I can't stop thinking about you

Part 16

~Jaden~

Vandaag gaat mijn moeder Rein ontmoeten. Het maakt me niet zo veel uit of mijn moeder Rein leuk zal vinden of niet. Maar toch hoop ik dat ze hem leuk zal vinden. Ik wil een toekomst met hem hebben. En dan is het best wel belangrijk dat mijn moeder Rein leuk vindt.

"Ben je klaar?" Vraagt rein met eem schattige stem.

"Ja, jij?"

"Ik ook."

Samen stapten we de deur uit. Het was niet koud maar de wind waaide wel. We namen de bus. In de bus was het warmer dan buiten. Dus dat was goed. Zo als altijd was er geen plaats om te zitten. Gelukkig moesten we maar een paar haltes rijden met de bus. Al snel moesten we af stappen. Rein pakte mijn hand en we stapte naar mijn huis. We kwamen aan bij de deur. Ik heb wel sleutels maar het lijkt me beter als mijn moeder de deur open doet.

"Zenuwachtig?" Vraagt Rein met een zachte stem.

"Valt mee"

De deur gaat open en ik zie Carter staan. Shit! Carter! Ik ben hem helemaal vergeten. Hij gaat Rein zeker haten.

"Wat doet hij hier?" Zegt Carter luid.

"jij ook hallo" zei ik droog terwijl ik hem opzij duwde en Rein mee naar binnen trok.

"Mam!" Riep ik door het huis.

"Schatje, ik ben hier"

Haar stem kwam van de keuken. Ik stapte ernaar toe. Ik deed de keuken deur open en rook verschillende geuren.

"Wat kook je?"

"Lasagne, cake en salade."

"Lekker" zei Rein voor ik nog iets kon zeggen.

"Dus jij bent Rein." Zij mijn moeder uit het niets.

"Ja, aangenaam kennis te maken" zegt Rein beleefd.

Ik moest lachen omdat Rein beleefd probeert te doen.

"Gaan jullie al vast maar aan tafel zitten." Zegt mijn moeder lief tegen Rein.

Ik en Rein gingen aan tafel zitten. Ik hoorde Carter en mijn moeder ruzie maken in de keuken.

"Waarom zei je niet dat ze zouden komen."

"Dat hoef ik niet te zeggen. Ik ben je moeder en geen vriendinnetje, ik hoef niet alles aan je te vertellen."

"Wedde dat hij gewoon met haar naar bed wil!"

Nu gaat hij te ver! Ik stond op maar Rein houd me tegen. "Laat hem." Zegt hij om me rustig te maken. maar het helpt niet. ik stormde de keuken binnen.

"idioot dat je bent!" riep ik naar Carter.

ik rende naar hem toe en gaf hem een klap in zijn gezicht.

ik rende naar buiten. ik ging zitten op het eerste bankje dat ik tegen kwam. ik barste uit in tranen. mijn eige broer zegt zo iets. ik haat hem!

~Carter~

Jaden rent naar buiten en ik ren achter haar aan. ik zag haar zitten op een bankje.

ik ging naast haar zitten.

"laat me." zegt ze.

"het spijt me. hij betekent veel voor je he?"

"erg veel" antwoord ze.

"het spijt me. je bent gewoon mijn kleine zusje en ik ben ongerust.

Heyy, het spijt me dat ik zo lang niet heb geschreven! Ik was gewoon op vakantie en ging daarna nog eens bij een vriendin slapen dus ik had het erg druk. Ik had eigenlijk een langer part geschreven maar ik had het niet opgeslagen dus dan doe ik het maar hier mee. Hopelijk vinden jullie het een beetje leuk. Het volgende part komt morgen of overmorgen uit.