noa plaatsgenomen hebben. Ze kijken bezorgd naar Amber, die niet veel meer kan dan rustig in het bed blijven liggen.
"Hoe voel je je?" vraagt Appie.
Amber probeert zich om te draaien naar de rechterkant van het bed, waar haar vrienden zitten. Het doet behoorlijk pijn. Appie ziet het verbeten gezicht van Amber en zoekt met zijn handen onder de dekens naar haar hand.
"Je hoeft mijn hand niet vast te houden hoor, ik voel het toch niet want er zit gips omheen."
Appie trekt teleurgesteld zijn handen weer terug. Noa glimlacht, want het afsnauwen van Ambers maatje is een goed teken, een teken van herstel.
"En wat zit jij te lachen? Het is heus niet leuk hoor. Ik moet weken met dit stomme gips om mijn arm rondlopen! Als ik überhaupt ooit weer kan lopen!"
Noa probeert een serieus gezicht te trekken.
"Kun je ook kleurtjes kiezen? Misschien hebben ze wel roze? Dan past het bij je kleren," bedoelt Appie goed.
Amber zucht. "Laat maar." Ze draait haar hoofd naar het plafond, maar kreunt pijnlijk.
"Het is beter als je rust houdt," zegt de verpleegkundige, "anders kunnen de duizelingen en de misselijkheid erger worden." Ze loopt naar het bed en trekt het deken goed over Amber heen. "Heb je nog hoofdpijn?"
"Beetje," antwoordt Amber.
"Houd maar rust. De medicijnen zullen zo zijn werk doen. Het is natuurlijk ook niet niks om onder een drilboor terecht te komen. En dan ook nog zulke onvriendelijke bouwvakkers. Gelukkig was Appie er."
Noa kijkt vragend naar Appie, die net doet of hij niks van dit verhaal weet.
"En als er wat is, druk maar op het knopje." De verpleegkundige glimlacht vriendelijk en loopt dan de kamer uit.
Na een tijd wordt de stilte verbroken door Amber: "Sorry voor net...ik ben gewoon een beetje..."
"Boos?" vult Appie in.
"Nee, ik ben..."
"Ongesteld?"
"Appie, laat Amber maar uitpraten," komt Noa ertussen.
"Dankje," gaat Amber verder. Ze zucht, "ik ben gewoon een beetje geschrokken. Een beetje heel erg..." Ze knijpt haar ogen stevig dicht: "ik weet alleen nog maar water en..."
Appie gaat staan en buigt over Amber heen, hij kijkt bezorgd. Een beetje ongemakkelijk aait Appie over Ambers wang. Wonder boven wonder zegt Amber er niets over en laat ze Appie toe. "Het komt goed Ambi Bambi, super Ap gaat door! Voor jou!"
Amber sluit haar ogen en komt tot rust. Waar ze eerst continu moest denken aan het water en aan het ziekenhuis, voelt ze zich nu meer op haar gemak. Ze haalt diep adem en opent haar ogen kort om naar de beste super Ap van de wereld te kijken. "Dankje," zegt ze fluisterend. Ze sluit haar ogen opnieuw.
Na een tijdje merkt Appie dat Amber in slaap gevallen is. Hij aait door haar haren en geeft haar een zachte kus op het wang. Op dat moment raakt Appie onder de indruk van het gevoel wat door zijn lijf stroomt. Het is alsof een warm gevoel zijn glimlach-en-twinkelende-ogen-stand aanzet. Appie kan er niets aan veranderen. Gelukkig ook maar. Hij is bereid om alles, maar dan ook alles voor dit gevoel te doen. Hij knijpt in zijn spierballen en concludeert dat hij de hele wereld aankan.
Wanneer het gevoel langzaam minder wordt draait Appie zich om om naar buiten te gaan. "Noa?" De plek waar Noa zat is leeg. Snel stormt Appie door de deur naar buiten, waar hij Nienke en Fabian tegen het lijf loopt. "Hebben jullie Noa gezien?"
"Ze ging net naar de wc,"antwoordt Nienke. "Hoe gaat het met Amber?"
Appie glimlacht wanneer hij Nienke Amber's naam hoort zeggen."Goed, ze slaapt," zegt hij.
Als ook Fabian en Nienke bij Amber zijn geweest, gaan ze weer naar huis. Appie heeft nog voorgesteld of hij niet beter in het ziekenhuis kon blijven slapen, maar Amber had dat aanbod afgewezen.
"Is Noa nu nog niet terug?" vraagt Nienke.
Appie schudt met zijn hoofd en trekt zijn schouders op.
"Ik ga even kijken," zegt Nienke tegen de jongens, "blijven jullie anders hier maar." Ze loopt naar de wc's aan het eind van de gang. In de ruimte zijn drie deuren voor de wc's. "Noa?" vraagt Nienke. Ze krijgt geen antwoord. Nienke bekijkt de deursloten en ziet dat twee wc's open zijn, de laatste zit op slot. "Noa? Zit je hier?" Ze klopt op de gesloten deur. Opnieuw krijgt ze geen antwoord. Ze loopt onrustig heen en weer om te bedenken waar Noa kan zijn.
"Ik kom..zo," piept een stem.
"Noa! Zit je hier toch?"
"Ik kom eraan."
Dan hoort Nienke zachtjes gesnik. "Ben je oke?"
"Ja, ja ben wel oke."
Nienke wacht. Ze gaat tegen de muur leunen en bestudeert haar voeten. "Moest je aan Jeroen denken?"
Op dat moment komt Noa naar buiten. Ze veegt met haar mouwen een paar tranen weg. "Het gaat wel weer."
"Ik snap het wel hoor. Je hoeft je niet te schamen als het even niet gaat. Toen Fabian weg was wilde ik soms ook graag alleen zijn. Dat is niet erg."
Noa loopt naar de wasbak en veegt de uitgelopen make-up zo goed mogelijk weg, zonder een woord te zeggen.
Nienke wacht tevergeefs op een reactie, dus gaat naast haar vriendin staan. Ze kijkt kort in de spiegel en draait zich dan naar Noa. "Je kunt altijd naar ons toekomen hè? Dat weet je toch?"
Noa zucht. Er rolt een traan over haar wang, waardoor ze opnieuw haar gezicht af moet vegen. Ze bekijkt haar rode ogen in de spiegel. Door het vegen wordt het er niet beter op.
"We gaan Jeroen zo snel mogelijk vinden, zegt Nienke vastbesloten. "Echt waar." Ze zoekt oogcontact met Noa en probeert overtuigend over te komen. De club heeft altijd alles overwonnen, ook al was het zwaar en duurde het lang. Ze moeten dus vertrouwen hebben in een goede afloop.
Noa buigt meer voorover naar de spiegel en draait een zich weg van Nienke.
"Zullen we dan zo maar gaan?" probeert Nienke.
Noa zakt in elkaar en zucht. "Weet je wat het is?" zegt ze verdrietig. "Ik bedacht.., ik bedacht me..." Ze veegt opnieuw door haar rode ogen.
"Wat bedacht je je?"
Noa zet haar handen op de wastafel zoekend naar steun. Ze staart in gedachten naar de grond en kijkt dan ernstig naar Nienke. Na een paar seconden vindt ze de kracht om het te zeggen: "Al het kwaad komt terug, volgens Sjoe. We hebben al iets vernomen van Wolf en Vera..," ze schraapt haar keel. "in de tijd van de graal was er nog iemand die voor het kwaad werkte..."
Nienke schudt onbegrijpend haar hoofd en trilt met haar voet.
Noa kijkt naar de grond. Haart hart tikt als een malle.
"Wie bedoel je Noa?" Nienke heeft het nu niet meer, ze pakt de handen van haar wc-metgezel.
Noa kijkt weg: "Jeroen."

JE LEEST
De Vergelding Van Sjoe - Het Huis Anubis
FanfictionZeven jaar na de gebeurtenissen in het huis wordt Trudie ziek. Wanneer Nienke niets kan vinden als dokter, ontdekt ze samen met Fabian een geheim teken. Ze besluiten de rest in te schakelen. Ook Appie, Amber, Noa en Jeroen geloven hun ogen niet als...