Hoofdstuk 1

5.6K 153 42
                                    

Blaze

Gezichten. Gezichten was het enige wat ik zag als ik probeerde te slapen. Alle mensen die ik die dag het vermoord blijven me achtervolgen.

Ik had nooit moeite met de dood, maar de woorden die Philipe had gezegd hadden me toch geraakt.

Ik had honderden levens verpest. Ik had mensen onbewust pijn gedaan. Niet nagedacht over de consequenties.

Nu lag ik hier in mijn bed. Ik probeerde al uren te slapen, maar niks hielp. Ik kon de tijd niet terug draaien en daar zou ik mee moeten leven.

Er was één gezicht die niet tussen de andere pasten, die niet bij een dode hoorde. Dylan.

Ik had zijn hart gebroken toen ik weg ging. Hij wilde een leven met me beginnen, gelukkig met me worden. Maar dat was een luxe die hij niet zou krijgen als ik bij hem blijf. Hij hoorde niet in mijn leven en ik niet in het zijne.

Ik keek op mijn wekker en zag het 6 uur s'ochtends was. Tijd om op te staan.

Met moeite klom ik uit mijn bed. De gezichten verdwenen en ik had eindelijk rust.

Ik liep naar mijn kleren kast en zocht een outfit uit. Ik koos voor een zwarte skinny jeans met gaten, een Pink Floyd shirt en mijn zwarte combat schoenen.

Eigenlijk waren mijn schoenen te warm voor het weer waar ik nu woon, maar dat kon me niks schelen.

Ik liep naar benden om te ontbijten. Ik smeerde mezelf een boterham en werkte hem naar binnen.

Ik ging weer naar boven om mijn tas in te pakken en make-up op te doen.

Toen ik met alles klaar was zag ik dat het al 7 uur was.

Ik pakte mijn tas en liep het huis uit. Ik deed de deur achter me dicht en liep naar mijn auto.

Ik reed in stilte naar school. Ik zou waarschijnlijk te vroeg zijn, maar dat kon me weinig schelen.

Tegenwoordig kon weinig me schelen. Ik was emotieloos geworden en had me nog erger buiten gesloten dan voorheen. Ik had een paar vrienden, maar die kon ik amper vrienden noemen. Ze wilde alleen bij me zijn omdat ik anders was.

Ik parkeerde mijn auto op de parkeerplaats van school en stapte uit. Ik liep richting de school toen iemand mijn naam riep. Ik keek opzij en zag één van mijn "vrienden" staan.

Ze kwam naar me toegelopen en samen liepen we naar de school.

'Hoe was je weekend?' vroeg ze.

Kut en saai dacht ik bij mezelf. 'Het was wel leuk. Ik ben naar een feestje geweest van een oude vriend en heb wat huiswerk gemaakt.'

Leugens. Mijn leven hier was een grote leugen. Ik was niet verhuist voor mijn ouders werk. Ik had geen oude vrienden. Ik had niemand.

'Klinkt leuk' zei ze. Ze geloofde mijn leugen.

We liepen de school binnen. Meteen werden we begroet door een paar ander mensen.

Ik liep door naar mijn kluisje terwijl mijn vrienden me volgde.

'Dus Blaze, iemand geeft vrijdag een feestje en vroeg zich af of je ook wilt komen' zei iemand.

Ik haalde mijn schouders. 'Ik ken hem waarschijnlijk niet eens.'

'Maar hij kent jou wel' zei weer iemand anders.

'Hij is de populairste jongen van de school. Het verbaast me dat je hem niet kent' zei een meisje waarvan de naam Chrissy is.

'Ik ga niet met dat soort mensen om. Nooit gedaan' zei ik.

'We hadden ook niks anders van je verwacht' zei Chrissy.

My Secret Identity: Deel 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu