2.

140 13 3
                                    

Ik werd wakker door de zonnestralen die door mijn gordijnen schenen. Het was mijn eerste schooldag, sinds ooit. Ik had vroeger altijd les van mijn vader gehad, omdat ik niet naar school mocht, het was te gevaarlijk. Onzin natuurlijk, hij wilde gewoon niet dat ik andere mensen ontmoette die niet goed voor me waren. Het was altijd het zelfde gezeur. "Nee Diana, school is veel te gevaarlijk" "Nee, ik houd van je, en omdat ik van je houdt wil ik dat je thuis blijft." Ik had nooit vrienden gehad en zat altijd alleen op mijn kamer met mijn poppen te spelen. Totdat ik zeventien jaar werd.

~1855~

'Maar moeder,' 'Nee Diana, je blijft hier in huis, het is veel te gevaarlijk daar buiten, punt uit!' Met dat liep mijn moeder weg. 'Maar moeder, vandaag is het mijn zeventiende verjaardag en ik ben nog nooit, in al mijn zeventien jaren, maar één stap buiten het hek geweest! Ik wil hier weg!' Zeurde ik nog verder, maar mijn moeder negeerde me en liep gewoon verder. Ik zuchtte en liep naar mijn kamer, ik mag ook nooit iets.

Na een uur getekend te hebben, die poppen waren toch echt wel te kinderachtig, kwam mijn moeder binnen. 'Diana, omdat je nu zeventien jaar bent, mag je heel even naar buiten. Wees voor het donker terug, anders geven we je deze kans nooit meer.' Ik sprong op van de woorden van mijn moeder en liep regelrecht de voordeur uit.

En toen, niet veel later, kwam ik die man tegen.

~Heden~

Ik vul mijn watertobbe met water en stap er in, ik was me en als ik klaar ben, loop ik naar mijn kleding kast. Op zich verschild het nu niet zoveel met in 1855, toen moest je ook in de tobbe om je schoon te maken. Maar er zijn ook zoveel dingen anders, er zijn geweren, er is geen fatsoenlijke kleding en er is elektriciteit, iets wat ik nooit zal snappen. Ik trek een zwarte broek aan en een roze shirt, daaronder doe ik een hemd. Ik denk dat ik er best nieuw uitzie, maar dat zal snel veranderen. Ik loop naar buiten en kijk naar de zon, het is ongeveer half zeven, om zeven uur gaat de school open en dan moet ik alle mensen er van overtuigen dat ik hier al die tijd al op school zat.

Ik ren snel naar het hek, ik moet mijn kleding vies krijgen voordat ik naar school ga, anders zie ik er verdacht nieuw uit. Ik loop naar een stuk waar veel modder is en doe wat op mijn shirt en broek, dat ziet er al een stuk beter uit dan mijn nieuwe kleding. Als ik eindelijk klaar ben met het vies maken van mijn kleding ren ik naar het hek en dan meteen door naar school. Als ik binnen kom, zijn alle ogen meteen op mij gericht. Ben ik soms té vies, ach ja het boeit me niet en ik loop naar mijn eerste les. Normaal zou ik naar de receptie moeten, maar ik heb mijn rooster al op de computer bij het gerechtsgebouw gezien.

Ik loop mijn eerste les in en weer zijn alle ogen op mij gericht, inclusief die van de docent. 'Hallo? Wie ben jij?' vraagt de docent een beetje wantrouwig. 'Hallo, ik ben Elena Wright en ik ben nieuw hier.' Antwoord ik. 'En waarom kom je dan halverwege het jaar nieuw en niet meteen in het begin?' Omdat ik een vampier ben en ik kan alles 'Omdat mijn ouders toen zijn omgekomen bij het mijnongeluk en ik moest toen mijn best doen om alles op orde te krijgen. En ik had altijd thuis les, maar dat kan nu niet meer, dus ja, nu ben ik hier..' 'Oké Elena, ga maar zitten waar je wilt, ik ben je begeleidende docent.' Zegt de docent rustig en hij wijst naar een stoel en tafel die helemaal versleten zijn, gelukkig zit ik wel alleen. 'Dan ga ik nu beginnen met de les, zoals jullie weten komt de boete er weer aan,' shit helemaal vergeten, 'dus ik ga jullie voorbereiden. Als je wordt getrokken bij de boete moet je naar het capitool, daar wordt je getraind en dan ga je naar de arena, daar vecht voor je leven. Als het goed is zijn jullie allemaal zeventien dus jullie doen sowieso 32 keer mee in de boete, je kan meerdere keren meedoen, dan krijg je als vergoeding iedere maand eten.' Zo gaat de les door, met allemaal uitleg over de boete, hongerspelen en daarna, als je levend terug komt of dood...

De dag is bijna voorbij en ik zit nu bij geschiedenis, dat ook wordt gegeven door mijn begeleidende docent. 'Vandaag gaan we het hebben over de stichters van dit dorp, in 1837, toen men nog geen hongerspelen had en alles normaal was.' Begint de docent de les. 'Ik ga eerst wat vertellen over de stichters en dan krijgen jullie een opdracht.' Alle leerlingen zuchten, maar ik ga extra rechtop zitten, ik wil wel horen wat ze over mijn familie te vertellen hebben, en al helemaal over mij. 'De stichters kwamen hier, na een lange reis uit het zuiden, met z'n twintigen aan. De burgemeester en zijn vrouw, van het dorp waar ze vandaan kwamen, werden hier ook de baas. Op de plek waar nu het gerechtsgebouw staat, stond toen hun oude huis, met een erg grote tuin.' Tot nu toe is alles waar. 'In 1838 kregen burgemeester Marshall en zijn vrouw een dochter, Diana Marshall, zij zou een grote rol in onze geschiedenis gespeelt hebben, als het iets anders was gegaan' Ik krijg een brok in mijn keel, waarom heb ik zo'n grote rol gespeeld? Zou ik nu eindelijk antwoorden krijgen die ik toen niet kreeg? 'Diana Marshall kreeg thuis les en heeft nooit iets van de wereld kunnen zien, tot grote ergernis van haar. Ze had nooit vrienden en kon alleen maar alles kwijt in haar dagboek, die later terug is gevonden.' Hebben ze mijn dagboek gevonden? Die had ik zo goed verstopt dat niemand hem ooit terug zal vinden. 'Diana kon goed tekenen en ze heeft er voor gezorgd dat we veel meer over het uiterlijk van mensen uit die tijd weten, onder andere haar uiterlijk.' De blik van de man blijft heel even bij mij hangen, maar dan gaat hij weer door met vertellen. 'Toen Diana in 1855 zeventien jaar werd had ze een ruzie met haar moeder, omdat Diana nu echt de behoefte had om naar buiten te gaan. Toen Diana dat niet mocht, is ze naar haar kamer gegaan en heeft er over geschreven en getekend. Later die dag mocht Diana, op één of andere manier toch het huis uit. Ze moest voor het donker thuis zijn, maar ze is nooit terug gekomen. 's Avonds is er een zoekactie geweest,' dat wist ik niet, 'en die heeft Diana gevonden, ze lag onder een boom met haar buik helemaal opengebeten, tot op de dag van vandaag weten we niet hoe Diana dood is gegaan, maar men vermoed dat het een dier was.' De docent moet even op adem komen en er gaat geroesemoes door het lokaal, zoals: 'wat vreselijk' 'Hoe kan dat nou gebeuren?'. 'Zijn er nog vragen? Anders ga ik weer verder met mijn verhaal. Meteen steek ik mijn hand op, want ik weet nog steeds niet waarom ik zo belangrijk was. 'Ja, Elena?' 'Waarom was ik..' ik besef wat ik zeg en hoest er snel doorheen. 'Waarom was Diana Marshall zo belangrijk als de geschiedenis iets anders was gelopen?' vraag ik. 'Hele goede vraag! Dat was ik bijna vergeten te zeggen.' Antwoord de man opgewekt. 'Als Diana toen niet was gestorven, was ze de opvolgster van haar vader geworden. En dan ga ik meteen verder met het andere verhaal, want anders snappen jullie dit niet. Een week nadat Diana gestorven was, was er een aanslag op de burgemeester en zijn vrouw, ze zijn vermoordt door waarschijnlijk het zelfde beest als dat Diana vermoorde. Als Diana toen niet naar buiten was gegaan, had het beest niet geweten dat er mensen in de buurt waren en had het nooit de burgemeester en zijn vrouw vermoordt. Het burgermeesterschap werd opgevolgd door Lucius Snow, de voorvader van president Snow. Als Diana toen niet was gestorven, was er nooit oorlog geweest en was er nu geen hongerspelen.' Dus door mij is alles hier verpest? Zijn verhaal klopt wel helemaal, maar één ding is niet duidelijk. Ik steek weer mijn hand op om iets te vragen en krijg weer de beurt. 'Hoe weet u dit allemaal? Alles wat vroeger was, is strikt geheim om te delen.' 'Je bent wel erg nieuwsgierig met dit onderwerp, maar ik zal het vertellen. Ik heb zelf onderzoek gedaan naar de stichters, ik heb alle logboeken van de burgemeester door gelezen, de dagboeken van Diana en zelfs het laatste dagboek, die vorig jaar is gevonden tussen de muren van het gerechtsgebouw. Ik vind dat jullie net zoveel mogen weten als dat ik weet en jullie krijgen daar nu een opdracht over. Ik heb een tekening gekopieerd uit het dagboek van Diana en ik wil dat jullie heel aandachtig gaan kijken hoe mensen er in die tijd uitzagen. Jullie zullen verbaast zijn over hoe mooi en gedetailleerd Diana kon tekenen. En ik denk dat de jongens zullen zien dat niet alle vrouwen in die tijd lelijk waren. Elena wil jij de blaadjes uitdelen?' De docent geeft me de blaadjes en ik kijk naar de tekening, dat ben ik! Ik kon inderdaad wel mooi tekenen. 'Hebben jullie nog vragen?' vraagt de docent en ik bedenk me iets. Ik steek mijn hand omhoog en ik krijg de beurt. 'Wat denkt u dat Diana gedood heeft?' Ik voel me zo dom, ik had dat dagboek mee moeten nemen nadat ik had ingebroken thuis na mijn dood. Ik had er in geschreven na mijn dood, ik had verteld wat er gebeurd was en wat ik was. En nu hij het heeft gelezen, weet hij vast ook wat ik was. 'Wat ik denk dat het was? Jullie moeten niet raar op gaan kijken, maar Diana heeft nog in haar dagboek geschreven na haar dood. Ze had geschreven wat er gebeurt was en ik denk...' het valt stil in de klas, 'ik denk dat een vampier haar heeft gedood.'

My Vampire GamesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu