De bovenkant van een hoog gebouw vult mijn uitzicht.
Wanneer ik naar beneden kijk is mijn uitzicht veranderd in een zee van lichtjes die om een weg heen staan gepositioneerd. Auto’s die voorbij komen en weer gaan. Mensen die vanaf hier lijken op nietige wezentjes.
Net zo nietig als ik ben. Niets waard. Helemaal niets.
Voetstappen zorgen ervoor dat ik dichter en dichter kom bij de rand. Mijn tenen gaan er net niet overheen. Angst overvalt me.
Hoogtevrees.
Dat was ik vergeten.
Mijn ogen sluit ik om het niet te zien. Het niet kunnen zien en het niet hoeven. Beeld me in dat het er niet is. Die hoogte. Probeer me in te beelden dat de leegte er niet is.
Maar die blijft er.

JE LEEST
Spring
Short StoryWel. Niet. Wel. Niet. Misschien? Ik weet het wel. Ik weet het niet. Ik weet het wel. Ik weet het niet. Ik weet het misschien? Zwart. Wit. Zwart. Wit. Grijs? Boven. Beneden. Boven. Beneden. Ertussen in? Of zijn er geen drie keuzes? Wat als je een ke...