-18-

11 0 0
                                    

'Wat moet ik zeggen?',dacht ze luidop. 'Ik heb niks dat je interessant gaat vinden.'
De boom bewoog haar bladeren naar haar voorhoofd en tikte er licht mee.
'Iets over die mooie wolf van je?', vroeg ze slijmend.
Kylie slikte. 'Ik weet niks van hem. Ik dacht dat het mijn geheimen moesten zijn?'
De boom glimlachte. 'Tuurlijk.'
Kylie dacht diep na. Ze wist wel iets.
Ze boog voorover naar de boom en fluisterde haar twee grootste geheimen. De boom schrok, maar knikte toch aanvaardend.
'Wat wil je weten?',vroeg ze.
'De weg naar Miron. De weg uit dit bos.',smeekte ze bijna. De boom hief een tak en liet die naar de pols van Kylie glijden. Het omarmde haar als een armbandje en de doornen porden in haar vel als naalden in een speldenkussen.
Langzaamaan werd haar zicht wazig. Haar benen trilden en het voelde alsof ze elk moment van haar stokje kon gaan.
'De boom, ze heeft gelogen!', spookte het door haar hoofd, dat steeds harder begon te bonken. 'Wat gebeurt er?',stotterde ze.
Kylie kon nauwelijks nog wat uit haar mond krijgen. Het werd licht in haar hoofd en even,heel even, zou ze gewild hebben dat ze dood was.
Kort en pijnloos.
Want dat deed de boom, dacht ze,haar vermoorden. In één flits trokken alle kleuren weg, waarna ze in dubbel zo felle kleuren weer terug kwamen. Ze keek naar haar handen en naar de punten van haar schoenen. Ze kon het niet geloven! De boom heeft niet gelogen! Terwijl het gevoel in haar hoofd wegtrok, viel haar blik over iets wat ze nog niet eerder had. Een groen eikenblad, zo fel als de veren van een parkiet, stond in haar pols gegraveerd als een tattoo. Onuitwisbaar.
Kylie keek terug naar de boom. Al de kleur was uit haar gezicht getrokken.
'Wat is dit?',ze voelde haar verraden. Waarom wist ze hier niet van? Dit had de boom niet gezegd!
'Dit was de deal niet!'
Ze had nooit gevraagd om een merkteken. Dit was niet het plan!
De boom ritselde met haar bladeren. 'Je wou de weg toch weten?'
De wind blies een zacht briesje en tilde de al losgekomen bladeren even van de grond.
'En wat heeft dit daarmee te maken?'
Kylie had moeite haar stem in bedwang te houden. De boom raakte het blad aan, zacht en teder, alsof het haar kind was.
'Ik schonk je iets heel zeldzaam, ik schonk je een deel van mij', begon ze,'omdat ik je verlangen van wat je zoekt, wie je zoekt en vanwie je houdt, herken en sterker voel dan al je andere emoties. Ik zal je bijstaan tijdens je reis. Als gids en als beschermengel.' Kylie stond met een mond vol tanden en was zo verbaasd dat ze het laatste wat de boom zei niet meer hoorde.
'Mijn koningin, La Luna.'
Kylie wist niet wat ze moest denken. Niet dat ze daar de tijd voor kreeg.
'Ga nu, ik zal je de weg helpen vinden.', zei Marlansia. Ze knikte nog vluchtig een richting uit voordat haar voorkomen weer één werd met de schors. Met kleine passen liep ze de richting uit die de boom haar had aangewezen. Met elke stap die ze in de nacht zette leek ze zelfverzekerder te worden. Alsof ze wist wat ze deed en waar ze naartoe ging. Toen ze bij een kruising van twee paadjes aankwam wist ze niet direct welke kant ze moest kiezen. Even treuzelde ze, maar niet voor lang.
'Kies links.'
Kylie keek rond zich maar zag niemand. 'Links.'
Het woord echoode door haar hoofd.
'Ik ben het, Marlansia. Ga links.'
-

Ondertussen was Miron aan het vechten voor zijn leven. De heks haalde uit met haar nagels en probeerde zijn vacht in brand te steken met magische spreuken. 'Jij zal niet winnen, mormel van een Alfa. Je zult boeten voor wat je ons rijk aandeed, voor waar je je vader in gevolgd bent.',krijste ze monotoon, terwijl ze hem dwong terug zijn menselijke gedaante aan te nemen door een deel van zijn vacht te verbranden.

Zijn gespierde lichaam was zodanig toegetakeld dat zijn kleren in zijn huid verschroeid zaten. Hij voelde zich slap worden, maar kon het zich niet veroorloven te verliezen. Hij haalde uit met zijn scherpe nagels en schraapte langs het gezicht van de heks. Hij had haar flink toegetakeld, maar zij moest enkel lachen. De moed zakte hem in de schoenen toen hij zag waarom. De wonden genazen nog sneller dan ze gekomen waren en lieten enkel een licht rode streep achter, die ook op zijn beurt vervaagde en verdween, alsof deze nooit aanwezig was.

Dit zou een lang gevecht worden, wist hij. Miron onderdrukte de angst die op zijn borstkas woog. Hij mocht er niet aan denken dat hij zou verliezen. Dat zorgde er enkel voor dat je hoop zou verliezen en daadwerkelijk ten onder zou gaan.

De heks vloog weer zijn richting uit en wierp hem met een flinke stoot tegen een boom. Miron zwoer dat hij iets hoorde kraken toen hij weer recht kwam. Zijn hoofd bonkte en zijn schouder deed ondraaglijke pijn. Hij zou dit niet kunnen winnen, hoe erg hij het ook vond en hoe hard het ook zijn hoogmoed krenkte. Hij zou nog een keer aanvallen, nog een klap uit delen en als hij dan nog niet buiten bewustzijn was, wist hij zeker dat de heks dat verder wel zou regelen.

Hij ging in aanvalspositie staan, maar net voordat hij zich op de vrouw voor hem kon storten, werd hij door een andere vrouwenstem geroepen.

'Miron!'

Met een ruk draaide hij zich naar de kant van het geluid. Daar stond ze, bang en met grote ogen, terwijl ze er nog kleiner uitzag tussen die grote bomen. Hij was niet paranoïde geweest toen hij haar tussen de bomen spotte. Ze liep hier echt rond! Een zwaar gevoel overviel hem toen hij zich plots iets bedacht. Als dat Kylie is, loopt ze verschrikkelijk gevaar!

'Kylie rennen, nu!', riep hij haar bevelend toe. De heks lachte op een akelige manier toen ze de achtervolging inzette op haar nieuwe prooi. Na een paar seconden van verlamming, zag hij hoe ze in een wolf veranderde en het op een rennen zette. Hij daarin tegen wachtte op het juiste moment. 'Hé, lelijk gedrocht, vecht tegen iets van je eigen kaliber.',schreeuwde hij haar richting uit. Het wezen draaide zich om en ging nu in volle vaart zijn richting uit. Het zwarte gewaad raasde als een mantel van de dood achter haar aan toen hij zich realiseerde dat hij een misrekening had gemaakt. Nog voor hij kon wegtrekken had ze hem al te pakken. Met een messcherpe nagel perforeerde ze hem in zijn zij. Kylie gilde. Ze zag het bloed aan de vrouw haar handen en haar Alfa die verdwaasd op de grond lag. Ze verstijfde helemaal toen de heks haar kant op keek., maar voor het monster weer kon aanvallen boorde Miron een stok door het wezen. Met een schok een een akelige gil viel de vrouw neer op de grond.

Nu zag de heks er niet meer uit als een monster, maar als een vrouw, die vredig lag te slapen. Het lichaam verging tot as en Kylie leek te ontwaken. Snel ondersteunde ze haar Alfa. Ze zag het robijnrode bloed als een woekerende brand steeds meer van zijn T-shirt kleuren en raakte in paniek.

'Ik weet niet wat ik moet doen.', fluisterde ze zacht, overstuur. De tranen brandden achter haar ogen terwijl de beelden zich voor haar ogen bleven afspelen. 'Ik bracht je in gevaar.'

Hij zakte met zijn rug onderuit tegen de boom en met een kreun van pijn liet hij zijn hoofd ertegen zakken. De snijwond was diep, dat kon ze aan het bloed zijn, dat er overvloedig uit liep.

'Je hebt je best gedaan.'

Zijn stem klonk hees en doorleefd, als dat van een oude man op zijn sterfbed. 'Dat was niet genoeg. Wat als ik je dood wordt?'
Haar blik was nu troebel van de opwellende tranen. 

Toen hij nogmaals kreunde kon ze een traan niet meer onderdrukken. Als een klein riviertje liep het over haar wang, op de wond waar ze zo hard haar best voor deed om het te stelpen. Miron zag het en probeerde met veel moeite rechtop te zitten. Hij wou niet dat ze huilde.

'Nee, niet doen!',snikte ze en ze deed een poging om hem terug te duwen, maar hij nam haar vast en hield haar tegen zich aan. Ze huilde met haar hoofd op zijn borst, terwijl de lap stof die ze van haar lijfje had gescheurd om het bloed te stelpen, langzaam doordrenkt raakte. 

Miron wreef met zijn hand door haar haar, wat er samen met zijn rustige ademhaling en zijn ontspannen hartslag voor zorgde dat Kylie haar kalmte terugvond en de tranen kon terugdringen.

Zo bleven ze liggen tegen de schors van een boom, met het laatste wat ze hoorde voor de mist hen in slaap wiegde de woorden van Miron:

'Als ik toch sterf vannacht, ben jij tenminste bij mij, Prinses.'

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Jul 01, 2018 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

WolfbloodWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu