Hoofdstuk 29

172 9 5
                                    


Op hetzelfde moment zien de mensen in mijn woonkamer mij in de deur opening staan.

Mijn moeder komt aanlopen en slaat haar armen om mij heen "Hoe gaat het?" Vraagt ze voorzichtig, terwijl ze snel even naar Peeta kijkt. Ik knik, ik weet niets te zeggen. "Ze moet rustig aandoen en mag voorlopig niet het bos in." verteld Peeta.
"Dat vind jij niet erg hé?!" reageer ik fel. Té fel. "sorry, ik.." Peeta laat me niet uitpraten "het maakt niet uit" zegt hij verdrietig en hij loopt weg. Ik voel de tranen branden, maar ik zeg en doe niks.

Johanna, draait zich om en knikt naar me, niks meer dan dat. Ik hoef niets te zeggen tegen haar, zo onbeleeft zijn we allebei ook wel.

Annie komt bezorgt naar me toe. En geeft me een knuffel, Finnick komt achter haar aangelopen. Zo te zien heeft hij de suikerklontjes gevonden, want hij bied me er een aan met zijn sexy stem, net als bij de spelen.

"Hoe gaat het?" vraagt hij oprecht geïnteresseerd. Ik houd het niet meer en de tranen beginnen te lopen. Finnick lijkt even te schrikken maar slaat gelijk zijn armen om me heen en lootst me naar de keuken. Ik huil en maak zijn hele schouder nat, maar het maakt even niks meer uit.

Kus des doodsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu