4

714 20 0
                                    

Een week later
Zuchtend loop ik doelloos rond in het park. Ik heb ruzie met Wolfs, ik ben kwaad weggelopen en nu loop ik hier dus doelloos rond. Geen idee wat ik ga doen. In elk geval wil ik Wolfs even niet meer zien. Echt ik snap niks van die vent. Hij loopt nu al de hele week met mij te flirten. Natuurlijk doe ik alsof ik dat niet merk, want hij mag niet weten dat ik hem leuk vind dan loopt het uit de hand. Hij heeft een vriendin! Dus ik snap echt niet waarom hij de hele tijd met mij loopt te flirten. Ik wijs hem ook steeds af, daar niet van, maar hij moet er mee stoppen. Dat probeerde ik hem net dus ook duidelijk te maken, maar hij vatte het weer is verkeerd op en werd kwaad. Waarschijnlijk zit hij nu aan de whiskey omdat hij weet dat hij onredelijk was. Ik kijk opzij en zie een stelletje hand in hand lopen. Ik moet moeite doen om mijn tranen te verdringen. Ik wil dat ook met Wolfs. Alleen zal dat nooit gebeuren, hij heeft een vriendin. Het werk is niet eens een probleem. Want als het zou moeten neem ik ontslag. Als ik daardoor bij Wolfs kan zijn dan doe ik dat. Ik heb verdomme alles voor die man over. Ik zou zelfs naar Afrika ofzo willen emigreren voor hem. Natuurlijk zal ik Marion en Maurice dan wel missen, maar Wolfs is de enige die ik wil en nodig heb. Als ik maar samen met hem kan zijn. Dan is alles goed, maar het kan niet. Op dat moment kan ik het niet meer houden en barst in tranen uit. Ik voel me zo verdomd alleen. Ik ga op een bankje zitten en verberg mijn hoofd in mijn handen. 'Hé gaat het wel?' Hoor ik een stem naast me vragen. Ik kijk op en krijg de schrik van mijn leven. Naast mij zit de verdachte. Shit wat moet ik nou doen? Ik zet een fake glimlach op. 'Ja hoor het gaat prima' probeer ik zo vrolijk mogelijk te klinken. Wolfs zou meteen door hebben dat er iets was, maar dat valt hem gelukkig niet op. Ik kijk even op mijn horloge en schrik zogenaamd van de tijd. 'Het spijt me, maar ik moet gaan' zeg ik dan. Ik sta op en loop weg. 'Niet zo snel lekkerding' pakt hij mijn pols vast en trekt me naar hem toe. Vol afgrijzen kijk ik hem aan. 'Kan je me loslaten? Ik moet weg' probeer ik uit zijn greep te komen. Ik voel ongemerkt op mijn heup en merk tot mijn opluchting dat ik mijn pistool nog heb. Ik kijk om me heen en zie gelukkig geen mensen in de buurt. Ik pak mijn pistool en richt hem op de man voor mij. 'Laat. Me. Nu. Los' sis ik kwaad. Hij schrikt duidelijk van mijn actie, waardoor zijn greep verslapt. Ik sla met mijn pistool tegen zijn slaap en om het af te maken trap ik hem nog in zijn ballen, waarna ik weg ren. Zo snel als ik kan ren ik terug naar het huisje, terwijl ik mijn pistool weer in het holster prop. Ik weet dat ik zei dat ik Wolfs voorlopig niet wil zien, maar ik ben nog liever bij hem dan bij de verdachte. Onderweg merk ik dat mensen mij raar aankijken, maar dat interesseert me niet. Het enige wat ik wil is zover mogelijk bij die creep vandaan komen. Als ik er eenmaal ben zet ik even mijn handen op mijn knieën om uit te hijgen. Net op het moment dat ik de deur open wil doen wordt ik aan mijn middel terug getrokken. 'Niet zo snel jij' wordt er in mijn oor gefluisterd. 'Laat me los!' schreeuw ik. 'Dat dacht ik even niet, wij gaan veel plezier beleven samen of nou ja ik vooral' zegt hij met een vieze grijns op zijn smoel die ik er het liefst af wil slaan. Ik sla en schop om me heen terwijl ik de longen uit mijn lijf gil.  'Hou je kop bitch' sist hij kwaad. 'Wolfs!' Gil ik terwijl ik de ijzer sterke greep probeer te komen, wat een kansloze poging is. Wanhopig probeer ik me los te worstelen. Ik stomp met mijn elleboog in zijn buik, trap op zijn voet en in zijn ballen. Kermend van de pijn valt hij op de grond. Snel ren ik naar de deur van het huisje en begin er hard op te bonken en slaan terwijl ik Wolfs roep. Dan vliegt de deur open en snikkend val ik in Wolfs' armen. 'Eef?' Hoor ik hem verbaasd vragen terwijl hij zijn armen om me heen slaat. Ik trek hem stevig tegen me aan terwijl zijn overhemd nat wordt van mijn tranen. 'Eef? Wat is er?' Vraagt hij bezorgt en probeert me een klein stukje van zich af te duwen, waardoor ik me alleen nog maar steviger aan hem vast klem. 'Laat me niet los alsjeblieft' fluister ik terwijl de tranen over mijn wangen stromen. 'Sjjt rustig maar' wrijft hij geruststellend over mijn rug. 'Wat is er gebeurd?' Vraagt hij terwijl hij een kus in mijn haar drukt. 'D-die verdachte volgde mij' fluister ik 'h-hij wou me meenemen, hij ligt daar' gebaar ik ergens achter me. 'Waar dan?' Ik draai me om in zijn armen en zie dat de verdachte weg is. 'Hé? Hij lag hier net nog' zeg ik verbaasd, ik duw de handen van Wolfs weg en loop een stukje verder terwijl ik zoekend om me heen kijk. Ik draai me weer om naar Wolfs. 'Ik snap het niet hij lag hier net nog' 'weet je dat zeker Eef?' 'Ja, natuurlijk weet ik dat zeker! Wat suggereer je nou?! Dat ik gek ben?!' Roep ik kwaad uit. 'Nee natuurlijk niet Eef, maar het is toch raar?' 'Ja dat wel' beaam ik. 'Maar ik weet het zeker! Ik heb hem net nog in zijn ballen getrapt. Dat verbeeld ik me echt niet hoor!' 'Je hebt wat?' Vraagt hij lachend 'je hoorde me wel' antwoord ik lachend. Opeens worden zijn ogen groot en wijst verschrikt naar iets achter me. 'Wat is er?' Vraag ik lachend en op dat moment voel ik de loop van een pistool tegen mijn slaap. Wanhopig kijk ik Wolfs aan, die me als versteend aan kijkt. 'Wolfs' roep ik smekend, wat hem uit zijn trance doet ontwaken en hij trekt meteen zijn pistool. 'Laat dat wapen vallen!' Roept hij naar de verdachte, die alleen maar gemeen lacht. 'Als je nog een stap dichterbij doet, dan schiet ik een kogel door haar kop' zegt hij dreigend. Hopeloos kijkt hij me aan, met een blik in zijn ogen dat hij niet weet wat hij moet doen. Ik geef hem de bekende blik die ik hem altijd geef in zulke situaties. Hij knikt onopvallend dat hij het heeft begrepen. Precies op dat moment voel ik een naald in mijn nek en dan wordt alles zwart.

Missie #VAKANTIEBOEKWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu