firefly boek 1 deel 9

7 1 0
                                    

Master hierboven of hiernaast idk waar je het boek op leest

Third person point of view

Albert rent naar de hoorn, hij blaast erop, het afgesproken teken naar de Elven om aan te vallen. Dit gebeurt dan ook. Elven komen met massa's uit de bossen. Een heel leger, sommige op paarden en de andere die rennen. Ze stoppen en gaan als een soort van muur voor het kasteel staan, daar wachten ze op het commando van hun koning.

Albert grijnst naar ze, hij weet dat ze zullen winnen. Hij weet niet hoe, maar dat het lukt voelt hij.

De Elven komen in beweging. De eerste rij pakt hun boog en vuren vuur pijlen naar het kasteel. Als die klaar zijn komen ze met tientallen naar binnen. Ze kijken om hun heen, geen mens te zien. Langzaam komt het geschal van een lach in hun oren.

Master komt voor hen staan samen met een van zijn bewakers. Het gelach gaat door, "jullie- hahahah, jullie dachten echt, dat jullie mij konden aanvallen?" de Elven kijken hem aan. Wat is er aan de hand?

"sorry Sparkly fairy's maar jullie zijn een beetje te laat" master doet zijn capuchon af, "NEE!" de koning kijkt vol afgrijzen naar de man wie ze dachten niet te kennen.

"oh boehoe, is het dan echt zo erg om te weten wie er voor je staat? Voor het zelfde geld was ik een psychopaat" hij lacht zachtjes.

"maar dat ben je al" mompelt de Elvenkoning.

Achter hem komt Jaiden aanlopen.

"zeg Valentijn? Hoelang moet ik dat wicht nog hier houden? Ze begi- oh shit" met grote ogen gaat haar hand naar de vormende wond. Het zwaard is recht door haar hart gegaan. Ze valt op de grond als Albert het zwaard terug trekt.

"dus, wanneer kun je de-" hij kijkt naar Jaiden die dood op de grond ligt "- twee meiden meenemen?"

Valentijn begint te lachen. "je kunt ze nu meenemen, ik heb toch al wat ik wil hebben" Hij grijnst naar Albert.

Albert rent naar binnen om ze te zoeken, "weet je, jullie hadden niet mijn hele kasteel hoeven aftebranden om ze te krijgen" hoort hij nog zachtjes in de achtergrond als hij het kasteel rondrent om Alice en Zara te vinden.

---------------------------------------------

Zara point of view

Ik kijk naar Alice, ze is bang, ik kan het zijn aan de manier hoe ze beweegt. Maar ze wilt het niet toegeven. "Alice? Ik ga even rondkijken wat er aan de hand is" Zeg ik zachtjes. Als ik niets anders dan een zacht gemompel als antwoord krijg doe ik de deur open en loop de gang door.

Misschien dat ik een uitweg kan vinden. Ik loop een kamer binnen, daarbinnen zit nog een deur. Ik doe de deur open. Buitenlucht! Ik ren de deur door. Wacht, ik moet Alice halen!

Ik probeer terug te rennen naar de deur. Maar die is er niet meer. Ik kijk wild om me heen. Dit is niet het bos waar ik naar keek in de toren. Waar ben ik? Ik begin te lopen. Zoekend naar iets wat een aanwijzing geeft naar waar ik ben.

Ik loop verder, een pad? Verbaast kijk ik naar de sporen die erop liggen. Autobanden?

Ik begin te rennen misschien dat dit pad mij ergens brengt. Ik ren totdat ik niet meer kan.

"ZARA!" ze hoort mensen haar naam schreeuwen. Verbaast kijkt ze naar waar het geluid vandaan komt. Een politie auto? Wait what?

Er komen mensen op me afgerend. "we dachten dat je dood was, godzijdank dat we je vinden. Waar was je?!"

"ik- ik viel door een portaal en-" ik word afgekapt door gelach. "Een portaal? Jongens, ik denk dat het niet helemaal goed met haar gaat" De politie agent pakt me aan mijn schouder vast.

"kom maar even mee schat, dan kunnen we weten of je aan de drugs zit of dat je gewoon gek bent"

Langzaam dringt het tot me door. Ik heb het me allemaal verbeeld.

------------------------------------

third person point of view

"Albert!" Hoort hij haar roepen, hij kijkt om zich heen. Alice rent naar hem toe.
"Z-ze ze is" ze komt niet uit haar woorden. Albert kijkt bezorgt naar het meisje voor haar.

"Ze is verdwenen" zegt ze zachtjes. Albert kijkt haar vragend aan, "hoe?"

"Ik weet het niet, ze was opeens weg, ze zei dat ze snel weer terug kwam."

" maar ze kwam nooit terug" vult Albert haar aan.

Ze horen een zacht gemompel achter hen. Albert kijkt om zich heen.Langzaam valt zijn oog op Valentijn, hij loopt door de hallen. Het lijkt wel alsof hij ergens naar zoekt.

"Waar ben je Zara, waar ben je" het was niet boosaardig, integendeel. Het leek wel alsof hij zich zorgen maakte?

Als Valentijn een schittering van licht in de donkere hal ziet, begint hij te rennen naar het licht. Hij slaat de deur open. Hij kijkt naar binnen, waar kwam dat licht nou vandaan?

Wanneer hij nog iets verder loopt beginnen de muren te veranderen. Hij kijkt naar de deur achter hem die aan het verdwijnen is, de omgeving verandert in een groot bos.

Valentijn kijkt om zich heen, what the hell? Geen idee waar naartoe of waar hij überhaupt is begint hij met rennen.

Hij ziet rare sporen in het zand. Hij begint ze te volgen, misschien dat ze ergens uitkomen.

----------------------------------------------------------------------------

ehhhhmmm ja sorry sorry sorry voor niet updaten, ik heb het erg druk gehad de laatste tijd, ook sorry voor dit k*t chapter dusss hoopelijk is t wel leuk?




fireflyWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu