“En als ik niet wil blijven?”
De woorden zijn over mijn lippen gegleden. Als automatisch.
Tranen zijn opgedroogd, waardoor de wind nog kouder voelt dan voorheen. Koud maar bijna kalmerend.
Mijn ogen sluit ik maar open ik weer wanneer ik twee handen op mijn schouders voel.
Twee handen die me naar achteren trekken.
“Ik zal er voor zorgen dat je wilt blijven.”
De woorden klinken mooi, maar te mooi om waar te zijn.
JE LEEST
Spring
Short StoryWel. Niet. Wel. Niet. Misschien? Ik weet het wel. Ik weet het niet. Ik weet het wel. Ik weet het niet. Ik weet het misschien? Zwart. Wit. Zwart. Wit. Grijs? Boven. Beneden. Boven. Beneden. Ertussen in? Of zijn er geen drie keuzes? Wat als je een ke...