Hoofdstuk 6

4.8K 161 35
                                    

Ik plantte mijn elleboog in de buik van Sven en stond snel op. Mijn moeder en Luuk waren versteend, maar langzaam zag ik het gezicht van mijn moeder veranderen. En voor ik nog een keer kon knipperen stond ze voor me op en neer te springen als een klein kind. "Mam doe rustig, het is niet zoals je denkt." ze stopte en keek me aan. "Maar jullie zijn toch een stelletje? Ik bedoel anders zo je toch niet zo doen?" ik legde een hand op haar schouder en schudde mijn hoofd. "Mam dit is mijn stalker Sven, hij is gemeen en irriteerde al vanaf het begin dat we hier zijn. Hij chanteerd mij om dingen te krijgen. Alsjeblieft help me?!" opnieuw keek mijn moeder naar Sven. Ze trok me in een knuffel en begon hard te lachen. Serieus er was iets mis met deze vrouw." Maar lieve schat het is oké om verliefd te zijn. Je hoeft er niet bang voor te zijn, ik bedoel kijk naar mij en Luuk wij zijn ook heel gelukkig." ik voelde hoe mijn hand begon te trillen van woede, ik rukte mezelf los van haar en keek haar in de ogen. "En kijk waar dat geluk mij heeft gebracht, ik heb geen vader meer, jij geeft alleen nog maar om je stomme hond, die hond haat mij en ik haat hem. Kort om mijn hele leven is verwoest omdat jij egoïstisch bent, sorry dat de waarheid de waarheid is maar ik heb het al veel te lang voor mezelf gehouden. Ik hoef hier nog maar 20 dagen te zijn en dan ben ik hier weg." ik duwde Luuk aan de kant en stormde de trap op, ik deed de deur opslot en liet me op het bed vallen. Al die woorden die ik net zei wou ik al voor een tijdje tegen haar zeggen, maar ik wou dat ze gelukkig was. Ik hoorde hoe de voor deur werd open ging en weer dicht gedaan werd. Ik ging er van uit dat Sven eindelijk weg was. Het was donker in mijn kamer, maar ik kon nog alles zien door het maan licht. Mijn mobiel lichtte op en voor dat ik het wist had ik Sara aan de lijn. "Hey meid hoe gaat het met je?" ze klonk zo blij, ik was er jaloers op. "Kan je me morgen weer  ophalen?" ik hoefde niets meer te zeggen dan dat, ze hoorde aan mijn stem dat ik me niet zo blij voelde. Ze antwoorden kort met een ja en wenste me toen nog een goede nacht. Ik ging onder de dekens liggen sloot mijn ogen. De gordijnen waren nog open, maar ik had gewoon geen zin meer om nog op te staan.

De volgende ochtend stond ik met een barstende hoofdpijn op. Ik trok een broek aan en een veel te grote trui. Ik maakte een rommelige knot en pakte mijn boekentas. Zonder te ontbijten liep ik naar buiten en stapte in bij Sara. Ze keek me aan met grote ogen, maar zei niets. De hele autorit keek ik naar buiten en zei niets. Ik weet niet hoe ik er uit zag, maar ik gokte dat ik er vreselijk uitzag. Ik voelde me ook vreselijk, ik had spijt van wat ik had gezegd, maar tegelijkertijd ook weer niet. Ze mocht ook wel een keer aan mij denken, inplaats alleen maar aan Luuk. Toen we op school aan kwamen liep ik samen met Sara de school binnen, nog steeds keken er mensen naar mij, maargelukkig niet meer zoveel. Ik deed mijn jas in mijn kluisje en liep samen met sara door de gangen. Uit het niets verstijfde sara en trok me mee de andere kant op. Ik wist dat hij in de buurt was, maar zelfs dat boeide me niet op dit moment. Ik pakte Sara's arm en trok haar mee richting het klas lokaal waar wij wiskunde hadden. "Ze komen er aan, je moet nu weg dan heb je misschien nog een kans dat ze je met rust laten!" ik schudde mijn hoofd, ik had genoeg van zijn spelletjes. Ik was moe, verdrietig en woedend. We liepen de hoek om en zagen daar vijf personen staan, ze waren groter, gespierder en veel mooier dan de rest. Sara deed haar hoofd omlaag als teken van respect, ik daar in tegen deed mijn hoofd omhoog en keek voor me uit. Ik gunde ze geen blik van mij, maar ik had wel de neiging om naar hem te kijken. We waren bijna bij het klaslokaal toen hij mijn hand pakte, snel trok ik die terug. "Harper, het spijt me van gisteren." blijkbaar had hij een schuld gevoel. "Laat me met rust" ik liep het lokaal binnen en ging aan mijn tafel zitten. Terwijl ik mijn spullen op de tafel legde zag ik in mijn ooghoek dat hij het lokaal binnen kwam. "Harper, alsjeblieft doe nou niet zo." ik zag hoe er een paar meisjes mij een haat blik toe wierpen en hoe een paar jongens hun lach moesten in houden. "zoals ik al eerder zei, laat me met rust. Maar blijkbaar moet ik wat duidelijker zijn, ik wilt dat je niet meer tegen me praat, dat je me nooit meer aanraakt en dat je me gewoon alleen moet laten. Ik wil namelijk helemaal niks met jou te maken hebben." mijn woorden leken hem oprecht pijn te doen, maar dat was juist precies wat ik wou. Hij sloeg zijn hand op mijn tafel, waardoor sara bijna op sprong van haar zenuwen. Net op het moment dat hij nog wat wou gaan zeggen kwam de leraar binnen. Hij leek verbaasd dat Sven in het klaslokaal was, maar zuchtte al snel. "Meneer Randwyck wilt u alstublieft uw hand van die tafel afhalen en mevrouw Harper gewoon met rust laten. Of u gaat zitten en doet mee met de les, of u verlaat nu het klas lokaal. Aan u de keuze." Sven Randwyck, wat een belachelijke naam. Ik moest mijn lag inhouden, maar het lukte niet heel goed. Sven merkte dit en keek me met donkere ogen aan, maar langzaam zag ik zijn ogen veranderen naar een lichtere kleur. Hij ging recht op staan en koos de plaats achter mij en sara uit, zijn vrienden kwamen ook het klas lokaal binnen. De twee meisjes gingen voor ons zitten en de andere twee jongens gingen bij Sven zitten. Ik kreeg een knoop in mijn maag, het voelde alsof ze me hadden omsingeld. Als ik nou geen geluisd had gemaakt bij zijn naam was hij zeker weten weg gelopen en mij met rust gelaten, maar inplaats daarvan kon ik weer eens mijn lach niet in houden. Ik kon mezelf wel een klap verkopen zo dom voelde ik mij.

Hier is dan eindelijk weer een hoofdstuk, bedankt voor jullie reacties en stemmen. Heel veel lees plezier met dit hoofdstuk.

The Lycans BrideWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu