Hoofdstuk 21

203 12 6
                                    

"Wie was dat?" Nieuwsgierig kijkt Fenna naar Liselotte. Ze wilde het telefoongesprek zelf niet voeren, maar ze is wel benieuwd wie er belde. Liselotte aarzelt. "Niet belangrijk." Zegt ze uiteindelijk. Fenna voelt Liselottes aarzeling haarfijn aan. "Lies? Wat is er?" Vraagt ze. Liselotte bijt op haar lip. "Recherche Utrecht," geeft ze uiteindelijk toe. Zowel Fenna als Evert kijken haar verbaasd aan. De brunette leunt tegen het randje van Fenna's bed aan, terwijl ze naar de blondine kijkt. "Je hebt daar gesolliciteerd," vertelt ze, "en ze belden net om te vertellen dat je bent aangenomen."

Met grote ogen kijkt Fenna van Liselotte naar Evert en dan weer terug. "U-Utrecht? Hoe... Wat? W-waarom?" Stottert ze. Liselotte werpt een schuine blik op Evert voor ze weer naar Fenna kijkt. "Je wilde weg... Je vond het te moeilijk om hier te blijven na alles wat er tussen jou en Evert was gebeurd... Je had het idee dat het niet ging, dat je het niet kon..." Vertelt ze dan zacht. Ze ziet Fenna's gezicht betrekken. De blondine kijkt naar Evert, en richt haar bruine ogen dan weer op Liselotte. "M-maar..." Ze slikt. Ze snapt het niet. Ze kan zich de ruzie nog steeds niet herinneren, en nadat ze al niet snapte hoe het kon dat zij en Evert uit elkaar zijn, snapt ze er nu nog minder van. "Hoe kan dit?" Haar stem is zo zacht dat Evert en Liselotte niet weten of ze tegen hen praat of tegen zichzelf.

Liselotte legt haar hand op Fenna's been en wrijft zachtjes heen en weer. "Het spijt me zo, Fen..." Met een ernstige blik neemt ze de verslagen blondine in zich op. Dan kijkt ze naar Evert, die ook behoorlijk uit het veld geslagen lijkt. "Zal ik jullie even samen laten?" Vraagt Liselotte zacht. Fenna kijkt naar Evert, die haar hand heeft vastgepakt en er zacht in knijpt. "Wat jij wil, Fen." Zegt hij tegen haar. Ze wendt haar blik tot Liselotte, en knikt dan kort. Ze wil met Evert praten over alles wat er gebeurd is. Liselotte glimlacht haar bemoedigend toe. "Ik zie je morgen wel weer." Zegt ze, voor ze naar Fenna toebuigt een een zachte kus op haar wang drukt. "Komt wel goed, Fen."

Als Liselotte weg is, kijkt Fenna met grote, tranende ogen naar Evert. "Wat is er in godsnaam gebeurd tussen ons? Ik snap er hélemaal niks van, Evert." De onwetendheid maakt haar machteloos, en ze vindt het vreselijk. Evert zucht en gaat met zijn hand door zijn haren. "Ik wist dit niet, Fen... Fuck... Ik wist niet dat het... Dat je..." Hij blaast langzaam wat lucht uit. "Ik vond het ook moeilijk... Ik wist niet hoe ik me moest gedragen om je heen... Maar ik wist niet dat jij het er zo moeilijk mee had." Hij kijkt haar aan. "Je weet echt niks meer hè?" Als zij langzaam haar hoofd schudt, laat hij zijn hoofd hangen. "Ik weet ook niet wat er in jouw hoofd is omgegaan natuurlijk..." Mompelt hij. Fenna knijpt haar ogen even dicht. Er gaat zo veel in om haar hoofd dat ze er hoofdpijn van krijgt. En daar had ze al zo ongelofelijk veel last van. "Kan je vertellen over die ruzie?" Vraagt ze hem zacht.

Evert heeft Fenna's hand nog steeds vast, en wrijft er zachtjes overheen. "Het was gewoon weer zo'n stomme ruzie," vertelt hij haar dan, "zo eentje die we wel vaker hadden. Jij was solo gegaan tijdens een arrestatie, terwijl de afspraak was dat je zou wachten. Ik was boos, jij was boos om mijn reactie..." Fenna mondhoeken krullen iets omhoog, ondanks de situatie. "Het gebruikelijke verhaal dus?" Evert knikt. "Maar het liep een beetje uit de hand... En we hadden in de tijd daarvoor al zo vaak ruzie... Na een tijdje vroeg ik me af wat we aan het doen waren... En jij zei dat we er misschien maar beter mee op konden houden." Hij voelt hoe ze haar hand losmaakt, en hij ziet hoe ze haar blik afwendt.

Tranen branden achter Fenna's ogen. Ze kan het niet tegenhouden. Ze houdt haar blik strak van Evert afgewend, maar voelt wel hoe hij op het randje van haar bed komt zitten. "Hé, Fen..." Hij veegt met zijn duimen heel voorzichtig de tranen van haar wangen. Ze bijt op haar lip voor ze hem weer even aankijkt. "Ik snap het niet... Ik kan het me niet voorstellen." Het klinkt alsof ze heeft opgegeven, en dat doet ze nooit. Evert haalt zijn schouders op. "We hadden alleen maar ruzie, we maakten elkaar ongelukkig, Fenna... En dat was eigenlijk al langer, dat moet jij je toch ook herinneren?" Vraagt hij zacht. Ze slikt. "Ruzies, ja..." Mompelt ze, "maar ik hou van je..." Evert zucht. "Ik ook van jou, Fen. Maar dat was niet meer genoeg." Hij wrijft met zijn duim over haar wang. "We waren niet meer gelukkig... En ik gun je al het geluk van de wereld, écht."

——————————-

Dusss... wat denken jullie, gaat het nog goedkomen tussen Fenna en Evert of niet? 🙃

(Sorry voor het onregelmatige posten de laatste dagen, ik ben op dit moment op vakantie en dan zijn er soms gewoon dingen belangrijker 😉)

(PS: dat wil niet betekenen dat ik het schrijven minder leuk/interessant vindt. Ik blijf lekker doorgaan, en daarvoor zijn tips/verbeterpunten natuurlijk altijd welkom! 🤗)

HerinnerenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu