Zenuwachtig ga ik bij de klas staan. Ik ben echt bang dat de jongens me 1 van deze dagen gaan laten vallen en dat ik er dan alleen voor sta. Ik weet niet eens of we eigenlijk vrienden zijn. Ik denk het? Ze komen wel elke keer voor me op en Milo heeft zelfs mijn hand al 2 keer vastgehouden. Dat doe je toch niet als je geen vrienden bent? Ik weet het niet. Ik zucht. Ik ben zo zenuwachtig. Ik heb zo'n heimwee en ik kan niet eens vertellen waarna ik heimwee heb. Mijn ouders spreek ik geeneens vaak en mijn oudste broer is uit huis. Mijn jongste broertje zit in de jeugdzorg en mijn middelste haat ik. Ofwel Jesse. Ik denk dat ik gewoon heimwee heb naar mijn vertrouwde kamer. Ik kijk wat zenuwachtig rond met mijn sporttas in mijn hand. Opeens zie ik de jongens aan komen lopen. Ze lachen en praten wat. Ze hebben mij nog niet opgemerkt. Ik slik en laat mijn hoofd hangen. Misschien had ik gelijk. Misschien zagen ze deze dagen wel niet zoals ik ze zag. Ik dacht echt dat ik eindelijk vrienden had gemaakt. Ik zucht en loop weg. Misschien zal ik wel nooit genoeg zijn. Waarom dacht ik überhaupt dat ze mij leuk zouden vinden? Wat is er leuk aan mij? Niks. Ik loop met dertig graden in hoodies en lange broeken. Ik snijd mezelf. Ik brand mezelf. Ik haat mezelf. Ik denk overal teveel over na. Ik ben mentaal onstabiel. Ik ben zo'n typische eenling en word zenuwachtig van mensen. Ik hecht me te snel aan mensen en word jaloers als ze met anderen omgaan. Ik claim anderen en ik snap dat ze dat niet fijn vinden, maar ik kan er niks aan doen. Ik ben ook maar een mens. Ik wil ook graag een maatje; Iemand die er altijd voor je is en om je geeft. Iemand waarop je altijd terug kan vallen als het slecht gaat. En ik weet dat ik dat niet heb, maar ik zou wel graag zo'n iemand in mijn leven willen hebben. Ik weet dat vrienden niet aan komen vliegen, hoe graag ik dat ook gewild had. Ik zal er zelf ook wat voor moeten doen, maar ik weet niet wat. Iedereen heeft altijd gelijk een vooroordeel over je, vooral over mij. Ergens hoop ik gewoon dat het nog goed zit tussen mij en de jongens..
Ik staar nu ongeveer al 10 minuten naar de grond. 'Instappen!' hoor ik. Ik kijk op en volg iedereen de bus in. Oké, ik sta er alleen voor dus.. Ik zucht en loop naar achter, als ik opeens op Iemands schoot word getrokken. Ik schrik en zie Milo lachen. 'Wat dacht jij nou? Dat je alleen ging zitten?' vraagt hij. Ik knik klein en stap van zijn schoot, waarna ik naast hem ga zitten. Ik kijk uit het raam. 'Ow Matt, echt niet. Ik laat jou niet alleen zitten', zegt Milo en wrijft over mijn been. Ik glimlach. Ik zet mijn sporttas voor me op de grond. 'Wat heb je allemaal meegenomen?' vraagt Milo. 'Gewoon de standaard dingen', zeg ik en speel wat met mijn vingers. 'Geen dingen om je mee te vermaken?' vraagt hij. Ik kijk hem met grote ogen aan, 'Nee, tuurlijk niet', lichtelijk geschrokken antwoord ik. Milo zucht en schiet in de lach, 'Ik bedoelde dat normaal, gekkie.' Ik knik verbaasd, lichtjes beschaamd. 'Oh nouja, een boek', mompel ik. Hij knikt, 'Mag ik zien?' Ik slik, maar knik en open mijn mijn tas. Ik haal het boek eruit en geef het hem aan. Hij bekijkt het even. 'Waar gaat het over?' vraagt hij dan. Ik staar even naar mijn voeten. 'O-over een jongen', mompel ik. 'En wat is er met die jongen? Wat maakt het boek bijzonder of nouja, interessant, om te lezen', zegt Milo. 'Nou, die jongen struggelt gewoon met dingen, nahja, niet heel bijzonder', zeg ik en trek het boek uit zijn handen, als ik zie dat hij de achterkant wilt lezen. 'Schaam je je? Dat moet je niet doen hoor.' zegt Milo. 'Ik wil gewoon niet- dat je me raar gaat vinden ofzo', mompel ik en gooi het boek in mijn tas. 'Ik zal je niet raar vinden', zegt Milo. Hij wrijft over mijn been. 'Zeker?' ik kijk hem onzeker aan vanonder mijn wimpers. "Zeker." Ik geef hem het boek weer. Ik zie hem nu ook de cover beter bekijken. Ik slik en blijf hem onzeker aankijken. Het boek heet 'The end' en het verhaallijn is best deprimerend. Het gaat over een jongen genaamd Vito. Hij struggelt met depressie en doet aan sh. Het gaat steeds slechter en slechter met hem, tot hij op de ict beland door een poging tot zelfmoord. Verder ben ik nog niet gekomen. Ik ben bang wat Milo ervan zou denken. 'Jezus, wat een heftig verhaal Matt', zegt hij dan. Ik knik en houd me stil. 'Gaat het ook zo slecht met jou?' vraagt hij dan. Ik kijk hem geschrokken aan, maar slik dan. 'N-nee. Nee dat denk ik niet', mompel ik. Milo legt het boek weer in mijn tas en knuffelt me. 'Ik wil niet dat het slecht met jou gaat', zegt hij dan zachtjes en drukt zijn gezicht in mijn trui. Ik sla mijn armen twijfelend om hem heen en streel zijn rug. 'Ik ook niet', antwoord ik zuchtend. Zo zitten we even. 'Ik lig wel lekker eigenlijk', lacht Milo dan. Ik grinnik. Hij komt omhoog en gaat weer goed zitten. Ik kijk hem even aan. Ik besef me nu dat hij echt een kop groter dan mij is. 'Miel, heb jij kauwgompie?' hoor ik dan. 'Mhm, dat denk ik wel Rob', antwoord Milo en pakt een bakje met kauwgom uit zijn tas. Hij geeft die aan Rob. Na even krijgt hij het bakje terug en stopt zelf ook een kauwgompje in zijn mond. Hij houdt het bakje voor mijn neus, maar ik schud mijn hoofd. Hij knikt en drukt de deksel dicht. Ik wrijf in mijn ogen en kijk naar hoe het landschap langs me trekt. Ik word er moe van. Langzaam dommel ik in slaap.
Pov Milo:
Een hoofd valt op mijn schouder. Ik kijk op en zie Matthy liggen. Hij is in slaap gevallen. Ik glimlach en sla een arm om hem heen. Ik streel zijn heup en bekijk hem. Hij is zo mooi. Zo ontzettend mooi. Zijn lichaam zal vast ook ontzettend mooi zijn. Ik begin me in te beelden hoe hij eruit zal zien zonder kleren. Ik voel hoe daar beneden iets begint te groeien. Ja shit zooi. Ik probeer de gedachte van me af te schudden. 'Robbie, Robbie', sis ik. Ik zie hem zich omdraaien. 'Praat, nu', zeg ik. 'Oh eh ik- ah ja voetbal. Je weet wel eh die Xavi Simons. Ja. Nou das echt top speler man. Psv in 't algemeen, je weet wel', lult hij. Ik kijk hem verveeld aan, maar ben gelukkig wel op andere gedachten. Robbie lacht, 'Waar was dit voor nodig eigenlijk?' Ik wenk richting Matthy, 'Ik was geil' Robbie trekt zijn wenkbrauw op, 'Door hem? Sinds wanneer val jij op-' Ik kijk hem geïrriteerd aan. 'Oh, sorry', zegt hij, 'Maar ik support je, serieus' Ik knik en lach. Hij draait zich weer om. Ik zucht en kijk naar de jongen die nog steeds slaapt. De rit duurt best lang, maar volgens mij zitten we al ongeveer op 3 kwart van de rit. Ik neurie zachtjes, terwijl ik wat naar het plafond staar. Ik voel Matthy wat bewegen. Ik kijk op. Hij rekt zich met gesloten ogen uit, waarna hij zijn arm om me heen slaat. Ik glimlach. Na even word hij wel wakker. 'Hey Matt', zeg ik zachtjes. Hij schrikt op en komt omhoog. 'Hey, sorry', zegt hij. Ik schud lachend mijn hoofd. 'Het is oké. Kom eens gauw terug jij', lach ik. Hij grinnikt en legt zijn hoofd weer neer. Ik leg mijn hand weer in zijn heup. 'Jonge Milo, hoe lang nog?' hoor ik achter me. Ik kijk op richting Koen. 'Kwartiertje ofzo', zeg ik. Koen kreunt, waardoor ik lach. Het duurt hem allemaal te lang en dat snap ik, want het duurt ook echt lang.
Na even komt de bus tot stilstand. Matthy kijkt op en pakt zijn tas. We staan op en lopen richting de uitgang. Matthy heeft mijn arm gepakt om me niet kwijt te raken. Ik zie hoe Robbie Matthy nu ook vast pakt. Het is druk en we willen graag bij elkaar blijven. Eenmaal buiten kijken we rond voor Raoul en Koen. 'He he, daar zijn jullie', hoor ik dan. Ik lach en draai me om, 'Hallo Koen' Hij lacht. Raoul komt nu ook aanlopen. We volgen iedereen richting het huis. 'Ben benieuwd naar de kamers', zeg ik dan. Robbie knikt, 'Ik ook' We lopen naar binnen, waar de mentor begint te praten. 'Op de deur hangt een briefje met de namen. Als jouw naam daarop staat, is dat dus jouw kamer', legt hij uit. We knikken. "Dan mogen jullie nu naar jullie kamer. Over een half uur verzamelen we hier"
JE LEEST
Scars // Bankzitters [VOLTOOID]
Fanfiction🦋~Matthy x Milo~🦋 Matthyas, een jongen die al een tijdje aan zelfbeschadiging doet, moet wisselen van klas, omdat hij een lager niveau moet doen. Midden in het schooljaar naar een andere klas moeten, komt als een klap voor hem binnen. --- Geschrev...