06

28 2 3
                                    

Ik begon me schuldig te voelen. Ik had Bowen echt afgekraakt terwijl hij me wilde helpen. Ik ben echt dom. Zo dom dat ik zelfs over een boomstam heen wil stappen maar dus viel. Doordat ik er over heen wilde en dus met mijn been ergenst achter bleef haken waardoor ik zo naar voren viel. "Auw" kreun ik. Heb ik weer. Ik ben ook nog moe, voel me leeg en heb pijn. Wat heb ik toch een leuk leven. Ik zucht en probeer weer op te staan. Steken gaan door mijn been heen. Ik piep van de pijn dat door me heen gaat. Snel blijf ik zitten. Door het donker kan ik niet zien wat er met mijn been is. Maar ik voel het wel. Ik kijk naar de lucht waar dikke donkere wolken zich verspreiden in de hemel. Ook dat nog, een regenbui. En zo beginnen de eerste druppels te vallen. Het veranderd in een stortbui. Regen druppels kletteren op mijn hoofd. Mijn haren plakken aan mijn gezicht vast en mijn kleren beginnen druip nat te worden. "Hmpf" ik blijf zitten en kijk starend voor me uit. Het was donker door de dikke grijze wolken geworden. Hier en daar word alles even verlicht door licht flitsen. En verdwijnen dan weer. Een brullende donder komt er achter aan en dan is het weer stil. En dat steeds opnieuw. "Hier ben je!" ik schrik uit mijn gedachtens en zie Bowen aan komen rennen. "Ben je gek geworden ofso, kom we gaan een schuilplek vinden!" hij heeft blijkbaar hard gerend door zijn gehijg en snelle ademhaling. Ik probeer op te staan. Pijnscheuten gaan door me heen. "Schiet op!" hij zwaait met zijn hand voor mijn gezicht. "Jaja" zucht ik. Ik probeer het nog eens met zoveel kracht totdat ik eindelijk sta. Bowen lijkt het nog niet echt optemerken dat ik gewond ben. Met pijnscheuten door heel me been heen loop ik achter Bowen aan. Die veels te snel loopt. Ik probeer hem bij te houden om ook sneller te gaan lopen. Maar het doet zoveel pijn. Ik bijt op mijn onderlip om wat snikken te smoren. Een pijnelijke pijnscheut gaat alweer door mijn been. Dit keer val ik op de grond. Vermoeid blijf ik even zitten en probeer dan weer op te staan. Bowen draait zich om en trekt een wenkbrauw op. "Gaat het wel?" hij loopt terug naar me toe. "ja het gaat.." mompel ik zachtjes. Een steek gaat door mijn been. Ik piep van de pijn en grijp naar mijn been. Bowen kijkt me geschrokken aan. "Wow Emily! wacht ik til je wel op" hij blijft nog even staan en trekt zijn jas uit die hij over mijn schouders heen hangt. Hij tilt me voorzichtig op in een bruidspaar houding en begint te lopen. Ik leg mijn hoofd tegen zijn schouder. Tranen biggelen over mijn wangen van de pijn. Die langzaam op zijn jas druppen. "Yes" hoor ik Bowen zeggen die sneller begint te lopen. "Wat is er?" mompel ik. Er gaat weer een pijnscheut door mijn been heen. Ik knijp mijn ogen dicht en bijt op mijn onderlip. "Schuilplek gevonden" mompelt hij. Ik knik. Hij draait zich om en duwt ergenst tegen aan. Ineens voel ik geen waterdruppels meer. "Waar zijn we?" mompel ik zachtjes. "In een hutje" Bowen kijkt me aan en glimlacht. Ik glimlach terug. "Wow er staat zelfs een bank, tafeltje, kast en een stoel!" roept hij door heel het kamertje. "Rustig.." mompel ik zachtjes. "Sorry" hij drukt een kus op mijn haar. Mijn mond valt open van verbazing. Gaf hij net zojuist een kus op mijn haar. Bowen legt me voorzichtig op de bank. Ik kijk hem verward aan. "Wat is er?" Bowen kijkt me vragend aan met een opgetrokken wenkbrauw. Wat hem echt sexy maakt. "uhm.. niks" ik zet een fake glimlach op. "Nouja uhh oké dan" hij glimlacht naar me en loopt weg. "Waar ga je heen?" ik kijk op en zie hem in een kastje kijken. "Kijken of er nog wat hier is en of er nog andere kamertjes zijn. En voor een kaarsje zoeken zodat ik je been kan bekijken plus een verbanddoos voor het geval dat" hij gaat weer verder met zijn zoektocht.

Ik lig op mijn rug kijkend naar het plafond ook al is er niks te zien. Het was donker maar Bowen heeft een kaarsje gevonden en hij had een aansteker bij. De onweersbui was al weg getrokken. Het was stil. "Oké ik ga naar je been kijken, ik heb een verbanddoos gevonden" hij loopt het kamertje weer in waar ik lig. Het bleek een groot hutje te zijn. Er was nog een kamertje met een twee persoonsbed, en er was ook een keukentje. Hij trok het tafeltje dichterbij waar het kaarsje op stond. Zodat er meer licht bij mijn been kwam. "Jeetje" mompelt hij zachtjes kijkend naar mijn been. "uhh wat is er?" ik wil kijken maar Bowen houd me tegen. "Blijf maar even liggen, dit kan pijn doen. Sorry.." hij kijkt me bezorgd aan. Hij kijkt weer naar mijn been. Hij mompelt wat. Ik kijk naar boven wachtend op de pijn. Maar er gebeurt niks. "Waarom gebeurt er niks?" mompel ik voorzichtig, bang dat de pijn ineens zal komen. "Ik wil je geen pijn doen maar ik denk dat je je broek uit moet doen. Het is een strakke broek en als ik hem omhoog wil opstropen gaat het alleen maar meer pijn doen" Hij staat op en kijkt me bezorgd aan. "Ik help je wel" Hij pakt me voorzichtig op en zet me op de grond op mijn benen. Pijnscheuten gaan weer door mijn been. "Uhm.. Bowen ga jij mijn broek uit doen of moet ik het zelf doen?" ik voel het bloed naar mijn hoofd stromen. "Uhm.. ik uhh weet het niet?" het was meer een vraag dan een antwoord. "Ik wil je helpen, alleen maar als jij het goed vind?" hij kijkt me serieus aan. "Weetje mij maakt het niet uit ik wil van die pijn af en het zelf doen gaat denk ik erg moeilijk."

Ik lig al een tijdje op de bank. Bowen is mijn been aan het verbinden met verband. Daarvoor stond ik bijna te gillen van de pijn. Vanwege hij ontsmettings middel had gevonden en het op mijn been gedaan. Het bleek een grote wond te zijn. En er zat wat viezigheid op dus dat ontsmettings middel moest er wel op. Voordat de wond zou gaan ontsteken. En daar had ik geen behoefte aan om zoveel pijn te gaan lijden. En met dat gedoe van mijn broek uit doen was nog niet eens helemaal erg. Ik was blij dat Bowen me hielp. Alleen had ik het echt niet gekund ik had te veel pijn om me al te bewegen met alles. Ik was al blij dat Bowen zei dat we hier een paar dagen blijven zodat ik kan rusten. "Klaar" Bowen zucht. "Dankje" ik glimlach naar Bowen. "Het is al goed, ik breng je naar het slaapkamertje zodat je kan slapen" ik knik en voorzichtig tilt hij me op. Hij blaast nog snel de kaars uit voordat hij richting het kamertje loopt. Mijn broek hield ik uit. Mijn trui was lang genoeg om mijn billen te bedekken. Het deed veel te veel pijn om hem weer aan te doen. En het was toch donker. Ik hoor een bonk, "Hmpf" hoor ik Bowen kreunen. "Wat is er?", "Ik stootte mijn hoofd, de kamerdeuren zijn best laag". "Of jij bent gewoon te groot" grinnik ik. "Jaja" lacht hij. Voorzichtig word ik op het bed gelegd. Het verbaasd me dat de dekens en gewoon alle kamers niet muf ruiken. Volgens mij komt hier wel eens iemand. Een rilling gaat over mijn rug als ik er al aan denk dat er iemand naast me bed staat morgen ochtend. "Bowen?" ik twijfel of ik het moet zeggen, of hij bij me wilt liggen. "Wat is er Emily?" hij legt de dekens over me heen. "Uhh.. wil je bij me komen liggen? totdat ik in slaap val?" fluister ik zachtjes hopend dat hij het toch niet heeft gehoord. "Tuurlijk, met plezier" grinnikt hij. "Haha wat grappig" lach ik. "Ja toch?" lacht hij. Bowen loopt naar de andere kant. Ik voel de andere kant van het matras naar beneden zakken. Al snel voel ik zijn armen om mijn middel en word ik naar hem toegetrokken. "Weltrusten prinses" fluistert hij in mijn oor en drukt een kusje op mijn haar. "Weltrusten" mompel ik nog zachtjes met een glimlach rondom mijn lippen. Ik sluit mijn ogen en val in slaap.


Hopelijk vinden jullie het wat? :)

Grtjes, Nikki

Blauw BloedWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu