H2 ~ Raak me niet aan.

340 20 21
                                    

Ik greep mijn rokken bij elkaar en stormde de wenteltrap op. Terwijl ik de dubbele deur naar de troonzaal openduwde, trok ik snel mijn cape over mijn hoofd. Meteen werd ik door twee paar ogen aangestaard.

De koning en mijn prins.

Ik bekeek hem grondig en begon zachtjes te lachen. Was hij soms de zoveelste die dacht dat ik gewoon ontdooid moest worden voordat ik het liefste meisje ooit zou worden?

Helaas, sprookjes bestaan niet..

Hoewel, eerlijk gezegd zag hij er niet slecht uit.

Hij zag er eerder uit zoals elke prins er zou moeten uitzien.

Kort blond haar en felblauwe ogen..

Ik knipperde met mijn ogen en merkte dat hij me ook aanstaarde. Onverschillig stak ik mijn hand uit.

"Amalia Amarantha Gloriana di Ortheria, ook wel Amalia genoemd."

Ik zag dat hij afwezig zijn eigen naam mompelde en nadenkend naar mijn cape bleef staren.

Eigenlijk snapte ik dit hele gedoe niet. Het prinses-zijn beviel me niet. Het liefst zat ik in mijn eigen kamer, omringd door de stilte, maar nu werd ik gedwongen om met Edward te trouwen. Het verwonderde me dat hij er niet tegenin was gegaan. Zijn ouders konden toch wel iemand anders zoeken? Niet dat hij mij iets kon schelen, ik wou gewoon alleen blijven.

Ik deed geen enkele moeite om de geladen stilte te doorbreken en keek verveeld om me heen. De troonzaal was nog niet zo lang geleden gerestaureerd, maar voordien vond ik het mooier. De afbrokkelende stukjes steen, de schimmelplekken op het plafond, de knarsende deuren..

Allemaal waren ze verdwenen. Het plafond zag er opnieuw uit zoals het een paar honderd jaar geleden eruit moest hebben gezien. Ook de brede zuilen werden aangepakt. De meeste waren gebarsten, waardoor er nu volledig nieuwe stonden.

En dit alles stond me niet aan.

Het was te.. nja, te deftig?

Gelukkig had ik nog mijn eigen vleugel. Niemand, buiten mijn bediendes, mocht dat deel van het kasteel betreden. Zelfs mijn ouders kwamen daar niet. Mijn moeder kon de zwarte spullen en muizen niet uitstaan, terwijl mijn vader, de koning, bang was van de spinnen.

Ik rolde met mijn ogen en een flard van het gesprek werd opgevangen door mijn oren.

"... laat ik jullie alleen, zodat je elkaar beter kunt leren kennen."

Met samengeknepen ogen keek ik de koning aan. Was het de bedoeling dat ik lekker vriendelijk zou doen? Snuivend zag ik hoe hij zijn stoel achteruit schoof en statig weg marcheerde.

Zonder iets te zeggen keek ik naar mijn toekomstige prins. Hij had rode vlekken op zijn hals en keek nerveus om zich heen. Toen hij merkte dat ik hem in stilte aanstaarde, wachtend op wat hij zou zeggen, vermande Edward zichzelf.

"Amalia."

Mijn speelse kant kreeg de neiging om 'Edward' terug te zeggen. Ontevreden fronste ik mijn wenkbrauwen. Sinds wanneer had ik die kant?

Ik antwoordde niet en keek hem met een vleugje ongeduld aan. Zijn hals werd iets roder en ik hoorde zijn vingers op de tafel tikken.

"Zoals je misschien gemerkt hebt, heb je niet echt veel huwelijksaanzoeken gekregen. Je ouders werden zelfs wanhopig, omdat je hun enigste kind bent en hen dus later gaat opvolgen. Zelfs tot in mijn eigen koninkrijk zijn er verhalen over jouw mysterieus leven bekend."

Hij boog zich iets naar me toe in een poging om vertrouwelijk over te komen, wat mislukte. Het enige dat Edward bereikte, was dat ik me iets terugtrok.

Faceless princessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu