Ik loop door het bos. Dit is namelijk de kortste weg naar school. Ik loop Niet diep. Want ze zeggen dat diep in het bos een monster woont. Ik geloof niet in sprookjes. Maar een man heeft een meisje het bos in zien rennen. Hij wilde haar tegen houden maar ze luisterde niet. Hij hoorde na een tijdje een ijselijke gil. Hij durfde niet te gaan kijken vanwege het beest. Het meisje is nooit meer gezien... Daarom ga ik nooit diep het bos in. Ik loop altijd lans de rand. Ik vertrouw het gewoon niet... (Als je wil weten wat er dan gebeurt moet je mijn boek gaan lezen! Er is trouwens een deel 1 van dit boek: Nobody is There. Als je het beter wilt begrijpen zou ik dat boek eerst lezen. Ik heb momenteel problemen met de WiFi dus die hoofdstukken van dat andere boek komen nog. Dus eigenlijk is het boek al af, alleen de hoofdstukken moeten er nog bij.)