Kylie zit nog steeds vastgebonden op de stoel als een man binnen komt gewandeld. Deze heeft ze nog nooit gezien, wat betekent dat "het boevenclubje" niet alleen bestaat uit dat meisje en die tovenaar.
'Vandaag gaat het plan van start. Ik maak je los, dus hou je koest welpje.' Ze knijpt haar handen samen. Hoe durft deze oude knar van een vind haar zo te noemen! Ze ademt diep in en uit, zodat ze haar wolf niet ontketent.
Hij komt naar haar toe en haalt een zakmes uit zijn broeksband. Hij snokt haar handen naar achteren en met een snelle beweging zijn haar boeien los.
Dit is mijn kans, denkt Kylie.
Ze gritst haar handen los uit zijn greep en haalt uit met haar nagels naar de man zijn gezicht. Hij kajiet en valt naar achter.
'Ook een weerwolf dus.',zegt ze luidop. Hij komt kreunend overeind en ze zet het op een lopen.
'Dit welpje is precies niet zo makkelijk te vangen of niet soms?',grijnst ze terwijl ze stevig doorrent.
Ze rent de gang door . Haar handen tasten naar een knop if een deur om hier weg te raken. Kylie hoort mannen achter haar aan lopen.
Shit, natuurlijk heeft hij bewakers, vloekt Kylie binnensmonds.
Ze tast nog steeds in het rond tot ze een deur opentrekt. Snel stapt ze binnen en rillingen lopen over haar rug als de voetstappen de deur passeren. Het is donker in de kamer en een naar gevoel bekruipt haar, alsof ze niet alleen is...
Ze slikt en zet een stap achteruit. Plots voelt ze iets warms om haar middel en een hand wordt op haar mond gelegd. Paniekerend slaat ze in het rond, hopend dat ze de persoon die haar vast heeft een goede mep kan verkopen.
De sterke arm spant aan en ze voelt een warme bries langs haar kaaklijn gaan.
'Hebbes, Kylie.',zegt een mannenstem. Ze verstijfd. Hoe kent deze man haar naam?
Licht wordt aangeknipt en er wordt een stoel met riemen zichtbaar. De ruimte is helemaal wit met een paar zwarte accenten. De wanden bestaan uit glimmende, witte kasten en er hangen spots in het plafond.
Kylie wordt opgetilt en met een kreet in de stoel gelegd. Vanaf dat hij haar loslaat probeert ze van de stoel te geraken en weg te lopen, maar zijn reflexen zijn pittig snel.
'Jij verdomde...urgh! Laat me los!', tiert ze, maar in plaats daarvan wordt ze de stoel terug opgeduwd en komt hij op haar liggen. Hij neemt een riem en probeert hem rond haar middel te snoeren, alleen werkt ze enorm tegen.
'Je bent een pittige tante, dat moet ik toegeven!', zucht hij nadat hij eindelijk haar armen en benen gesnoerd heeft. Hij trekt hard aan de riem die rond haar middel moet, maar deze blijft steken waardoor Kylie alle tijd krijgt om zijn gefrustreerde gezicht te bekijken.
Hij heeft ravenzwarte haren en felgroene ogen. Tot haar verbazing is hij niet zoveel ouder dan haar.
En hij is knap, denkt ze. Ze schud even met haar hoofd. Natuurlijk is hij knap Kylie, zegt ze tegen zichzelf, alle slecht jongens zijn knap. Lekker cliché weer.
Met een laatste ruk trekt de jongen de riem los en bind hij hem vast rond haar middel.
'Au verdorie, kijk uit! Dat doet zeer verdomme!',roept ze na de zoveelste keer dat hij hem aanspant. Hij grijnst en trekt zijn schouders op.
Knap vanbuiten, maar enorm lelijk vanbinnen, schiet door Kylies hoofd.
Hij loopt naar één van de witte kasten en trekt een lade open waar hij een koffertje uit haalt. Hij stalt het koffertje uit op de tafel naast de stoel en klikt hem open. Kylies ogen worden groot als de jongen een spuit tevoorschijn haalt.
'Wow wacht eens even! Wat ben je van plan?',stopt ze hem met een bange ondertoon in haar stem.
'Doktertje spelen',grijnst hijwaarna hij de naald van de spuit in de richting van haar hals brengt.
'Nee, alsjeblieft!',smeekt ze hem. Ze probeert in zijn ogen te kijken maar hij ontwijkt haar blik.
'Kijk me dan tenminste aan als je het doet!',schreeuwt ze, waarna ze fluisterend vervolgd,'kijk tenminste naar je slachtoffers.'
Haar hart bonkt in haar keel als ze opkijkt in de groene kijkers van de jongen. Hij kijkt haar aan zonder emotie ,maar als hij de spuit steviger beet neemt flitst er toch iets wat lijkt op spijt en wanhoop door zijn ogen.
'Je gaat niet dood',zucht hij. Kylie rolt met haar ogen.
'Wat een opluchting zeg',antwoord ze sarcastisch in een bui van onwetendheid. Ergens voelt ze zich wel opgelucht, maar dat gaat ze zeker niet aan hem laten zien.
Hij plaatst de punt van de naald op haar slagader en ze raakt in paniek. Ze probeert zich los te wurmen maar het helpt niet.
'Shhtt, rustig!',probeert hij haar te kalmeren, waarna hij zijn hand op haar schouder legt. 'Het doet minder pijn als je kalm bent.'
Kylie houdt het niet meer.
'Minder pijn, minder pijn!',aapt ze hem tierend na,' het zou pas minder pijn doen als je helemaal niks doet!'
De jongen kan er duidelijk niet mee lachen. 'Wijf, hou je mond nou eens!',schreeuwt hij terwijl zijn ogen groen oplichten. Zijn sterm verzwaard als hij verder praat:' Ik had je al lang die spuit moeten geven! Wees blij dat ik nog een beetje met je meeleef!'
Zwarte tekens lopen als lijnen over zijn hals, armen en gezicht en zijn ogen worden nog feller dan ze al waren.
Een Nemphoor, spookt het door haar hoofd. Met haar mond vol tanden kijkt ze hem aan. Hij duwt de spuit in één keer in haar hals en ze gilt het uit van de pijn. Ze voelt hoe haar weerwolf tussen mens en beest schommelt. Hij klikt haar een halsband om en haar weerwolf vaagt weg uit haar binnenste. Wat gebeurt er?,vraagt ze zich verschrikt af. Ze voelt hoe haar gedachtegang en verstand steeds minder controle krijgt over haar lichaam, tot ze niks maar kan doen.
De letters rond op de jongen zijn verdwenen waardoor ze weet dat de jongen zijn zelbeheersing terug heeft. Hij klikt op het edelsteentje van de choker waarna deze een felle, bloedrode kleur krijgt.
'Nu kan de missie van start gaan, welpje.'
JE LEEST
Wolfblood
Tajemnica / ThrillerKylie is een ontembaar, wild meisje. Haar scherpe blik en feilloos gehoor helpen haar goed bij waar ze het meest van houdt, jagen. Haar stam, Utame, staat net als de meeste andere wolfbloods onder het gezag van de Alfa. Tot Kylie's grote ergernis. M...