Proloog

1.5K 62 0
                                    

Je hebt Louis Tomlinson, zijn hele leven gelabeld met de titel; ‘outcast’. Louis ging normaal naar school, deed zijn huiswerk en was ondanks de minachting die iedereen voor hem had, toch vriendelijk. Hij probeerde het beste van zijn leven te maken. Een normale jongen, zul je nu vast denken. Dat was hij ook, maar toch was er één klein punt dat hem anders maakte dan anderen. Hij had een denkbeeldige vriend, genaamd Harry Styles. Toen Louis ongeveer vijf was, had hij Harry voor het eerst gezien. 

“Waarom zit je hier alleen?” vroeg een jongensstem. Louis schrok wakker uit zijn gedachten en keek om zich heen. Hij zag niemand en voor een seconde dacht hij dat hij gek aan het worden was. Gelukkig was dit niet zo, want de stem sprak een tweede keer. 
“Hier, kijk omhoog.” Louis ogen keken meteen omhoog, naar de grote boom. En daar zat inderdaad het gedaante van een jongen. Een dikke bos krullen sierde zijn gezicht, en hij had smaragdgroene ogen. Louis vond zijn ogen erg mooi. 
“Wie ben jij?” vroeg hij verbaasd, terwijl hij naar de jongen keek. “Harry.” Harry sprong uit de boom en liep naar Louis toe, om vervolgens naast hem plaats te nemen. 
“Hoe komt het dat ik je hier nog nooit eerder heb gezien?” Harry dacht even na.
“Ik ben niet echt. Ik ben een denkbeeldige vriend.” Louis fronste. Een denkbeeldige vriend? Wat was dat. Hij wist niet dat zoiets bestond, en hij had er nog nooit iets van gehoord.
“Als je eenzaam bent, dan creëer je een denkbeeldige vriend. En ik zal er zijn totdat je minder eenzaam bent, maar na je vijftiende verdwijn ik ook, voor goed.” De blauwe ogen van de jongen uit Doncaster glinsterden. Had hij dan eindelijk een vriend? Hij mocht Harry, want hij was de enige die tot nu toe aardig tegen hem deed, naast zijn moeder en zusjes natuurlijk. 
“Je bent aardig Haz.” Harry glimlachte om zijn bijnaam en keek naar Louis. Hun korte benen bungelden boven de grond doordat ze op een bankje zaten.
“Jij ook Lou.” 


En sinds dat moment werden Louis en Harry beste vrienden. De buitenwereld kon Harry niet zien. Af en toe tot Louis’ teleurstelling, omdat hij zijn beste vriend graag aan zijn ouders wilde voorstellen. Toch was hij al lang blij dat hij Harry zelf wel kon zien. 

Louis’ ouders waren een keer met hem naar een psychiater gegaan, omdat ze dachten dat hem iets mankeerde toen hij had gezegd dat zijn zusje bovenop Harry was gaan zitten en hem pijn had gedaan. Louis was toen tien. De psychiater had gezegd dat dit niet ernstig was, en dat het veel voor kwam bij eenzame kinderen. Louis’ moeder had hem toen opgelucht weer mee naar huis genomen. Ze wist niet hoeveel Harry voor hem betekende. 

Louis werd steeds ouder, totdat hij de leeftijd van vijftien bereikte. Het moment van zijn vijftiende verjaardag, waar hij altijd voor gevreesd had. Harry zou verdwijnen. Maar eigenlijk Louis niet verwacht dat zijn beste vriend écht weg zou gaan. Maar het gebeurde wel. Toen Louis wakker werd op zijn eerste dag als een vijftien-jarige, was Harry weg. En niet het soort ‘ik maak even een wandelingetje’ weg, maar echt weg. Voor goed. Eerst had Louis gedacht dat hij nog wel terug zou komen, tevergeefs. Het gebeurde niet. Hij was zijn beste vriend kwijt.

Louis had ontzettend hard gehuild, en was blij toen zijn moeder naast hem kwam zitten en troostend een arm om hem heen had geslagen. Maar het hele moment werd verpest door een paar simpele woorden. “Het is beter zo.” Dat had zijn moeder gezegd. Zij vond het vast en zeker maar al te fijn dat Louis’ denkbeeldige vriend weg was. Zo was hij weer normaal. En Louis was boos geweest op zijn moeder, heel boos. Maar ook wist hij dat hij niet zijn hele leven zuur kon blijven om Harry. 

Hij moest doorgaan met zijn leven. Vrienden maken.

Imaginary | Larry StylinsonWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu