Hoofdstuk 2

11 0 0
                                    


Nagel bijtend sta ik voor de deur van Timidos zijn vertrekken. Nadat ik tegen een dienst meid had geroepen dat ze zo snel als ze kon een dokter moest halen hadden ik en Durum, Timidos opgetild en naar zijn vertrekken gebracht.

Ik schrik wanneer iemand zijn hand op mijn schouder legt. Ik draai me met een ruk om, het is Durum. "Is de dokter nog binnen?" Ik kijk Durum aan, in zijn stem is angst te horen. Ik knik mijn hoofd. Durum zugt en kijkt naar de grond. "Ik had hem nooit zo mogen forceren om toch mee te gaan, hij was er nog helemaal niet klaar voor." Z'n stem trilt wanneer hij praat. "Durum, het komt goed, echt waar." Hij kijkt me aan, z'n ogen glinsteren door de tranen die hij met man en macht in probeert te houden. Ik leg m'n hand op z'n wang en veeg de enkele traan weg die toch heeft weten te ontsnappen.

"Durum, kijk me aan." Ik weet dat hij me niet aan wil kijken omdat hij huilt. Meeste mannen vinden huilen een teken van zwakte, inclusief mijzelf ook al ben ik geen man, maar op dit moment snap ik maar al te goed waarom Durum zijn tranen niet kan bedwingen. Het is misschien zijn schuld niet dat Timidos nu moet vechten voor zijn leven, maar hij heeft er wel een behoorlijke bijdrage aan geleverd. "Durum, kijk me alsjeblieft aan." Met tegenzin bewegen zijn ogen zich naar die van mij. Ze zijn rood en opgezwollen. "Luister, ik weet dat je je schuldig voelt en geloof me dat zou je ook moeten aangezien jij ook tegen hem dingen hebt gezegd die niet eerlijk of terecht waren. Maar dit is niet alleen jou schuld! Timidos is uiteindelijk me gegaan door vader en Patrem, dat weet jij ook!"

Durum z'n gezicht verandert niet, er verschijnen alleen nog maar meer tranen in zijn ogen die langzamerhand weer over zijn wangen stromen. "Dat is het nou juist!" Sist hij door zijn tanden heen. "Ik had er helemaal geen bijdrage aan moeten leveren, hij is mijn broer! Ik had er voor hem moeten zijn en niet de kant moeten kiezen van vader en zijn hielenlikker!" Zijn toon versterkt bij elk woord dat hij er uit gooit.

Ik verwijder mijn hand van z'n wang wanneer ik de zware voet stappen van vader hoor. "Daar zal je hem hebben." Sist Durum kwaad. Hij wil er heen stromen maar ik houd hem tegen. "Durum stop! Ruzie maken met vader zal je op dit moment echt niet verder helpen, die man zijn ego is te groot om daar tegen in te gaan. Laat moeder het vertellen, daarna kan jij spreken. Begrepen?" Durum knikt en lacht licht. Ik kijk hem vragend aan. "Wat?" Hij haalt zijn schouders op. "Niks, soms verbaast het me gewoon dat jij mijn jongere zuster bent in plaats van mijn oudere." Hij geeft me een klopje op mijn schouder. Ik weet niet of ik die opmerking van hem als een compliment moest opvatten of niet, maar ik besluit het wel te onthouden. 

"Álainn!" Ik hoor mijn vaders stem schallen door de grote stenen hal. Ik kan horen dat hij dronken is door de manier waarop hij mijn moeder roept. Ik wil net weg lopen maar het is al te laat. "Ravelyn, waar....lis...je euh mhoeder?" Het klinkt alsof hij met twee tongen probeert te praten, en de drank geur uit zijn mond drinkt zich binnen in mijn neus.

"Moeder is bij Timidos, het gaat niet goed met hem." Probeer ik zo kalm mogelijk te zeggen. Hij trekt zijn wenkbrauw op. "Timidos? Wie is Thimiidoss?" Ik kijk hem verontwaardigt aan. Ik kijk langs hem heen en zie nog net hoe Durum woedend weg stormt. "Timidos is uw zoon! Uw jongste zoon om precies te zijn, en die zoon heeft vandaag voor u en de koning staan vechten!" Mijn vader krijgt een vuile grijns op zijn gezicht en begint te schateren van het lachen. "Zo u me willen uitleggen wat hier zo grappig aan is?!" Mijn vader kijkt me aan met zijn donkere on vriendelijke ogen. "Luister Lassie*, ik wheet nie wa jij vechten noemt ma wa die knul op het veld probeerde te doe was geen vechten." Hij sleurt de zin er uit met een dubbele tong, maar toch begrijp ik maar al te goed wat hij bedoelt.

"Die knul is uw zoon! En uw zoon heeft vandaag staan vechten voor niet alleen zijn koning, maar ook voor zijn godvergeten vader! En zelfs nu dat hij hoogst waarschijnlijk op sterven licht kan u nog niet zeggen dat u verdomme trots op hem bent!" Ik spuug de woorden bijna letterlijk in zijn gezicht. Het is gevaarlijk om nu tegen mijn vader te schreeuwen aangezien hij in een dronken bui is, maar dat maakt mij niet uit, het zou toch niet de eerste keer zijn dat ik met de vlakke hand van mij vader kreeg.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Jan 01, 2018 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

RavelynWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu