VIII

2 1 0
                                    

"Hee."zeg ik. George draait zich om. "Weet je het zeker?"vraagt hij. Ik knik. "Het is echt urgent. Kinderen van elf drinken alcohol om zichzelf in leven te houden. En we zitten al op rantsoen. Baat het niet dan schaadt het niet."zeg ik. George schudt zijn hoofd. "Jawel, de kans dat we doodgaan is ongeveer 80%. De Gorrduk zit daar. Wij kunnen verdwalen. De benzine kan opraken. En dan heb ik het nog niet eens over alle giftige slangen en schorpioenen."zegt hij. Ik kijk naar de woestijn. "Maar hier blijven heeft ook geen zin."voegt hij er daarna aan toe. Ik kijk hem weer aan. "Precies. We moeten dit doen. Voor de kinderen."zeg ik. Die laatste drie woorden hadden zo in een help-ik-ga-scheiden-hulpboek kunnen staan. Maar ik heb het natuurlijk over onze stam. George glimlacht. "Niemand mag erachter komen. Ik zorg dat de Draak, de brandstof, de munitie, de wapens en de kaarten klaar zijn. Jij zorgt voor het water. We gaan jagen op ons eten." Hij geeft mij een knuffel. "Maar Demian, doe alsjeblieft voorzichtig. Niemand mag erachter komen."zegt hij mij. Ik knik zelfverzekerd en draai mij om.

vier jaar terug,  Demian is 12 jaar.

"Demian, heb je alles? Je tent, slaapzak, snoep om uit te delen en water voor in de bus?"vraagt mijn vader voor de vijfde keer. "Ja pap."antwoord ik geduldig. "Oké, mooi zo."antwoord hij terwijl hij doorgaat met wat aan een motor sleutelen. Ik zucht blij. Eindelijk is het vakantie. Ik, George, Zac, Emilio en Lucia zouden gaan kamperen. Alleen, zonder ouders. Oké, dat was niet helemaal waar. We sliepen in het bos dat aan de ouders van Emilio toe behoord. Maar dat kon mijn blijdschap niet drukken. We zouden drie nachten lang gaan. Dat betekend vier dagen in bomen klimmen, kampvuren maken, liedjes zingen. En, ik zou non-stop bij George zijn. Ik bloos. Snel draai ik mijn hoofd weg zodat mijn vader niet mijn rode hoofd hoeft te zien. Hij hoeft echt niet te weten dat ik verliefd ben op George.

heden

Onderweg naar Lucia's crèche kom ik Taylor tegen. "Hey Demian!"zegt ze. Ik erger mij kapot dat zij mij Demian noemt. "Hallo Taylor."antwoord ik kil, denkend aan Lucia en Emilio. "Hoe gaat het?"zegt ze. Voordat ik antwoord kan geven gaat ze door met haar verhaal. "Sorry dat ik een paar dagen geleden zo tegen je uitviel. Ik was ongesteld en je weet hoe erg dat hier is als je ongesteld bent."zegt ze. Ik glimlach koeltjes. Ik wil zo snel mogelijk weg hier. "Oké, het spijt mij ook. Maar ik moet gaan."zeg ik en ik ren zo snel mogelijk naar Lucia.

Buiten adem kom ik bij de crèche aan. "Demi, wat is er?"vraagt een meisje met een baby op haar arm. Het is Evah, een meisje van veertien jaar, maar met een heel groot verantwoordelijkheid gevoel. "Niks. Nee niks hoor. Kan ik ergens mee helpen?" Net op dat moment begint er binnen een baby te huilen. "Hier."zegt ze terwijl ze mij het kind geeft. Ik neem het in mijn armen. Evah is ondertussen al naar binnen gelopen en begint sussende woorden te fluisteren. Ik kijk naar de baby. De lipjes zijn gebarsten en de ogen ingevallen door watertekort. "Wij gaan je redden."fluister ik zacht tegen het kind. "Wat zei je?"vraagt Evah die opeens achter mij staat. "Niks."zeg ik een beetje geschrokken. Evah kruist haar armen. "Je doet raar de laatste tijd, Demi. Je hangt een beetje doelloos op straat, komt minder vaak hier helpen, je houdt dingen achter."zegt ze. Ik bijt op de binnenkant van mijn wang. "Nou, laat maar het gaat mij toch niks aan. Mag ik Souf weer?"zegt ze. Ik geef haar het kind. Evah draait zich om en loopt weer naar binnen. Evah heeft gelijk. Ik voel me een beetje doelloos. Hopelijk veranderd dat binnenkort.

Ik heb net een een paar uur geholpen bij de crèche. Ik merk dat ik bekaf ben. Dan huilt die baby weer, dan trekt die kleuter aan je been voor hulp, dan moet dat kind weer voorlezen. Ik zucht. Ik heb zo'n verschrikkelijke honger. Ik zet het mijn hoofd. Er is nu niks aan te doen. Ik besluit dat ik beter even naar het Raadhuis kan gaan, misschien is daar Zac en ik kan ik hem ergens mee helpen. Dan hoef ik even niet aan mijn honger te denken. Maar als ik bij het Raadhuis kom is daar niet Zac. Wel hoor ik een enorm geschreeuw. Emilio en Lucia. Ik ren naar binnen.

Binnen is het een grote puinhoop. Emilio en Lucia staan tegenover elkaar met een tafel tussen hen in. Lucia ziet er verwilderd uit en heeft tranen in haar ogen. Emilio heeft rode vlekken in zijn hals en ademt zwaar. "Jongens?", vraag ik. "Waar gaat dit over?" Natuurlijk weet ik dat al. Taylor natuurlijk. "Jij vuile bitch!"schreeuwt Lucia naar mij. "Waarom zei je niet dat Emilio iets met Taylor heeft?" Ik zwijg. "Ja, Demian, waarom zei je niks?"zegt Emilio nu ook. "Jij hebt alles erger gemaakt!" Ik ben helemaal van mijn stuk gebracht. "Wat? Hoezo is dit nu mijn fout? Wat had ik moeten zeggen: Uhm, nou je vriendin of wat dan ook, ligt ook met een ander te rotzooien?"gil ik terug. "Euh, ja!"schreeuwen ze tegelijk en dan tegen elkaar:"Hou je mond!" Weer tegelijk. En dat maakt het alleen maar erger. "Waarom heb je nooit gezegd dat je een pot bent?"krijst Emilio tegen Lucia. "Waarom heb jij eigenlijk nooit tegen ons dat jij een vriendin had? Hoe moet ik dat dan weten?"gilt Lucia terug. "Jongens..."sus ik. "Hou je bek!" krijg ik terug.

"Demian?" Zac kijkt op. Ik glimlach zwak als ik het ziekenhuis binnenkom lopen. "Alles oké?"vraagt hij. Ik haal mijn schouders op. "Lucia en Emilio. Ze hebben ruzie. En ze zijn ook boos op mij."zeg ik. "Wat? Die twee? Dat is nieuw."zegt Zac. "Ja, over een meisje. Taylor."antwoord ik. Zac lijkt even van zijn stuk gebracht. "Lucia? En een meisje? Maar..."zegt hij. Ik kijk hem niet aan. Even is het stil. "Oké..."antwoordt hij dan. Dan kijk ik hem toch aan. "Wat?"zeg ik doordringend. "Zac, we zijn haar vrienden. We moeten haar steunen, of ze nou hetero, les..."begin ik mijn speech. "Ja, ja, het is prima, alleen..." Zac zucht even. "Ik vind Lucia leuk. Maar echt heel leuk. En nu..."zegt hij teleurgesteld. Ik glimlach. Ik ga naast hem zitten en sla mijn arm om hem heen. "Je vind wel een ander meisje. Iemand die je wel leuk vind."zeg ik. "Of überhaupt op jongens valt."voeg ik er dan aan toe. Zac grijnst. Ik trek mijn arm terug. "Kan ik helpen?" 

(JONGENS EVEN EEN DISCLAIMER TUSSENDOOR!

In dit boek worden misschien zinnen of woorden gebruikt die niet jouw mening zijn en misschien naar jou toe beledigend kunnen overkomen. Misschien is het ook wel niet mijn mening. Maar onthoud dit zijn fictieve karakters. Ik heb ze bedacht en dat betekent niet dat ze zoals mij of de ideale wereld denken. Ook ga ik nu meer woorden gebruiken die je misschien niet zegt aan de keukentafel met je ouders. Ik doe dit niet omdat ik denk dat het dit boek leuker maakt maar misschien wel geloofwaardiger. Het zijn tieners. En tieners onderling gebruiken ook niet altijd nette taal. 

LOVE YOU ALL!

X.)


Real FearsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu