Hoofdstuk 20

208 29 3
                                    

Luke
Nadat Michael en ik nog een uurtje hebben geslapen, nou ja, ik heb geslapen in Michael's armen en Michael bleef wakker, hebben we besloten om maar eens op te staan.
Nu lopen we samen door de stad, richting de kliniek waar Michael's moeder zit.

"Ik heb geen zin Luke" zegt Michael als we voor de deur staan.
"Dat zei je gister ook Mike, we maken er gewoon het beste van, deal?"
Hij knikt zachtjes.
Ik druk een kus op zijn wang en sleep hem dan mee.

Michael
Luke klopt op de deur van mijn moeder en sleept me mee naar binnen.
"Hallo jongens!" Zegt mijn moeder opgewekt als we naar binnen stappen.
Stilletjes blijf ik achter Luke staan.
"Kom lekker zitten" zegt ze terwijl ze naar de bank wijst.
We gaan zitten en zij gaat op de stoel tegenover de bank zitten.
"Hoe gaat het nu?" Vraagt Luke om het gesprek te beginnen.
"Het gaat beter, maar ik voel me slecht over wat ik jou heb aangedaan, Mike" zegt ze terwijl ze me aankijkt.
Ik knik maar wat.
"Het spijt me heel erg..."
"Het is goed..." Mompel ik terwijl ik naar mijn handen staar.
"Ik ben blij dat Luke ervoor je is geweest"
"Ik ook"
Even blijft het stil.

Luke
Uhm... Awkward...
Ik kijk om me heen, terwijl Michael zijn mond bijna niet opendoet.
"Mike, ik weet dat je boos bent, maar ik ben veranderd! Vergeef het me, alsjeblieft" smeekt zijn moeder hem.
"Het is goed, dat zei ik toch al?!"
"Michael-" probeer ik tussenbeide te komen.
"Luke en ik moesten maar eens gaan, hier heb je ons adres in Australië voor als je terugkomt" zegt Michael gehaast terwijl hij wat op een papiertje krabbelt.
Hij geeft het aan zijn moeder en loopt dan de kamer uit.
"Hij is gewoon in de war" verontschuldig ik me.
"Ik snap het wel..." Zegt ze verdrietig.
"Ik moet snel achter hem aan... Tot snel mevrouw"
Snel sta ik op en ren ik achter Michael aan.
"Michael!" Roep ik als ik Michael in de verte zie lopen.
Hij loopt stug door.
Ik trek een sprintje en ga naast hem lopen.
In stilte lopen we naar buiten.

Michael De volgende dag terug in Australië
~droom~
"Michael... Beloof me dat als ik er ooit niet meer ben, dat je goed voor je moeder zal zorgen" zegt mijn vader tegen mijn 10-jarige ik.
"Ja papa" antwoord ik braaf.
"Goeie jongen" zegt hij tevreden.
Opeens begint mijn vader te vervagen.
"Papa! Blijf bij me!" Roep ik paniekerig.
"Zorg goed voor haar" hoor ik in de verte, dan verdwijnt hij.
"Papa!" Huil ik.
"Ik ben de geest van deze school" hoor ik dan achter me.
Huilend draai ik me om en zie ik Luke staan.
"En ik ben niet verliefd op jou"
"Luke" snik ik.
Luke pakt de hand van Calum en loopt weg.
"Dag Michael"
Gebroken val ik op de grond.
~einde droom~
"Michael!"
"Michael wordt wakker!!"

Luke
Paniekerig schud ik Michael door elkaar.
Ik was beneden aan het opruimen totdat ik opeens zachte snikken uit de slaapkamer hoorde komen en toen zag ik dat Michael huilend lag te slapen.
"Michael, word nou wakker!" Roep ik wanhopig.
Opeens vliegen zijn ogen open en vliegt hij in mijn armen.
Trillerig ligt hij tegen mijn borst aan.
Een natte plek vormt zich op mijn shirt waar Michaels hoofd ligt.
Ik sla mijn armen om hem heen en wieg hem zachtjes heen en weer.
We blijven zo zitten totdat Michael's gesnik bijna opgehouden is.
"Wat droomde je?" Fluister ik in zijn oor.
"Alles kwam terug..."
"Wat bedoel je, Mikey?"
"Mijn vader... En j-jij was verliefd op... Op Calum!" Brengt hij uit.
"Op Calum?!" Ik probeer mijn lachen in te houden.
"Ik ben niet verliefd op Calum, gekkie!" Zeg ik grinnikend.
Hij kijkt op en kijkt me aan.
"Beloofd?" Vraagt hij met waterige ogen.
"Beloofd" grijns ik, dan druk ik mijn lippen op zijn nat gehuilde lippen.

Volgende hoofdstuk komen Ash en Cal :)

Dude, that's my ghost! {Muke}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu