Project X

Hoofdstuk 16

Ik opende mijn ogen en zag dat ik in Arabella's armen lag. Ik glimlachte en probeerde recht op te zitten. 'Blijf eens stilliggen baby.' Mompelde ze in haar slaap. Awh ze noemde me baby!

'Ara. Ara! We moeten echt opstaan.' Zei ik terwijl ik haar wakker schudde. Ze opende haar prachtige ogen. 'Moest dat echt? Ik had net een goede droom.' 'Dat moest echt. We vertrekken zo weer.' 'Awh damn.' Ik grinnikte en stond op. Ik klopte het zand en de blaadjes van mijn kleren en stak mijn hand uit naar Ara die nog doelloos voor zich uit staarde op de grond.

Ze pakte hem aan en ik trok haar overeind. 'Laten we maar weer naar de rest vertrekken.' Ze knikte en we liepen terug naar het kamp waar ik zag dat iedereen alweer klaar was om de reis naar waar dan ook te vervolgen.

'Daar zijn jullie! We wilde jullie net gaan zoeken.' 'Niet meer nodig. Nou welke richting gaan we op?' 'Nou we kwamen van die kant dus laten we deze kant maar op lopen.' Zei Kian wijzend naar de richtingen.

Ik knikte en keek toe hoe iedereen zijn weg weer vervolgde. 'Wat gaan we eigenlijk doen met die pinda?' vroeg ik wijzend naar Sean. 'Kunnen we hem niet vastketenen aan een boom en hem hier achterlaten?' stelde Danny voor. Ik knikte. 'Nee dat is te makkelijk en wie weet hebben we nog iets aan hem.' 'Als wat? Een migraine. Ja dan hebben we wat aan hem.' Ara grinnikte naast me.

'Laten we maar gewoon door lopen.' 'Ja baas.' Ik rolde met mijn ogen.

'Wat is dat?!' riep ik wijzend naar een soort vervallen gebouw. Kian zette Sean vast aan een boom en liep toen met ons naar het voorval. 'Hm. Het ziet eruit als een oud gebouw.' 'No shit.' Ik rolde met mijn ogen. Mijn blik viel op een boom die over het gebouw heen groeide en liep ernaartoe.

Ik inspecteerde de boom eens goed. Ja die is wel sterk genoeg om mij te kunnen houden. Ik sprong naar de eerste tak en pakte die vast. Ik hees mezelf omhoog en stond op. 'What the fuck doe jij?!' 'Straks bezeer je jezelf nog!' 'I don't care!' ik rolde met mijn ogen en klom verder omhoog.

Eenmaal bovenin de boom kroop ik behendig over naar het dak van het gebouwtje. 'See! Totaly safe!' riep ik naar beneden terwijl ik over de rand ging hangen. 'Kijk uit! Straks breek je nog wat!' 'Ach stel je niet zo aan Kian!' ik rolde met mijn ogen en kroop naar het midden van het dak. Ik stond voorzichtig op en keek om me heen.

'Wow.'

Voor me was een grote vervallen stad te zien. De gebouwen waren allemaal kapot en helemaal begroeid met planten. Wacht eens even. Vogels, dieren, vervallen stad, gewoon zuurstof. Ik keek omhoog en zag en de maan en de zon. Ooh god!

'Uh guys!' 'Wat is er?!' 'Heb je jezelf bezeert?!' 'Nee! Ik weet op welke planeet we zitten.' Ik liep snel naar de rand van het gebouw en ging weer over de rand hangen. 'Doe nou eens voorzichtig!' 'Ik ben zo voorzichtig als maar kan!' 'Maar je zei dat je weet op welke planeet we zitten?' zei Ara. Ik knikte.

'En?' 'We zitten op aarde.' 'Dat kan niet. Er gaan verhalen rond dat de aliens de hele planeet hadden vernietigd.' 'Ja verhalen. Zijn er ook bewijzen?' 'Uh...' 'dat dacht ik dus al.' 'Maar hoe ben je zo zeker dat we op aarde zitten dan?' 'Kom naar boven en zie het voor jezelf.'

Ara kreeg net als Danny een grijns op haar gezicht en ze liepen snel naar de boom terwijl de rest wat aan het mokken waren en met heel veel tegenzin naar de boom liep.

Ik stond weer op en klopte het stof van mijn kleren af. Ik liep naar de boom en hielp iedereen het dak op. Ik stak mijn hand uit naar Tessa de laatste. Ze sloeg hem weg. 'Ik hoef jouw hulp niet vriendjes steler.' The fuck. 'Dan niet.' Ik haalde mijn schouders op. 'Die zou ik niet vastpakken!' en te laat. Ze pakte de losse steen vast en gilde toen ze weg gleed. Ik schoof snel over de rand pakte met mijn ene hand een grote tak vast en met mijn andere hand hield ik de hand van Tessa vast die aan mijn arm bungelde.

'Ik zei ik hoef jouw hulp niet!' 'Ja dat zie ik!' riep ik terug. Ik rolde met mijn ogen. Ondankbaar mens. Heb zojuist der leven gered en nog wilt ze mijn hulp niet. Ik keek vlug om me heen. Oke daar is de rand van het dak zo'n meter of twee boven ons. En hier is een dikke tak. Vanaf daar kunnen we verder klimmen.

'Ooh my god! Hou goed vast!' riep Kian die over de dakrand toe keek. 'Nee echt? Ik dacht ik laat los. Ik dacht dat dat een leuk iets was om te doen.' Ik rolde met mijn ogen. 'Kun je voor een keer stoppen met die sarcasme van jou?!' 'Nee!'

'Oke Tessa. Probeer zo die tak vast te pakken.' Zei ik seinend naar de tak met mijn hoofd. Ze knikte bang. Ik trok mijn arm met Tessa omhoog en keek toe hoe ze de tak vastpakte. Ze klom onhandig op de tak en hield zich meteen goed vast aan de stam van de boom. 'Oke Tessa nu klim je rustig naar mij toe. We helpen je het dak op.' Zei Kian. Ze knikte bang en klom toen voorzichtig omhoog.

Ik pakte met beide handen de tak stevig vast en trok nu ook mezelf omhoog. Easy peasy. Ik klom behendig verder omhoog de boom in en voor ik het wist stond ik weer op het dak. 'Holy shit. Dat ging ook maar net goed.' zei Kian zuchtend. 'Ik ging bijna dood door jou!' riep Tessa boos naar mij. 'Ik heb zojuist je leven gered en dit is hoe je me bedankt?! Ik had je ook gewoon kunnen laten vallen. Maar dat deed ik niet. Graag gedaan trouwens.'

Ik rolde met mijn ogen en liep naar de andere kant van het dak en ging zitten met mijn benen over de rand. Ik keek naar de zon die schuilging achter de ruïnes van de stad. 'Hey trek je niet zoveel aan van Tessa. Dat is gewoon een bitch.' Ik grinnikte en keek toe hoe Arabella en Danny aan beide kanten van mij gingen zitten en ook naar de ondergaande zon keken.

'Laten we hierboven maar blijven voor de nacht.' Zei Kian. Ik knikte en ging op mijn rug liggen terwijl mijn benen nog over de rand bungelde. Ik sloot mijn ogen en viel niet veel later in slaap.