10

16 3 0
                                    

....wat is je lievelingsfruit?'

Dit was blijkbaar niet wat ze verwachtte (terwijl het toch een redelijk normale vraag is?) want ze begon hysterisch te lachen. Ze had een vage lach.. Het deed me denken aan een hyena lach (niet dat ik ooit een hyena had horen lachen, maar als ik dat wel had gedaan had die vast en zeker zo geklonken)

Ik voelde me raar, het was gênant?

Mijn ogen zochten de ogen van Jodie's vriendin om mijn awkward gevoelens mee te delen, want ze was erbij komen staan. En plotseling vervaagde de hyenalach van Jodie naar de achtergrond, want ik keek weer in die amberkleurige, onvergetelijke, sprekende ogen van toen.

Voor ik het wist was ik verwikkeld in een staarbattle en ik was niet van plan om op te geven.

A, omdat ik niet opgeef (nooit).

B, omdat ik het ook niet waard vond om weg te kijken (de ogen keken me zo wetend en wijs aan. Waarom waren ze zo open en dicht en sprekend en stil en ugh teveel, maar ik wilde het eigenlijk stiekem ook wel weten)

Ik was weer bij zinnen gekomen en trok mijn ene wenkbrauw op (daar heb ik toen ik klein was superlang op geoefend en ik ben stiekem trots dat ik dat kan)

Ik merkte dat Jodie gestopt was met lachen en dat ze onze zwijgende conversatie bestudeerde.

'Wat doen jullie?'

(Ja Jodie? Wat zijn we nou aan het doen?)

'We houden een staarbattle.'

'Een staarbattle?'

'Ja.'

Jodie keek naar haar vriendin (tenminste dat dacht ik vanuit mijn ooghoek te kunnen zien)

'Lee?'

(Lee??)

'Ja?'

'Wat doen jullie dan, wat is een staarbattle?'

(Applaus! Nou allerliefste Jodie wat denk je dat een staarbattle inhoud? Een battle waarin je staart misschien, goh wat intelligent (ik ben wel aardig hoor maar soms ben je wel erg dom))

Lee(?) antwoordde: 'We doen een staarwerstrijd, wie als eerst wegkijkt verliest, knipperen mag, als je de staarbattle wilt beëindigen doe je langere tijd je ogen dicht en draai je je weg.'

Jodie knikte begrijpend en werd zwijgende toeschouwer van onze wedstrijd.

Lee's ogen waren amber bruin met groene spikkeltjes en een donkerdere rand bruin dichtbij de pupil.

Op een gegeven moment besloot ik dat het genoeg was geweest. Ik voelde geen spanning meer en verveelde me eigenlijk een beetje.

'Zullen we doen dat je als je lacht ook verliest?' stelde ik voor.

Lee kreeg een nadenkende blik en stemde vervolgens in. Waarna ik meteen gekke bekken ging trekken, waarbij ik er op lette niet schil te kijken of mijn ogen weg te draaien, want anders verloor ik.

Lee was niet onder de indruk, of althans niet zover ik zag. Haar gezichtsuitdrukking veranderde niet, behalve dan dat een wenkbrauw langzaam omhoog ging.

(Wauw! Ik was onder de indruk! Een langzame sarcastische wenkbrauw!)

Dit was echt raar, ik wilde weglopen ik had geen zin meer, maar ik was helemaal warm vanbinnen alsof ik bezig was met handjedrukken ofzoiets. Deze staarbattle mocht weleens over zijn, ik bewonder mensen met doorzettingsvermogen maar deze Lee mocht wel eens stoppen met willen winnen. Ik probeerde te bedenken waar zij nou om zou moeten lachen toen de hyenalach door me heen schoot, als Jodie en zij vriendinnen waren zouden ze vast ongeveer dezelfde humor hebben?

'Nu we hier toch staan te staren kunnen we elkaar beter maar leren kennen. Wat is bijvoorbeeld je naam?'

'Lea'

'Lievelingsdier?'

'Een kip' zei ze met nog steeds een uitgestreken gezicht. Waarbij ik inwendig moest glimlachen (yes! Ze is niet normaal!)

'Lievingsfruit?'

Lea kon een glimlachje niet bedwingen, waarop ik naar haar wees en zei: 'HA ik win!'

Toen proestte ze het uit terwijl ze naar voren boog en haar armen om haar buik vouwde, naast me hoorde ik ook Jodie lachen en ik keek naar deze twee mensen alsof het mensen waren in plaats van objecten, dat gevoel wat ik toen had was het eerste vriendschappelijke gevoel wat ik heb gehad voor mensen van ongeveer mijn leeftijd, ooit.
Terwijl ik naar hen keek verspreidde er een glimlach op mijn mond, die abrupt verstijfde toen ik een hand op mijn schouder voelde. De hand dwong me om te draaien en ik keek in het chagrijnige gezicht van Gero-Nemo.
'Waar blééf je nou?!' riep hij uit.
'Oh, hmm ja ik kom al.'
Was het al zo laat? Het zal wel, ik wierp nog een laatste blik op de kromgebogen schuddende lichamen en liep achter Gero-Nemo aan, die geen moment op me had gewacht. Ik voelde me wel een beetje schuldig dat ik geen gedag had gezegd want als ze nu eindelijk klaar waren met lachen zou ik verdwenen zijn. Het zou niet uit horen te maken, ik kende ze niet eens, maar het deed het wel. Ik voelde me zoals zij zich zouden voelen als ze uitgelachen waren, in de steek gelaten en alleen, hoewel ik in dit geval degene was geweest die hen in de steek liet. En zij nog in elk geval elkaar hadden.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Feb 15, 2021 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

A loner, but not in his heartWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu