Hoofdstuk 3

2K 60 1
                                    

Pov Ryan

Toen ze wegrende was mijn wolf woedend. Maar vooral verdrietig. Hield ze niet van me. Ging ik te snel. Heb ik uberhoubt wel iets fout gedaan. Het maakt me kapot om niet te weten waarom ze wegliep. Nu ben ik vooral kwaad. Ik sta op en loop woedend naar de kerkers. Even mijn woede uiten op de gevangenen. Als ik binnenkom, zijn mijn beta en gamma net bezig iemand te martelen. Ik duw ze aan de kant en ga verder met waar hun gebleven waren. Niemand vraagt iets, wat ik fijn vind. Ik hoor een celdeur dichtslaan, wat betekend dat er een nieuwe wolf is. Ik maak eerst de persoon af waar ik mee bezig ben. Nu kan ik zelf beginnen. "Breng me de nieuwe gevangene!" schreeuw ik bijna. Als snel word er een wolf de ruimte in gesleept. Hij lijkt niet veel weerstand te bieden. Eigenlijk helemaal geen. Het is wel een mooie wolf. Grijs-wit met een paar lichtbruine strepen er doorheen. Ik kan me er niet van weerhouden, hij is zo mooi dat ik weer aan haar moet denken. Ik schop hem aan de kant. Ik leef me compleet uit, voordat ik hem beveel te veranderen. "Verander!" beveel ik. Er gebeurt niks. Ik leef me verder uit  . "Verander, NU!" schreeuw ik nu bijna. Als hij verandert krijg ik de schrik van mijn leven. 

Pov Claire:

Er komt iemand de cel binnen en sleept me mee bij mijn nekvel. Het doet ongelofelijk veel pijn, maar het boeit me allemaal helemaal niks meer. Zodra ik in een andere ruimte ben, word ik op de grond gegooid. Voor een tijdje gebeurd er niks. Daarna begint er iemand met me te slaan en schoppen. Ik voel dat mijn ribben breken, dat alles breekt. En wat me nog het meeste breekt, is zijn geur. Het is Ryan die bezig is. Hij stopt maar niet. Na een kwartier wat wel een hele dag lijkt, houd hij op. "Verander!" beveelt hij. Ik negeer hem, waarom zou ik veranderen voor hem als hij me daarna toch weer pijn gaat doen. "Verander, NU!" hij klinkt echt boos nu. Hij gebruikt zijn alfatoon, waardoor ik wel moet veranderen. Ik lig met mijn gezicht naar beneden op de grond. Langzaam verplaats ik mezelf naar de muur. Er is niemand die me tegen houd. Ik ben eindelijk bij de muur zodat ik mezelf kan ophijsen. Alles doet pijn. Ook mijn hart. Maar dat vooral omdat hij mijn mate is en me zo behandeld. Ik kom omhoog zodat hij mijn gezicht kan zien. Zo, nu gaat hij dood uit schuld gevoel. Ik kijk hem aan voor een paar seconde. Dan zakt hij op zijn knieën. Zo eigen schuld. Nu gaat hij waarschijnlijk dood van schuldgevoel. Lekker dan. Doordat niemand nu op mij let, krijg ik de kans om weg te rennen. Ik grijp die en ren zo hard als ik kan richting de deur. Maar ik word tegen gehouden door een man. Ik herken hem als Ryans beta. Hij sleept me mee terug naar Ryan en gooit me tegen de muur. Ik laat het maar zo en laat hem zijn gang gaan. Ik ga nu toch dood. Dat heb ik nu wel geaccepteerd. Ryan zit nog steeds op zijn knieën. Hij ziet er gebroken uit. Zijn beta komt op me af en trekt me aan mijn haren omhoog. Hij is echt woedend. Hij gooit me voor Ryans neus. Ik probeer weg te kruipen, maar Ryans beta houd me vast bij mijn keel. Ik krijg bijna geen lucht. Ik voel dat ik wegzak. Mijn lichaam kan het niet meer aan en geeft het op. Net zoals ik al een tijdje geleden heb gedaan. Plotseling kijkt Ryan op en duwt zijn beta van me af. Ik hap snel naar lucht, bang dat Ryan nu hetzelfde gaat doen als zijn beta. Dat hij het wil afmaken. Maar in plaats daarvan trekt hij me naar zich toe en legt me bij hem op schoot. Hij knuffelt me. Fluistert geruststellende woordjes in mijn oor. Ik vertrouw hem niet meer en stribbel tegen. Voor zover dat nog kan tenminste. Ik weet te ontsnappen en rol van zijn schoot. Ik probeer op te staan, wat mislukt aangezien alles pijn doet. Ik strompel naar de deur, maar word tegen gehouden door twee sterke armen. Ik verander in mijn wolf en ren zo hard mogelijk weg. Ik hoor dat Ryan ook veranderd. Hij rent achter mij aan. Ik probeer nog harder te rennen, wat mislukt. Ryan haalt me met gemak in. Ik ren richting het bos. Bij de bosrand stopt Ryan. Ik maak er gebruik van en ren door. Ik hoor hoe hij weer achter me aan komt. Ik ben niet snel genoeg, dus zoek ik een boom die sterk genoeg is om mij te houden. Al snel zie ik er een. Ik spring er in. Op de eerste tak verander ik in mijn mensvorm. Snel klim ik hoger, totdat het onmogelijk is mij vanaf de grond te zien. Ik kijk voorzichtig naar beneden en zie Ryan lopen. Hij verandert in zijn mensvorm. Ik ben bang. Mijn hart klopt in mijn keel. Shit, hij kan mijn hart horen. Ik kijk heel even naar mijn armen. Ze zien er vreselijk uit. Als ik weer naar beneden kijk, is Ryan weg. Plotseling word ik vanachter vastgegrepen. Achter me zit Ryan. Hij glimlacht. "Gewonnen" fluistert hij. Denkt hij nou serieus dat ik een spelletje speel. Met veel moeite weet ik uit zijn armen te ontsnappen. Ik spring zo snel als ik kan uit de boom. Ik val keihard op de grond. Ik had overal al pijn, nu dus nog meer. Leuk. Naast me ploft Ryan op de grond neer. Netjes op zijn voeten. Ik ren weer weg. Geen idee waarnaartoe. Ik kom weer uit bij de bosrand. Daar struikel ik met mijn domme hoofd over een tak heen. En weer val ik keihard op de grond. Ik draai me om. Daar staat Ryan. Hij lacht niet meer. Hij kijkt eerder boos. Ik probeer op te staan. Gelijk schiet er een pijnscheut door mijn polsen heen. Oke, ik kan dus niet opstaan. Geweldig. Dan maar proberen bij hem uit de buurt te blijven. Hij zet een stap richting mij. Ik schuif daarbij voorzichtig een stuk opzij. Dat gaat zo nog even door, totdat ik met mijn rug tegen een boom aanzit. Ik kan geen kant meer op. Als Ryan dichterbij komt, gaat mijn hart sneller kloppen, ik begin sneller te ademen en volgens mij is in mijn ogen te zien dat ik bang ben. "Laat me met rust" weet ik fluisterend uit te brengen. Ik zie dat Ryan schrikt van mijn woorden. Dan word alles zwart. 

the demon alpha (Voltooid)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu