New Life

2.3K 186 43
                                    

Dit hoofdstuk was een moeilijke om te schrijven 

-----------------------------------------------------------------------

'Je gaat daar niet meer heen!' zei Sirius nogal streng, en hij sloeg zijn armen over elkaar. 

Ik trok een wenkbrauw op, 'en hoe wilde je me tegenh-' met een kreet klapte ik bijna dubbel, zoveel pijn voelde ik ineens. Ik greep me vast aan Severus' bureau, en voelde vier paar handen die me probeerden te ondersteunen voor ik op de grond zou vallen. 

'Sneep! Sneep je moet naar beneden komen!' brulde ineens een stem aan de andere kant van de deur. 

'Weg!' siste Severus meteen. Tot mijn verbazing, en vast en zeker ook die van Sirius, draaide hij het portret van Perkamentus weg, zodat er een kleine gang zichtbaar werd. Sirius trok me zonder twijfelen met zich mee het donker in. 

'Amycus? Ben jij dat?' hoorde ik Severus roepen. 

Ik had mijn handen om mijn buik geklemd, dit kon toch niet waar zijn? Dit gebeurde niet echt... 

'Hou vol Robin,' zei Sirius zachtjes, en ik voelde zijn hand tegen mijn wang, 'volhouden, we krijgen je hier wel uit, oké?' 

'S-Sirius, z-ze komt,' hijgde ik, 'het doet zoveel pijn.' 

'Shhhhh,' hij nam mijn gezicht in zijn handen, 'ik blijf bij je, maak je maar geen zorgen,' zei hij zacht. 'Je kunt dit, Robin.' 

Het portret zwaaide open, en Severus keek ons aan, 'Harry is gezien,' zei hij, en zag een tikje bleek, 'Jeweetwel is op weg hierheen.'

'Dan gaat de pleuris uitbreken,' zei ik vaagjes, terwijl ik me het portret-gat uit liet helpen door hem, 'ga.' 

Hij leek te twijfelen, en keek van mij naar Sirius, 'ik moet nu bij je-' 

Maar ik schudde mijn hoofd, 'nee, jij moet nu andere dingen doen Sev,' zei ik, met moeite, want de pijnscheuten bleven komen. 'Maak je over mij geen zorgen, alsjeblieft.' 

Hij knikte, en keek toen naar Sirius, 'als haar iets overkomt Zwarts...' zei hij waarschuwend, maar niet kwaad. 

'Maak je geen zorgen, ze komt heel weer naar je toe,' beloofde Sirius hem. 

Toen rende Severus naar de deur, gooide die open, en liep naar beneden. 

Ik kreunde, en hield me staande aan zijn bureau, ik had niet verwacht dat bevallen zoveel pijn zou doen. 

'We gaan naar de ziekenzaal,' besloot Sirius, en hoewel ik protesteerde, en zei dat het kasteel niet veilig was, trok hij me zonder pardon mee. Dat ging niet snel, want om de paar meter moest ik stoppen in een poging een wee op te vangen. 

We hadden het in een kwartier kunnen halen, maar nu duurde het een half uur voor ik strompelend de ziekenzaal in kwam, en op de grond plofte van vermoeidheid. 

Madame Pleister slaakte een kreet, 'nee! Kind niet op de grond!' met hulp van Sirius, die ze wel even een vervreemde blik toeworp, wisten ze me op een bed te krijgen, en meteen zette ze een gordijn om mijn bed heen. 

'Hij-Sirius mag erbij,' zei ik. 

Ze keek me aan, 'is hij de vader van het kind?'

'Nee,' zeiden we in koor. 

'Maar hij is wel de peetvader,' voegde ik eraan toe, en Sirius keek me verbijsterd aan. 

'Dat meen je,' zei hij. Ik knikte, terwijl ik binnensmonds kreunde van de pijn. 

'Ik heb wel iets tegen die pijn meisje,' madame Plijster draaide zich om, en liep weg. 

'Tops,' zei ik. 

Lost in Harry PotterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu