The Vampire with blue eyes.

{Deel 2: Hoofdstuk 28}

P.o.v. Zack:

Mijn bloed begint te koken van woede. Wie is deze anoniem en wie denkt hij wel niet dat hij is? Delia is mijn vriendin, mijn mate, en ze gaat echt niet zomaar met iemand anders, of.. NEE, zo is Delia niet, dat zou ze nooit doen. Dit wil deze persoon, dat ik ga twijfelen aan Delia, terwijl ze in het ziekenhuis ligt. Wie is deze zieke geest?

Woedend stap ik het huis uit, op weg naar het ziekenhuis, om te kijken hoe het met Delia gaat. Dat wil ik op dit moment namelijk het liefste van alles weten, meer dan ooit. Ik ren in vampier snelheid naar het ziekenhuis en ben er binnen een paar minuten.

Uitgeput loop ik het ziekenhuis in, rechtstreeks naar de kamer van Delia, waar ik naar binnen loop en haar niet aantref. Waar is Delia? Verbaasd kijk ik om me heen, maar zie geen enkel spoor. Ik loop naar haar nachtkastje en zie een kaartje liggen. Helemaal verward van deze situatie, pak ik het kaartje en begin hem te lezen.

Dag Zack,

Jij raad vast al wie ik ben of niet? Zo niet, dan ben je dommer dan ik dacht. In ieder geval. Heb ik niet een leuk cadeautje voor je achter gelaten? O wacht, dit is geen cadeautje. Raad je inmiddels al wie ik ben? Ja, Zack. Ik ben het Jens, en heb Delia in mijn bezit. Ik hoefde er niet eens al te veel moeite voor te doen. De dokters gingen voor een paar seconden weg en toen.. BOEM. Maar goed, we hebben wel weer genoeg geschreven, mijn hand doet pijn. Ik voorspel dat we elkaar weer heel snel gaan zien, Zack, en ik leef nu al uit naar deze dag.

Met vriendelijke groet, je aller beste vriend, Jens.