Als ik zie wie mijn schouder vasthoudt, raak ik mogelijk nog geïrriteerder dan ik al was.
'Wat wil je Malfidus?' vraag ik luid.
'Ik wil even met je praten' roept hij terug. Doordat de regen zo luid is, horen we elkaar bijna niet.
'Kan dat later niet? Ik zou graag niet nog natter zijn dan ik al ben' zeg ik.
'Je kan ook bij ons komen zitten. Wij zitten in de volgende koets' stelt Malfidus voor. Liefs zou ik niet bij hem zitten, maar ik wil ook graag zo snel mogelijk onder een dak zitten.
'Wie is we?' vraag ik dan maar.
'Ik, Korzel en Kwast' zegt hij.
'Wie zijn Korzel en Kwast?' vraag ik.
'Ze stonden daarjuist bij me. Je weet wel, toen ik jullie coupé inkwam' zegt Malfidus.
'Al goed. Ik kom al' zeg ik. Als we bij de koetsen aankomen, probeert Malfidus Artemis' kooi vast te houden zodat ik zou kunnen instappen, maar Artemis begint schel te krassen.
'Rustig maar Artemis' sus ik haar. Ze kalmeert en Malfidus helpt me de koets in.
'Dank je' zeg ik. Ik neem mijn natte haren samen en wring het water er een beetje uit. Wat wel een liter water lijkt, komt op de vloer terecht. Als mijn haar al zo nat is, hoeveel water heeft mijn kleding dan wel niet geabsorbeerd? Ik kijk naar Malfidus, die naast me komen zitten is.
'Je wou met me praten?' zeg ik.
'Ja, waarom zat je bij hén?' vraagt hij zacht.
'Dat heb ik toch al gezegd? De andere coupés waren al vol' zeg ik.
'Ik weet dat je liegt. Er waren nog andere coupés die minder vol waren' zegt Malfidus. Ik kan moeilijk zeggen dat ik bij hen ging zitten om hem te vermijden, dus wat kan ik zeggen?
'Verder dan die coupé raakte ik niet, de trein begon met rijden en het is niet zo eenvoudig om met een uilenkooi en een hutkoffer door een rijdende trein te gaan.
'Je had een coupé verder kunnen gaan. Daar zaten wij en er was ook nog wel een plekje vrij' zegt Malfidus.
'Je bent nu toch niet jaloers omdat ik niet bij jou kwam zitten?' vraag ik grappend.
'Ik? Jaloers op Potter? Nooit' zegt Malfidus.
'Oh mijn God, je bent echt jaloers' zeg ik.
'Niet waar' zegt hij.
'Wel waar' zeg ik lachend. De koets stopt.
'We moeten uitstappen' zegt Malfidus nors. We stappen uit en rennen naar binnen. Daar ligt een grote plat water en ik zie ook een paar restjes van kapotte waterballonnen. Een vrouw in een smaragdgroen gewaad en een streng uitziend gezicht staat aan de ingang van de zaal achter haar te wachten. Als ze mij ziet, wenkt ze me te komen. Malfidus, Korzel en Kwast zijn al doorgelopen naar de zaal.
'Melissa, toch?' vraagt ze. Ik knik.
'Ik ben professor Anderling. Straks wordt je samen met de eerstejaars gesorteerd in de Grote Zaal. Je weet waarschijnlijk al dat je zal instromen in het vierde jaar?' vraagt ze. Ik knik.
'Mooi zo, wacht hier tot Hagrid met de eerstejaars aankomt' zegt ze. Ze loopt weg en laat mij achter in de gang.
Even later komt een reusachtige man met een hoop eerstejaars achter zich aan het kasteel binnen.
'Ha, jij moet Melissa zijn' zegt de man. Ik knik.
'Ik ben Hagrid. Ga maar bij de eerstejaars staan' zegt Hagrid. Ik ga naar de eerstejaars, waarvan ze allemaal minstens een kop kleiner zijn dan mij. Geweldig, dan weet straks heel de school dat ik nieuw ben. Dat betekent dat het me niet gaat lukken om zo onbekend mogelijk te blijven. Professor Anderling komt terug met een krukje en een versleten hoed in haar handen.
![](https://img.wattpad.com/cover/344676351-288-k260926.jpg)
JE LEEST
He's Mine~Draco Malfoy Fanfic [NL]
Fanfic'Melissa, het spijt me. Echt waar. Het spijt me voor alles. Het spijt me voor dit. Het spijt me dat ik je liet zitten. Het spijt me dat ik niet naar je luisterde. Het spijt me voor wat dan ook. Maar alsjeblieft, kan je het me vergeven? Nog een kans...