22. "En toch lig je hier."

307 8 2
                                    

Het eerste wat ik voel als ik wakker word, is de warmte van een ander lichaam dicht tegen de mijne aan. Ik doe mijn ogen open en zie het gezicht van Matthy, vredig slapend naast me. Zijn arm ligt om mijn middel en ik voel zijn ademhaling tegen mijn hals. Mijn hart maakt een klein sprongetje, maar dat probeer ik te negeren.

Voorzichtig probeer ik me los te maken zonder hem wakker te maken. Maar net als ik een centimeter opschuif, voel ik zijn grip om mijn middel strakker worden. "Waar ga je heen?" Mompelt Matthy, zijn ogen nog steeds gesloten.

"Ik wilde opstaan." Fluister ik terug, ondanks dat er niemand anders in de kamer is. Hij opent langzaam zijn ogen en glimlacht, een zelfverzekerde glimlach die ik zo goed ken.

"Het is nog vroeg." Zegt hij, terwijl hij me dichter tegen zich aan trekt. Zijn ogen hebben een ondeugende glans.

Ik zucht en probeer mijn gezicht neutraal te houden. "Matthy, we moeten echt opstaan. Straks komen de anderen binnen."

"Laat ze maar," Zegt hij nonchalant. "Ze weten toch al dat we hier samen zijn." Zijn arrogantie zou me normaal gesproken irriteren, maar ik kan het niet helpen dat ik een beetje smelt vanbinnen.

Ik begrijp alleen niet waarom het hem nu niet uitmaakt dat zijn vrienden weten dat wij nú samen zijn, maar ik wil ook geen discussie vroeg op de ochtend.

"Je bent verschrikkelijk." Zeg ik met een glimlach die ik niet kan onderdrukken. Hij kijkt me aan met die intense blik die altijd door me heen lijkt te kijken.

"En toch lig je hier." Zegt hij zacht, zijn stem laag en vol zelfverzekerdheid die hem zo typeert. Ik voel mijn wangen warm worden en probeer weg te kijken, maar hij laat me niet gaan.

Zijn vingers strelen langzaam over mijn rug en een tinteling trekt door mijn lichaam. "Matthy," fluister ik, mijn stem trilt lichtjes. "We moeten echt opstaan."

Hij negeert mijn protesten en buigt zich dichter naar me toe, zijn lippen bijna tegen mijn oor. "Wat als ik niet wil dat je opstaat?" Fluistert hij, zijn adem warm en verleidelijk.

Ik sluit mijn ogen en probeer mijn hartslag onder controle te houden. "Dan heb je een probleem." Zeg ik speels, al weet ik dat mijn woorden hun kracht verliezen door de zachte toon waarin ik ze uitspreek.

Hij lacht zachtjes en ik voel zijn borstkas trillen tegen de mijne. "Je weet dat ik dat soort uitdagingen graag aanga." Zegt hij, zijn stem vol zelfverzekerdheid.

Ik draai me abrupt om, zodat ik op mijn rug lig en hem aankijk. Zijn gezicht is nu vlak bij de mijne en ik kan de speelse glinstering in zijn ogen zien. "We kunnen niet de hele dag in bed blijven liggen." Zeg ik, mijn stem iets steviger.

Matthy trekt een wenkbrauw op. "Waarom niet? We hebben de tijd aan onze kant." Hij strekt zich uit en trekt me weer tegen zich aan. "Bovendien, wat zou jij anders willen doen?"

Mijn hoofd zit vol met antwoorden, maar geen enkel daarvan lijkt geschikt op dit moment. "Misschien een ontbijt maken?" Probeer ik, maar hij schudt zijn hoofd.

"Ontbijt kan wachten." Zegt hij, en zijn vingers glijden langs mijn zij, waardoor ik een rilling voel.

Ik geef het op en zucht diep. "Je bent onmogelijk." Mompel ik, terwijl ik zijn aanraking voel branden op mijn huid.

"En toch lig je hier." Herhaalt hij, zijn stem laag en vol verlangen. Hij buigt zich voorover, en ik voel de spanning tussen ons oplopen. Zijn lippen zweven boven de mijne, net niet rakend, en ik kan zijn zware adem voelen. Het is alsof de tijd even stilstaat.

Mijn ademhaling versnelt en ik voel mijn hart wild bonzen. Ik probeer mijn gezicht in de plooi te houden, maar mijn ogen verraden me. "Matthy.." Begin ik, maar hij legt een vinger op mijn lippen, zijn ogen zijn donker en vastberaden.

Aphrodite  - Matthy het Lam. Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu