Waar woorden spreken, schrijfwedstrijd [GESLOTEN]

Beoordeling ronde 1 opdracht 2 - BoEvaElf

BoEvaElf

"Vergeet je spullen morgen niet en denk erom dat je niet met de fiets komt!" roept de meester door de gang. Zijn leerlingen lopen allemaal enthousiast het klaslokaal uit. Hij glimlacht, (deze komma staat hier een beetje vreemd) ze zouden eens moeten weten! Morgen zou er van hun opgewekte stemming niets meer over zijn. (Dus deze meester heeft er plezier in om zijn leerlingen iets aan te doen waardoor ze niet meer opgewekt zijn morgen. Wat gemeen!)
"Meester?" vraagt een jongetje omhoog kijkend naar zijn meester.
"Ja, Kevin?" vraagt de meester die het jongetje herkent.
"Mag ik mijn kat meenemen?" vraagt Kevin schaamteloos. (Ik mag Kevin.)
"Ik weet niet of dat wel zo'n goed idee is, Kevin," antwoordt de meester en hij zakt door zijn knieën.
Kevin kijkt angstig: (de dubbele punt hoeft hier niet. Het mag een punt zijn.) "Maar meester, ik kan niet zonder Garfield."
De meester aait over zijn bol: (hier ook niet. Het mag een punt zijn. Wel lief dat hij Kevin over zijn bol aait. Dat maakt hem minder gemeen.) "Maak je maar niet druk. Je redt het zonder hem heus wel en door al die vrolijkheid heb je geen tijd om hem te missen. Ga nu maar naar huis."
De meester gaat rechtop staan en kijkt Kevin na. Ze zijn er eigenlijk te jong voor, zo'n kamp, denkt hij. Vooral die voetreis, maar, ja, de vorige groepen 5 hebben het ook overleeft. (Dat betekend niet veel goeds...)

Tring, Tring! Het geluid dringt door in Kevins halfslapende hersenen.
Tring, tring! Kevin kreunt. Hij heeft geen zin om op te staan.
"Kevin, de wekker gaat!" roept zijn moeder, waarnaar ze de deur open doet. Een straal licht valt op zijn gezicht en hij draait zich om.
Tring, tring! Kevin voelt hoe Garfield op zijn bed springt en over hem heen trippelt. Hij weet dat Garfield zijn wekker om gaat gooien, maar doet er niets aan.
Tring, tring! Beng! Garfield heeft de wekker omgegooid en springt van Kevins bed om met de wekker te gaan spelen. (Ik mag Garfield nu ook.)
Tring! Pok! Tring! Pok, pok! Kevin slaat de deken van zich af, tijd om op te staan. (Eigenlijk is dit hele stukje overbodig. Het brengt geen vooruitgang en geen diepgang in het verhaal. Allen een beetje eendimensionale humor.)

"Heeft iedereen zijn spullen?" roept de meester.
"Ja!" roepen zijn leerlingen enthousiast.
"Oké, dan gaan we!" roept de meester en de kinderen juichen.
"Ehm. (Alleen 'Eh' was hier beter geweest. Dat is een geluid dat we vaker tegenkomen in boeken.) Meester moeten we niet wachten op de bus?" vraagt een leerling.
"Nee, dat is niet nodig, want we gaan met de oude, vertrouwde benenwagen," zegt de meester en hij zet er de pas in. Achter zijn rug komen gesprekken op gang met als hoofdonderwerp: wat is een benenwagen? (Precies wat iedereen ook zegt als ik weer eens met dit soort woorden aan het smijten ben op school.)
Kevin haalt adem (hier mis ik details. Haalt hij diep adem, zuchtend, bevend? Dit zegt heel veel over hoe hij zicht voelt. Ademhalen doet iedereen.) en volgt zijn meester. We hoeven vast niet ver naar de benenwagen te lopen, wat dat dan ook is, denkt hij. De rest van de klas volgt hem, niet wetend dat ze nog een zware dag te gaan hebben.

"Jongens, we zijn er!" zegt de meester met gespreide armen gebarend naar de ingang van de camping.
Kreunend laten de leerlingen zich neer vallen in het gras. Kevin ploft naast ze neer en haalt zijn tas van zijn rug. Hij trekt zijn schoenen uit en gaat liggen op zijn rug. (Hier was het mooier geweest als je "liggen" en "op zijn rug" had omgedraaid.)
De meester loopt naar de balie, maar als hij terug komt liggen alle kinderen languit op het gras.
"Kom op, jongens! We moeten nog onze tenten opzetten!" spoort de meester hen aan, maar zelf voelt hij ook de vermoeidheid.
Kreunend komen de kinderen overeind en lopen ze op hun sokken naar de campeerplek. Daar aangekomen ploffen ze weer neer. De meester zucht. Ze hebben een pauze nodig, denkt hij.
"Jullie krijgen een kwartier pauze, ik zorg wel dat jullie te drinken krijgen," zegt de meester en hij loopt weg.
Kevin trekt zijn sok uit. Hij kreunt, zoals hij al gedacht had zit er een flinke blaar op zijn hak. Hij rommelt in zijn tas op zoek naar blarenzalf en smeert het op zijn hak.
Verschillende kinderen om hem heen smeren ook zalf op hun blaren, anderen liggen languit op hun buik of rug en een enkeling ligt te slapen. (Die hebben inderdaad een zware dag achter de rug.)
Opeens wordt Kevin overspoelt door heimwee. Hij denkt aan Garfield die vast zich ligt te vervelen op de bank en aan zijn moeder die Garfield misschien wel aan het aaien is.
Kevin mist Garfield heel erg en vanavond zou hij moeten slapen zonder eerst Garfield weltrusten ('welterusten') te wensen. Hij weet dat hij dan niet zou kunnen slapen.
Hij staat op het punt om te gaan huilen, als hij opeens een zachte miauw hoort. Hij kijkt achter, voor en naast zich, maar ziet nergens een kat. Hij wil op zijn rug gaan liggen als hij ineens een rode kater ziet lopen voor zich. (Deze twee zinnen is een beetje vreemd. Hij draait heel erg om het punt dat je ermee wil maken heen.)
Kevin schiet overeind en houdt zijn hand uit (houd zijn hand op of steekt zijn hand uit. Die twee heb je door elkaar gegood.) om hem te aaien. En dan ziet hij het: het is Garfield! Hij pakt Garfield op en knuffelt hem. Hij aait Garfield over zijn kop en kriebelt hem achter zijn oren. Garfield snort tevreden: hij zal zijn baasje beschermen en hem door het kamp heen helpen. Samen gaan ze er voor en niks houdt hen tegen. (Mooi einde. Maar in dit verhaal miste ik de diepgang. Vaak noemde je gewoon wat dingen in plaats van dat we je karakters of het doel beter leerden kennen. Probeer alles wat je in je verhaal zet een doel te laten hebben. Verbreden, verdiepen, het verhaal vooruit helpen, je karakter(s) meer dimensie geven, etc. . In het begin heb je zo expliciet het kamp genoemd dat ik had verwacht ook meer van het kamp te horen.)

Punten:

Zinsopbouw en spelling: 15

Voldaan aan opdracht: 18

Verhaalloop: 15

Diepgang: 10

Creativiteit: 16

Totaal opdracht: 74 punten

Subtotaal ronde: 76 punten

Jij staat hiermee op de gedeelde 13e plaats.