III

17 2 0
                                    

Met luide strijdkreten zie ik een zooitje ongeregeld van tieners onze kant oprennen. Ik frons mijn wenkbrauwen. Het zijn erg weinig kinderen. Te weinig kinderen om een stad in te nemen. Dit kan niet kloppen. Ik kijk George aan. Ik zie het in zijn ogen. We denken hetzelfde.

Aan de andere kant van de stad hoor ik geschreeuw. Ik draai mijn hoofd. "Shit!"zeg ik met op elkaar geklemde kaken. Ik kijk nog een keer goed naar het kamp. Het klopte ook al niet. Er staan wel tenten maar er zijn geen rookpluimen van kookvuren. Opeens denk ik aan Jules en de andere vijf jongeren. Ik kijk Claire naar die het geschreeuw duidelijk ook heeft gehoord. Ze ligt op haar buik en draait haar hoofd om. "Surprise.",zegt ze zogenaamd grappig. "Afknallen, als ik 'nu' zeg."zegt hij boos. "Hoezo, moeten ze dood?"vraag ik. "Omdat, ze dat waarschijnlijk ook met Jules en de rest hebben gedaan." Ik draai me om, terwijl George aftelt. Claire en haar leger springt op en lossen hun schoten. Achter mij hoor ik de laatste woorden van de kinderen. Ik begin alvast richting het lawaai te rennen.

Met vijftig op hol geslagen tieners die vastberaden de Gorrduk een kopje kleiner willen maken ren ik naar de andere kant van de stad. We mijden het plein om de chaos te beperken. Opeens hoor ik een heel hoog baby-gekrijs. Ik vloek binnensmonds. "Ze zijn bij de crèche." Met z'n allen stormen we de hoek om. Mijn vermoeden klopt. Lucia probeert hysterisch de wilde tieners van haar baby's en peuters te houden. "Opstellen!"commandeert Claire meteen. Ons leger gaat op een rijtje staan van tien man breed. Met een strijdkreet en de messen getrokken rennen ze dan op het strijdgewoel af. Schieten is te gevaarlijk. De straten zijn te smal. Straks raak je nog een onschuldige kleuter.

Ik spring meteen op een jongen met lange haren die bezig is een peuter te verwonden. Ik klem mezelf vast aan zijn rug. Als een soort rodeopaard probeert hij mij van zich af te schudden. Ik laat echter niet los. Met moeite pak ik mijn mes en probeer hem tussen zijn ribben te steken. Het lukt niet. Zijn reflexen zijn erg snel en ik besef dat ik snel met een ander plan moet komen. Ik zet mijn mes tegen zijn keel en laat mij van zijn rug vallen. Hij schiet naar voren en mijn mes prikt in zijn adamsappel. Ik draai mijn mes horizontaal en besluit er snel een einde aan te maken. Met een snelle beweging van het mes snij ik de keel door van de jongen. Het bloed gutst over mijn hand. Snel trek ik het mes terug. Tijd om bij te komen heb ik niet. Een meisje komt met een touw en een daar aan vastgebonden ijzeren bal met punten op mij af. Snel duik ik naar beneden en ontwijk zo de slinger. Het meisje, die weerstand had verwacht valt over mij heen. Ik duik onder haar weg en draai haar op haar rug. Ik hou mijn mes in de aanslag om het in haar hart te boren. Maar dan kijk ik in haar ogen. Haar blauwe ogen kijken mij bang aan. Ze is waarschijnlijk een jaar of veertien. Zij had net als ik familie en vrienden en haar leven voordat De Ziekte uitbrak. Ze had ook geen keuze. Om te leven moet je overleven.

Ik twijfel te lang. Twee sterke handen klemmen om mijn schouders. Ik word naar achter getrokken en tegen een muur aan gesmeten. Mijn hoofd knalt eerst tegen de muur en dan tegen de stenen grond. Ik zie twee laarzen voor mijn gezicht. Ik wil mijn hoofd omhoog draaien maar een scherpe pijn houdt me tegen. Een van de laarzen gaat omhoog en trapt vol in maag. Ik kreun, maar blijf liggen. "Laat haar,"hoor ik een stem roepen. "Je kan beter hier helpen om die jongen vast te binden." Ik voel nog een trap in maag en een stomp op mijn hoofd. Ik probeer mijn ogen te openen. Ik zie George bebloed vechten als een leeuw tegen drie jongens. Ik vraag mij af of het zijn eigen bloed is of van iemand anders. Opeens valt er een rode waas over mij heen en ik sluit mijn ogen. Kleuren dansen voor mijn ogen. Dan een felle pijn in mijn hoofd en dan wordt alles zwart.

Ik schiet omhoog. Genadeloos schijnt de zon op mij neer. Ik kijk om mij heen. Niemand. Waar zijn ze? Dan hoor ik geschreeuw van het plein. Ik krabbel op en kijk zoekend rond. Mijn geweer en een van mijn messen is weg. Ik trek het andere mes uit mijn schoen en sprint naar het plein, de pijn in mijn hoofd negerend.

Op het plein is het een grote chaos. Kinderen rennen door elkaar heen. Het gegil is oorverdovend. Ik ren de menigte in en probeer gezichten te herkennen. Ik zie kinderen angstig naar mij kijken. Dat snap ik wel. Een losgeslagen meisje met een mes en een bebloed gezicht ziet er nou niet echt vriendelijk uit. Opeens zie ik Claire's gezicht vanuit een ooghoek. Ze wenkt me. "Hee, ik dacht dat je dood was dus ik heb je daarom daar laten liggen."schreeuwt ze in mijn oor. "Hoe staan we ervoor?"schreeuw ik terug. "Haha, kijk om je heen."lacht ze terug. Ik zucht. "Ik ga wat Gorrduk van kant maken."gil ik dan maar. Claire knikt. Ze draait zich om en rent naar Gorrduk tiener die wild met een koekenpan rond loopt te zwaaien alsof hij eerst zichzelf de hersens had ingeslagen met die pan. Ik draai mij ook om en ren nog meer de menigte in. Ik merk dat ik tegen de stroom inloop. Waarschijnlijk loopt iedereen weg waar ik juist naartoe loop, de kern van het gevecht. En mijn vermoeden klopt. Midden op het plein is de chaos compleet. Overal ledenmaten met wonden en bloed. Ik gooi me ertussen in.

Een Gorrduk staat met haar rug naar mij toe. Ik slik even en sla een kruis. Dan stap ik op haar af en duw mijn mes tussen haar ribben. Ik laat haar zachtjes vallen en sluit met mijn hand haar ogen.

"Jij bent wel een beleefde strijder." Ik draai mij om en zie een Gorrduk-jongen ongeveer twee meter van mij af staan. Hij ziet er gezond uit, waarmee ik bedoel dat hij er niet uit ziet als een vissengraat en heeft bijna helemaal schone kleren aan. Daaruit concludeer ik dat hij waarschijnlijk een van de hoge piefen is van de Gorrduk. "Niet alle verdedigers van hun eigen stad zijn barbaars." Hij lacht zijn witte tanden bloot. "Ik vind jou wel leuk." Ik kruis mijn armen. "We gaan een deal sluiten."zegt hij en zonder op antwoord te wachten vervolgt hij zijn verhaal: "Jij en ik, een tweegevecht, hier en nu. Als ik win hebben wij deze stad en geven jullie je over." Ik frons mijn voorhoofd. "En als ik win, trekken jullie je terug. En dan laten jullie, en jij ook niet met je arrogante bek, je nooit meer zien." Hij houdt zijn hoofd schuin. "Uitdaging aangenomen."

Ik had het gevoel alsof hij nog iets ging zeggen maar dat dacht ik verkeerd. Hij rent op mij af. Net op tijd duik ik ineen en hij valt over mij heen. Hij draait zich snel op zijn rug en staat op. Hij is in betere conditie dan ik ben zie ik meteen. Ik pak mijn mes wat steviger vast en loop op hem af. De jongen heeft tot mijn grote schrik twee messen in zijn handen. Ook daarin ben ik in de minderheid. Ik houd mijn mes met beide armen boven mijn hoofd, van plan om toe te steken wanneer hij een moment van zwakte toont. Met flink wat kracht haal ik naar hem uit. Maar hij is eerder en kruist zijn messen voor gezicht. Mijn mes slaat met kracht terug. Ik voel een zeurende pijn in mijn polsen. Ik besluit dat ik beter snel kan steken en terugtrekken. Steken, terugtrekken, steken, terugtrekken. Uiteindelijk zou hij zijn concentratie verliezen. Ik begin aan mijn plan. Maar die jongen blijkt onvermoeibaar en hij beschikt over snelle reflexen. Telkens slaat mijn mes op die van hem. Mijn polsen beginnen echt heel erg pijn te doen. Wanneer ik voor de zoveelste keer uithaal naar zijn buik krijg ik maar weerstand van één mes. Het andere mes staat opeens op mijn keel. Ik kijk hem met grote ogen aan. Ik heb tot net, nog geen enkel gevoel van angst gehad. Ik wil mijn volk redden, overleven. Angst is dan je grootste vijand. Maar nu, ben ik bang. Hij is veel beter dan ik dacht. Hij is beter dan ik.

(Ik weet precies wat jullie denken. ANNA DONDER OP MET JE CLIFFHANGER. Hehe, ik kan gedachten lezen. Ik besef me nu, wat als jullie dit niet dachten. Dan gaat mijn hele grap. Oké zo grappig was ie nie...

Ik dwaal af. Ik zie jullie bij het volgende hoofdstukken. Oké ik zie jullie niet want dat zou een beetje vaag zijn want nou ja kijk jullie leze...

ZUCHT IK WORD ZO MOE VAN MEZELF!

ciao :)

X.)

Real FearsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu