Hoofdstuk 1

1.9K 78 9
                                    

 True as it can be

Met een luide plop verscheen Hermelien voor een reusachtige poort. Ze werd meteen verwelkomt met een hevige regenbui die haar binnen enkele seconden al doorweekt had. Ze stormde vastberaden op de poort af, maar tot haar verbazing zwaaide hij al open voor ze er een spreuk op had afgevuurd. Het was alsof ze hier verwacht werd.

Langzaam liep ze het lange pad af dat naar de voordeur leidde. Een eindje verderop hoorde ze paarden hinniken en ze zag een zwak licht uit de stallen komen, welke naast de villa lagen. Ze fronste haar wenkbrauwen, ze had nooit geweten dat Malfidus paarden had. Daarentegen had ze ook nog nooit een normaal gesprek met hem gehad. Misschien was het hebben van paarden niet iets om over op te scheppen in de tovenaarswereld.

Ze liep naar de gigantische voordeur en klopte aan. Ze hoorde hoe het geluid weergalmde in de ongetwijfeld grote hal. Vrijwel meteen werd de deur op een kiertje geopend en Hermelien beukte de deur zo goed en kwaad als het ging verder open. 'Wat denken jullie wel nie-...' begon ze woedend, maar er was niemand die de deur open gedaan kon hebben. In de hal was het schemerig, er kwam een zwak licht van een haardvuurtje aan de zijkant van de ruimte. 'Hallo?' Haar stem galmde griezelig na in de lege ruimte. Was dit een valstrik? Waar waren alle dooddoeners? Ze bekeek de grote wenteltrap in het midden van de hal. Aan de zijkant van de trap was een open deur met nog een smalle trap naar beneden. 'Hallo?' riep ze nog eens, nu wat harder. Ze hoorde gemompel uit de open deur komen en zag een vaag, flikkerend licht. Ze liep om de trap heen en duwde de deur wat verder open. De trap naar beneden werd verlicht met verschillende kandelaars aan de muur. 'Is daar iemand?' Riep ze. Ze hoorde een gilletje en meteen daarop volgde nog een kreet, veel zwaarder: 'Hermelien?!' Ze herkende de stem van haar vader en ze rende met twee treden tegelijk de stenen trap af. 'Papa! Mama!' Riep ze hard.

De trap liep in een spiraal naar beneden en er leek geen eind aan te komen. Toen het einde wel kwam, belandde ze in een ruimte met verschillende cellen. Wat was dit? Het leek wel op een ouderwetse kerker. Haar ouders zaten samen in een cel en hielden de tralies vast. 'Hermelien! Wat doe je nou hier? Ga terug!' Zei haar moeder hopeloos. Hermelien rende naar de cel toe en pakte de handen van haar ouders vast. 'Mama, papa, wie heeft dit gedaan?' Zei ze, terwijl er tranen over haar wangen stroomden.

'Er was een jongeman in ons huis Hermelien, zomaar, hij riep wat raars en opeens konden we niet meer bewegen. Hij nam ons mee. Tegen de tijd dat we weer wat konden doen zaten we al opgesloten in deze kerker. Hermelien, hij zei dat hij ons meenam zodat jij ons zou komen redden! Het is een valstrik, vlucht nu het nog kan!' Haar moeder snikte luid.

'Ik denk dat dat te laat is.' Een kille stem klonk vanuit een donkere hoek. Hermelien sprong overeind en stak haar toverstok uit naar de donkere gedaante. 'Wie ben je? Kom in het licht staan!' Commandeerde ze de schim, al had ze eigenlijk zijn stem al lang herkend. Tergend langzaam zette de gedaante een stap vooruit en keek met een zelfvoldane grijns recht in het gezicht van Hermelien. 'Zal ik me even voorstellen? De naam is Draco, Draco Malfidus, maar ik denk dat dat niet meer nodig is voor jou.'

Haar vader snoof luid. 'Malfidus? Daar heb je ons over verteld Hermelien, is dat de jongen die je altijd zo pestte op school?'

'Ja, maar maak je niet druk pap, ik heb jullie hier zo uit.' Ze hief haar toverstok op, wees hem op Malfidus en riep luid: 'Stupefy!' Er gebeurde niks. Draco lachte koud en hard. 'Dat is de eerste keer dat Hermelien Griffel en spreuk niet kan uitvoeren.'

'Nee, dat kan niet...' Fluisterde ze verward. Ze had de spreuk goed uitgevoerd, waarom gebeurde er niks? 'Rictusempra! Petrificus Totalus! Reducto! Tarantallegra! Locomotor Mortis! Expelliarmus! Impedimenta!' Niks werkte. Ze vuurde alle spreuken op hem af die in haar opkwamen, maar NIKS werkte. Ze schreeuwde van frustratie en keek opzij. Ze wees met haar toverstok op de cel van haar ouders en die sprongen verschrikt tegen de achterwand aan. 'CONFRINGO! BOMBARDA!' Schreeuwde ze nu boos. Draco lachte alleen maar. 'Geen paniek Griffel, het ligt niet aan jou. Of eigenlijk... jawel, het ligt wel aan jou en die mensen hier die jij ouders noemt. Zie, er is een bescherming uitgesproken over dit huis, welke ervoor zorgt dat modderbloedjes zoals jij geen magie kunnen gebruiken binnen deze muren...' Hij legde de nadruk op het woord modderbloedje en grijnsde kil. Kon dat wel? Hermelien wist niet eens dat zo'n beschermingsspreuk bestond. Verslagen keek ze haar ouders aan, wat moest ze nu?

Beauty and the Beast   ~Dramione~Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu