Tijdens de middagpauze ben ik de eerste die aan onze eettafel aanschuift. Ik haal net mijn boterhammen boven wanneer mijn naam weergalmt door heel de kantine. Verbaasd kijk ik op kruis ik de blik van Mathijs en Marcus. Ze wandelen mijn richting uit en gaan zonder iets te vragen zitten.
Marcus neemt een boterham uit mijn brooddoos en begint erop te kauwen. 'Hé!' berisp ik hem,' die is van mij!'
'En nu is die van mij.' Hij neemt nog een hap van de boterham die nu volledig op is. Ik bijt op de binnenkant van mijn wang om mijn ingehouden woede binnen te houden.
'Dus?' vraag ik na enige tijd. Ik kijk af en toe op mijn horloge en vraag me af waar Lara, Kimberly en Nele blijven. Bijna iedereen van de school is al in de kantine, alleen de graffiti-jongens zijn nergens te bespeuren, op Marcus en Mathijs na.
'We komen je even gezelschap houden,' zegt Mathijs, die naar me glimlacht. 'Dat bedoel ik niet. Ik vraag me af wat jullie op school doen. Zijn jullie niet afgestudeerd?'
'Oh!' Mathijs schiet in de lach. 'Wij zijn al twee jaar afgestudeerd, maar als Richard ergens naartoe gaat, gaan wij automatisch mee. Zie het maar als bodyguards.'
'Ik zie het eerder als een stelletje meelopers.' Ik haal mijn neus op en slaak een opgeluchte zucht als Nele aangelopen komt. Ze blijft op enkele meters van de tafel staan en kijkt de twee jongens raar aan.
'Euhm, wat doen jullie aan onze tafel?' vraagt Nele. Ze probeert er zelfverzekerd uit te zien, wat totaal niet lukt. Haar handen beven en bijna zeg ik om deze ter bescherming in haar zij te zetten, maar gelukkig is Kimberly al achter haar verschenen.
'Dat wil ik ook wel eens weten!' roept Kimberly kwaad. Ze gooit haar boekentas hard naast Mathijs neer en gaat naast hem zitten. Bewonderend kijk ik mijn beste vriendin aan. Hun blauwe ogen doen een staar wedstrijdje en ik vraag me af wie er zal winnen. Uiteindelijk geeft Mathijs het eerder op.
'Meiden, meiden,' zegt Marcus op een sussende toon,' wij zijn hier als vrienden.'
'Wij,' zegt Kimberly, terwijl ze ons alle vier aanwijst,' zijn geen vrienden.'
'We kunnen vrienden worden;' Mathijs zegt het zo vriendelijk en plots vallen al mijn vooroordelen voor beide jongens weg. Ze mogen er dan wel intimiderend en extreem gevaarlijk uitzien, maar dat is alleen hun uiterlijk. Misschien zijn ze wel vrijwilligers in het plaatselijke dierenasiel en redden ze vastzittende katten uit bomen. Wat me erg zou verbazen, maar toch. Je weet nooit.
'Blijf maar zitten.' Ik glimlach naar Mathijs en Marcus en kijk mijn drie vriendinnen waarschuwend aan. 'We kunnen tenminste aardig doen.' Die laatste zin is voornamelijk voor Kimberly bedoelt die snuivend haar neus ophaalt. Als teken dat ze niet meer vijandig gaat doen, zet ze haar boekentas neer en zit ze nu vlak naast Mathijs.
Nele en Lara ploffen naast mij neer. 'Dus hebben jullie Green al gevonden?' steekt Nele van wal. Haar groene ogen fonkelen zachtjes en volgens mij wil ze gewoon informatie uit de twee jongens halen.
'Nog niet, maar we zijn hem op het spoor,' zegt Marcus mysterieus. Meteen concentreer ik me op het gesprek. Quinn had toch helemaal geen idee wie Green was? 'Ohja?' vraagt Nele nieuwsgierig verder. 'Vertel ons daar meer over?'
'Dat is natuurlijk allemaal topsecret, dus meer kunnen we niet vertellen.' Marcus glimlacht naar Nele die hem kwaad aankijkt. 'Dat is flauw! Nu heb je me nieuwsgierig gemaakt,' mokt ze. De twee beginnen onder elkaar te kibbelen over A en B, maar ik let niet meer op hen.
Door de kantinedeur wandelen de graffiti-jongens en Richard en Quinn wandelen voorop. Wanneer Quinn mijn richting opkijkt, haalt hij verbaasd zijn wenkbrauwen op. Hij zegt nog wat tegen Richard en komt dan naar ons toegelopen.
'Jongens?' Quinn stopt langs de tafel en kijkt Marcus en Mathijs vragend aan. 'Wat doen jullie hier?'
Mathijs legt zijn arm vriendschappelijk op Kimberly haar nek. 'We worden vrienden met deze meiden.' Marcus glimlacht lief naar Quinn, die dit kennelijk allemaal maar eigenaardig vindt. Toch iemand die net zoals argwanend is. 'En waarom?'
'Het leek ons een uitstekende kans om dit 'soort' mensen te leren kennen. Je weet wel, die saaie kneusjes.'
Lara die net aan haar flesje fruitsap aan het drinken was, proest alles uit in het gezicht van Marcus. Deze zendt haar een kwade blik toe. 'Wij zijn kneusjes?' Kimberly slaat Mathijs zijn arm weg en staat woest op. 'Wat is dat voor onzin!'
'Wij hebben die stempel niet op jullie hoofd geplakt, maar Quinn.' Marcus glimlacht vals naar Quinn, die plotseling ongemakkelijk staat te schuifelen. Ik kijk hem zijdelings aan. 'Meen je dat nu?' vraag ik verrast. Dit had ik nooit verwacht van Quinn.
Hij haalt verontschuldigend zijn schouders op. 'Dat was voor ik jullie kende!'
Lara en Nele rapen hun boekentassen op en verzamelen zich al rond Kimberly die me wenkt om te vertrekken. 'Komaan Cathy, je weet toch dat ik dat zo niet bedoelde!' Quinn kijkt me hopeloos aan, en hoe graag ik hem ook wil geloven, ergens kwetsen zijn woorden me.
Hij heeft ons echt kneusjes genoemd tegenover al zijn vrienden terwijl hij ons niet eens kende. Nee corrigeer ik mezelf. Terwijl hij ons helemaal niet kent.
's Avonds zit ik voor de televisie ijs te eten wanneer Yara binnen gevallen komt. Haar bruine krullen zitten samen gebonden in een dot. Ze draagt een blauwe jumpsuit en ploft naast me neer. Als haar ogen op de pot ijs vallen die ik aan het opeten ben, begint ze zachtjes te lachen.
'Wat is er gebeurt? Jij eet alleen maar ijs als je in een dipje zit.'
Ze gaat voor me zitten zodat ik de soap op tv niet meer kan volgen. Gefrustreerd kijk ik haar aan. 'Wat!' snauw ik. Yara houdt haar handen als verdediging voor haar lichaam. 'Een jongen dus.' Nog steeds zit er een glimlach op haar gezicht geplakt en dan begint ze te zingen.
'Cathy is ver-lief-d! Cathy is ver-lief-d!' Ik wil haar slaan met mijn lepel, maar ik mis en dat zorgt ervoor dat ze nog harder begint te lachen. 'Ontkennen heeft geen zin,' giechelt ze vrolijk.
'Dus wat heeft deze mafkees misdaan?' Haar bruine ogen twinkelen en het liefst wil ik die glimlach van haar gezicht slaan. 'Hij noemde me een kneusje.' Snuivend haal ik mijn neus op.
'Een kneusje?' Ze schiet in de lach. 'Dat is helemaal niet grappig,' mok ik.
'Natuurlijk niet! En wanneer heeft hij je zo genoemd?' gaat ze verder. Ik gooi mijn lepel in de bak ijs, die ondertussen bijna volledig gesmolten is en haal mijn schouders op. 'Dat weet ik niet precies. Dat hebben ze niet gezegd. Ze hebben alleen maar gezegd dat we kneusjes waren en dat Quinn ons zo heeft genoemd.'
'Wie zijn die 'ze' en je zei net dat Quinn 'ons' zo noemde?' Ze trekt verbaasd een wenkbrauw op en wacht todat ik verder ga met mijn uitleg.
'Die 'ze' zijn Marcus en Mathijs, twee vrienden van Quinn, althans ik denk dat ze vrienden zijn. Die 'ons' zijn volgens mij alle leerlingen op onze school.'
Yara schudt afkeurend haar hoofd en klakt met haar tong. 'Jij bent ook zo'n idioot!' roept ze uit.
'Volgens mij wilden die twee 'vrienden' gewoon ruzie stoken omdat ze bang zijn dat Quinn ook verliefd is op jou. En Quinn heeft gewoon een stempel op de hele school geplakt terwijl er ook uitzonderingen rondlopen die niet aan de regel voldoen van 'kneusje'. Ga gewoon naar hem toe en vraag hem hoe het zit.'
'Ik heb hem niet laten uitpraten. Ik ben boos weggewandeld,' snif ik. 'Denk je echt dat het zo zit?' vraag ik hoopvol.
'Natuurlijk! Wie kan er nu niet van mijn zusje houden!'
JE LEEST
#Green
RomanceCathy is een zestienjarige student die een vreemde hobby heeft. 's Nachts glipt ze namelijk het huis uit om pieces te maken onder de naam Green. Omdat ze liefst anoniem wil blijven, vertelt ze het tegen niemand. Ook niet tegen haar drie beste vriend...