Opgesloten zonder sloten

399 12 6
                                    

Jess en Korim hadden beiden een tas met levensmiddelen klaargemaakt. Korim had voor de veiligheid voldoende verdediging weggestoken: een mes in iedere sok, een revolver vanachter onder zijn shirt, dolken in een schede aan zijn heup en Jess' mesje in de hand. Hij leek wel een huurmoordenaar met al die wapens. Jess had dan weer andere spullen bij: droog voedsel, 2 flessen water en lucifers. In haar hand hield ze de kaart vast. Korim verzorgde Jess' oude steekwond nog maar eens en bekeek welke verzorging ze nog nodig zou hebben achteraf. 

"Je geneest snel." zei Korim en verving de amateuristische draadjes waarmee Jara had genaaid. Jess hield zich sterk ook al deed het enorm pijn. De wond was al een geluk niet ontstoken. Jara kon een wond misschien niet naaien, maar ontsmetten kon ze overduidelijk wel goed voor een 15-jarige. "Denk je dat ze met ons mee zou zijn gegaan?" vroeg Jess plots. Korim keek haar van onder aan, maar ze keek recht voor zich uit. "Zou Jara de tocht hebben durven maken?" herhaalde Jess haar vraag. 

Korim zocht voorzichtig naar zijn woorden. Hij wist hoe moeilijk het voor haar was om het over haar gevallen vriendin te hebben. "Jara was dapper en sterk, ze zou zeker mee zijn gegaan voor je." antwoordde hij, maar was op de hoede voor een huilende Jess. Onverwacht bleef de serieuze uitdrukking op haar gezicht staan. "Ik zal terugkeren voor haar." zei ze, "Ik zal haar een plaats geven die ze verdient." "Dat lijkt me een mooi gebaar, mijn liefste." zuchtte Korim. Hij bond voorzichtig een verband om Jess' middel en maakte het einde vast met een veiligheidsspeld. 

Eens verzorgd, begonnen ze hun tocht. Stap 1: de sleutel van de voordeur vinden. Korim liep voorop de trap af zodat Jess zeker niet naar beneden zou vallen. Eens beneden nam hij haar bij de hand en wandelde naar de voordeur. Al snel kwam er een verbaasde blik op Jess' gezicht. "Waar is het slot?" vroeg ze. "Dat is wat iedereen zich afvraagt." grinnikte Korim en klikte op een knopje dat leek op een lichtknop. Er schoof een plakkaatje opzij en daar was het slot. De verbazing van Jess werd omgeruild voor bewondering. "De sleutel zit in het kluisje van McGeurfey." vertelde Korim en wees naar verschillende lokkers onderaan de trap, "Daar heb je een scan voor nodig. Hopelijk lukt het."

 Hoopvol nam hij een dode collega op tot de opengesperde ogen ter hoogte van de scanner stonden. De laser scrolde zenuwachtig over en weer tot er plots een klik volgde. Het kluisje ging piepend open, maar de sleutel was spoorloos. Korim zuchtte. "Wat nu?" vroeg Jess paniekerig. "Bereid je voor om zodadelijk te spurten voor je leven." zei Korim stil en nam zijn revolver tevoorschijn. Hij richtte, schoot en zette het op een lopen.

Hij had met zijn revolver het slot gewoon stuk geschoten. Hij trok Jess achter zich aan door de deur en hoopte dat ze hem kon volgen. Al gauw hoorden ze piepende banden over het wegdek crossen en zagen ze lichten naar hen zoeken. Zo snel ze kon, holde Jess achter Korim en haar arm aan door het dichtbegroeide bos. Bijna struikelde ze over een uitstekende wortel, maar ze corrigeerde zich vrijwel onmiddellijk. 

Al snel waren ze de lichten kwijt en hoorden ze enkel nog het geluid van tientallen krekels. Hijgend liet Jess zich in het natte gras vallen. Ze legde gepijnigd haar hand op haar heup. Korim zette zich naast haar en glimlachte: "We hebben het gehaald."

I got you (+12)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu