. ‘Lotte, er wordt op m’n deur geklopt. Ik spreek je later, oké?’ Emma hangt op en loopt naar de deur. Als ze de deur opendoet kijkt ze in het gezicht van Jonathan. ‘He, ik zag je koffers staan in de hal en toen dacht ik, dat is wel het minste wat ik kan doen nadat ik je omver had gelopen.’ Jonathan kijkt Emma aan. Achter hem staan haar koffers. ‘Stoorde ik je niet?’ Jonathan kijkt Emma vragend aan. ‘Nee hoor, ik was alleen even met een vriendin aan de telefoon.’ Ze pakt de koffers en loopt ermee naar binnen. ‘Het is wel vreemd zeker, dat je nu hier woont?’ Jonathan loopt behoedzaam naar binnen en gaat zitten op de vensterbank bij het raam. ‘Ja, best wel. Het went wel denk ik.’ Emma gaat naast hem zitten. Jonathan kijkt haar van opzij aan. ‘Ik dacht dat als het personeel kinderen had, die kinderen bij hun andere ouder zouden wonen.’ Emma kijkt hem aan en beslist in haar hoofd dat ze gewoon de waarheid tegen Jonathan gaat zeggen. ‘Mijn moeder is vijf jaar geleden overleden, toen ik twaalf was.’ ‘Oh, het spijt me.’ Jonathan wrijft licht zenuwachtig in zijn handen. ‘Het is oké, mijn vader en ik hebben het prima. Het is gewoon als ik eraan denk,’ Emma blijft een beetje hangen in de woorden. ‘Moeilijk?’ Jonathan kijkt haar troostend aan. ‘Mag ik vragen hoe ze is overleden?’ ‘Ik, ik ging ’s ochtends naar school en het was prima.’ Begint Emma. ‘Ze had brood voor me gemaakt en me een kus gegeven. Ze vroeg nog of ik voorzichtig zou doen en ik had geïrriteerd ja gezegd. Toen, tijdens rekenen, werd ik uit de klas gehaald en moest ik mee naar het kantoortje van de directeur. Daar zat mijn vader. Met zijn handen in zijn haar en hij had rode, opgezette ogen. Mijn moeder had een auto ongeluk gehad. Ze was op slag overleden. ‘ Emma haalt diep adem maar de tranen komen toch tevoorschijn. Ze wendt zich af maar Jonathan heeft het al gezien. Hij draait voorzichtig haar gezicht naar hem toe en veegt de tranen weg. ‘Ik heb echt het gevoel alsof ik je al jaren ken.’ Jonathan veegt een beetje mascara van haar wang. ‘Dat gevoel heb ik ook.’ Emma wendt haar ogen af. ‘En ik dacht dat ik de enige was met problemen.’ Jonathan kijkt haar mistroostig aan. ‘Wat is er dan?’ Emma kijkt hem vragend aan. ‘Ik heb hartstikke lieve ouders maar in sommige dingen blijven ze echt hangen. Oude tradities. Ze hebben dus een meisje geregeld waar ik eigenlijk mee moet trouwen. We moeten elkaar eerst beter leren kennen en dat soort onzin. Ik ben achttien! Ik ga toch nog niet trouwen?!’ Jonathan kijkt boos de andere kant op. Emma voelt zich een beetje opgelaten. Dit had ze niet zien aankomen. ‘Maar,’ probeert Emma. ‘Misschien is ze wel heel aardig en ziet ze er goed uit.’ Jonathan snuift. ‘Ze ziet er goed uit maar dat is het enige. Ze is een trut. Een arrogante, egoïstische,’ ‘Jonathan!’ Emma kijkt hem glimlachend aan. ‘Sorry.’ Jonathan kijkt schuldig voor zich uit. Emma staat op. ‘Ik ga me omkleden, ik zie er niet uit. En we gaan zo ook eten.’ Jonathan loopt naar de deur. ‘Ik zie je zo.’