Story After Percy Jackson (dutch fanfiction)

795 28 6
                                    

Wit. Alles hier is wit. Waarom wit? Nou zeggen ze, dat staat voor steriel en dat is schoner. Ik haat witte gebouwen. Ik haat ziekenhuizen gewoon over het algemeen. Ik wacht hier nu al seconden, minuten uren? Ik weet het niet meer. Ik weet alleen dat mijn lieve annabeth daar in die kamer licht pijn te lijden. Ze gaat daar bijna dood om een nieuw persoon op de wereld te laten, en ik mag er niet bij zijn. Ik bid tot de goden om het goed te laten verlopen. Tot Hera, om mijn kind te redden en tot Aphrodite om mijn vriendin. En tot mijn vader. Mijn vader? Ja mijn vader. Mijn vader is Poseidon, de griekse god van de zee. Ik ben Percy Jackson, een griekse halfgod van 33 jaar die op het punt staat vader te worden. Maar waarom laten ze mij die kamer niet in?!. Ik kijk op mijn horloge. Ik sta hier al 1 1/2 uur. Ik hoor geluiden achter de deur vandaan komen, waarvan ii niet weet wat ii ervan moet denken. Ik begin te ijsberen. Wat als het niet goed gaat en ze allebei dood gaan, af juist alleen Annabeth? Wat als het kind dood gaat? Ik verzin allemaal mogelijk heden waarom het niet goed zo gaan. De wijzers van mijn horloge tikken verder van 19:30 tot 20:00 en verder. Ik pak een tijdschrift en begin het te lezen. Auto's die van 0 tot 100 kunnen in 2,5 seconden, uitverkoop op allemaal dingen, het kan me geen ene moer schelen. Het enige wat me nu kan schelen is wat er achter die witte deur afspeelt. 20:30 ik vraag aan een voorbij lopende vrouw in zo'n wit pakte (alles is hier zo WIT!) of ik naar binnen mag. Ze kijkt me aan alsof ik stront ben en zegt: 'het duurt nog even mar het komt goed hoor,meneer. Hmpff' en ze beent weg. 21:00 ik denk na over mijn leven met Annabeth. Ik ontmoette haar toen ik elf was, ik kwam voor het eerst naar het kamp. We werden vrienden en 4 jaar laten was het echt aan, na het geveht met Kronos. (Lang verhaal) 3 maanden waren we samen en toen werd ik ontvoerd en werd mijn geheugen gewist van alles, behalve Annabeth. Ze vond me en we wonnen van Gaia met onze andere vrienden,( ook een lang verhaal). Daarna gingen we terug naar Kamp Half-Bloed en een oaar jaar later gingen we samen wonen aan het water in een huis dat Annabeth heeft ontworpen (ze is architect) en het staan aan de rand van kamp halfbloed (waar ik werk, en waar Annabeth en ik vaak komen). En toen de '15e verjaardag' van onze ontmoeting en vriendschap en ralatie enzo, heb ik haar ten huwelijk gevraagd. Een jaar later trouwden we in de kerk bij kamp halfbloed en gingen we op huwelijksreis naar Griekenland. En toen werd Annabeth zwanger en waren we een beetje bang. Het kind zou machtig worden. Hij/zij zou een kind zijn van de machtigste halfbloeden van kamphalfbloed. Hij/zij zou een kind zijn van de zoon van Poseidon en een dochter van Athena. Maar dat kon ons niet schelen. En nu licht Annabeth daar achter die (WITTE!) deur en zit ik hier en begin ik te twijfelen. Wat als het nou echt niet goed komt...? Wat dan? 22:00 ik bonk op de deur en probeer hem open te maken. 'Meneer Jackson gedraag u!' Klinkt er. Ik doe een stap achteruit. Een mollige vrouw doet de deur open en zegt:'u mag binnen komen, wees voorzichtig!' Ik kijk haar angstig aan en vraag zachtjes:' is alles goed?' Gelukkig ze glimlacht! 'Ja menner, maar doe toch maar voorZichtig, uw vrouw is nig wel wat zwakjes'

Ik loop naar het bed en zie Annabeth liggen met een baby op haat buik. 'Hey zeewierkop, tis okee'zegt ze zachtjes en ik ga bij der op bed zitten. 'Het is een meisje, hoe zullen we haar noemen?' Vraag ik. We kijken elkaar aan en ik weet dat we precies hetzelfde in gedachten hebben. We zeggen op hetzelfde moment; Zoë. Annabeth glimlacjt wn pakt Zoë zachtjes op. Ik neem haar over en bekijkt haar. Ze heeft Annabeths glimlach en mijn ogen. Ik slik even en zeg:' ze is prachtig' Annabeth knikt. Plots begint Annabeth te hoesten. Ik kijk op naar de arts met eenverschrikt en vragend gezicht. 'Ze heeft wat bacteriën opgelopen en zal een paar daagjes zich wat ziekjes voelen. Als u haar zou kunnen verzorgen zou dat fijn zijn.' Zegti hij. 'Ja natuurkijk!' Zeg ik en ik richt mijn aandacht weet op Annabeth en zoë. Na een uurtje valt Annabeth in slaap en Zoë sliep al eerder. Ze hebben haar in een appart bedje gelecht. Ze dokters hebben mij ook een bed aangeboden zodat ik hier kon slapen. Morgen gaan we naar huis. Ik ben zo moe dat ik meteen in slaap val. 'Perce, perce! Yo man wordt wakker snel!' Klint er in mijn hoofd. Dat kan alleen maar grover zijn. We hebben een epAtische link (lang verhaal) waardoor we met elkaar kunnen communiceren. 'PERCY!' Roept hij. 'Ja wat is er?' Vraag ik hem. 'We hebben een noodgeval in het kamp, je moet nú komen!' Zegt Grover. 'Ik kan nu niet weg eigeblijk noet weg.' Zeg ik hem. 'Wat is er aan de hand in het kamp?'

Grover antwoorde dringend en ernstig: 'ehh, Rachel heeft de nieuwe grote voorspelling gedaan, en hij is niet zo prettig, op verschillende manieren.'

Ik wordt bang, dat kan niet goed zijn. Maar ik kan hier niet weg. Ik vraag grover of hij de voorspelling op kan noemen voor mij en dat doet hij. Als hij klaar is denk ik na. Ik bedank grover en vraag hem weg te gaan, want met hem on mijn hoofd kan ik niet nadenken. De voorspelling gaat over een half-goden kind, kind van een halfbloed van de grote drie, en als hij/zj de leeftijd van 16 behaalt dat zorgt zou of voor de ondergang van de Romeinse en Griekse goden of ze red hen. De keuze is aan hem/haar. De ene manier waarom de voorspelling niet prettig is, is ondat de goden weer in gevaar zijn. De andere manier waarom de voorspelling niet leuk is, kan ik niet verzinnen. Ik kijk de kamer rond en zie Zoë zachtjes slapen en annabeth slaapt ook. Ik denk na maar ik verzin eigenlijk niet nog een rede waarom de voorspelling extra stom is voor mij, zoals grover had gezegd. Een halfgoden kind. Halfgoden. Langzaam begin ik het te begrijpen. Zoë is het tot nu toe enige bestaande halfgoden kind die als vader of moeder een halfbloed van de grote drie heeft, ik. Zachtjes loop ik naar Annabeth en maak har wakker. Ik leg haar uit wat grover mij vertelde en kijkt geschokt als ik klaar ben. Ze begrijpt het ook, net als ik. Ze begrijpt het eerder dan ik, ze is slimmer. Ze kijkt naar het bedje waar onze net geboren dochtertje zachtjes licht te slapen. Ze kijkt me weer aan en we zeggen zachtjes tegen elkaar: Zoë is het kind van de nieuwe grote voorspelling.

Story After Percy Jackson (dutch fanfiction)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu