11 weken in Brazilië
Na talloze baantjes te hebben getrokken helpt ze zich behendig uit het zwembad. Met beide handen houdt ze haar lange, bruine lokken vast en knijpt het water uit. Waneer het meeste water uit haar haren verdwenen lijkt te zijn, neemt ze plaats op één van de twee ligbedden. Inmiddels staat er, door het werkmeisje, een glas chocomelk op het bijzettafeltje naast haar ligbed. Wanneer ze een slok neemt ziet ze Bols haar kant op lopen. Hij had zich inmiddels ook omgekleed en draagt een blauwe zwembroek. Speedo. Ze probeert zich te focussen op zijn gezicht, in plaats van...
'Ada!' Schreeuwt hij haar toe. Ze slikt, zet het glas chocomelk neer op het tafeltje en staat op vanuit haar stoel. Al lopend strekt hij zijn arm en wijst hij met zijn wijsvinger naar haar hand, die inmiddels voor haar mond zit van de schrik. 'Je ring!' Ruw pakt hij haar pols beet en trekt haar naar zich toe. Buik tegen buik. Ze kan zijn adem voelen. Ruiken. 'Weet jij wel wat dat ding kostte? Waar is 'ie?!' Eva, met stomheid geslagen, staat een beetje te mompelen. 'Ik, eh-' De man schudt zijn hoofd en kijkt in de richting van waar hij zojuist vandaan kwam. De spierbundel staat er nog steeds. Bols knipt met zijn vingers en al snel komt de gespierde man op hen afgelopen. Bols wendt zich weer tot Eva. 'Sorry!' Zegt ze snel. 'Ik heb hem afgedaan omdat hij soms ietwat los zit. Een paar weken geleden was ik hem ook al verloren in het water en heb ik er uren naar gezocht! Het spijt me. Echt.' Voorzichtig laat hij haar pols los en kijkt haar vertederd aan. Hij lijkt haar te geloven. Met één beweging wimpelt hij de spierbundel af. Zijn aanwezigheid was niet meer van belang. 'Waarom vertel je mij dit niet, Ada?' De rillingen lopen over haar rug bij zijn woorden. 'Ik laat de ring dan toch verstellen zodat hij beter past? Waar is 'ie nu?' Ze slikt. 'Boven. Op mijn nachtkastje.' Hij grijnst en laat zijn hand rusten op haar wang. Met zijn duim strijkt hij over het stukje huid. 'Mooi...' Fluistert hij, 'Dan kan je gelijk laten zien hoe zeer het je spijt.' Ze verstijft. Het is lang geleden dat dit aan de orde was. Hij scheen er niet veel om te geven, zei hij een keer. Haar nabijheid was vaak genoeg.
Een flinke hoeveelheid lucht ontsnapt uit Eva's longen wanneer ze eindelijk onder de douche staat. Het water stroomt met bakken uit de douchekop. Haar blik valt op het rekje met daarin allerlei benodigdheden, zoals shampoo, conditioner en shower gel. Het bizarre is nog dat Bols precies wist welke artikelen ze gebruikte toen ze nog in Nederland woonde. Hetzelfde merk, dezelfde inhouden en dezelfde geur. Verdomde kokosolie. Ze zet haar handen tegen de betegelde muur, met haar gezicht naar de kraan toe. Haar armen zijn volledig gestrekt en ze laat haar hoofd hangen, haar kin op haar borst. Het valt haar op hoe veel tijd ze nodig heeft na zulke inspanningen. Het went nooit. Het was lang geleden voor haar dat ze daadwerkelijk van een man kon genieten. Niet alleen van seks, maar ook van iemands aanwezigheid. Wolfs. Hij was de laatste man geweest van wie zij echt gelukkig werd. Niet dat ze dit figuur een kans heeft kunnen en willen geven, maar Wolfs was toch in haar gedachten blijven zitten. Zelfs na zijn dood. Ze zou Bols nooit kunnen vergeven voor zijn daden. Elke avond, vlak voor ze naar bed ging en Bols nog beneden was, stond ze op het balkon en keek naar de zwarte lucht met zijn talloze sterren en de maan. Seconden, minuten vlogen voorbij. Zij dacht aan hem. Aan de laatste gezichtsuitdrukking die ze van hem zag: vol angst. Hij wist wat er zou gebeuren en hij kon niks doen. Zij wist het ook. Met man en macht probeerde ze zich te verzetten, maar het lukte haar niet. Eva, je hebt gefaald. Door haar schuld was haar partner - de man van wie ze echt hield - er nu niet meer. Wat heeft vluchten dan voor zin? Ze kent niemand, spreekt de taal niet en bovendien heeft ze geen telefoon tot haar beschikking. Ze kan niet terug naar Wolfs, niet naar huis. Dit was haar huis, haar leven. Een leven zonder geld, zonder eigen mening en ze voelt zich doodongelukkig. Een druppel water glijdt langs haar wang omlaag. Ze heft haar hoofd terug omhoog, in de normale positie en snuift haar neus op. Meerdere waterdruppels leggen een weg af over haar gezicht. Een aantal druppels hebben als eindbestemming de hoeken van haar mond en zijn zoutig van aard.
De vrouw met de lange, bruine haren draait de waterkraan in één keer uit. Ze stapt uit de cabine en slaat haar armen gekruist over haar borsten heen. Haar linkerhand ligt op haar rechterschouder en haar rechterhand laat ze op haar linkerschouder rusten. Ze loopt door de schuifdeur naar de slaapkamer. Ondertussen vallen de druppels één voor één op de vloer. Drup. Drup. De man zit in zijn korte broek en polo de krant te lezen in een luie stoel. Ze komt tot stilstand bij zijn voeteind en kucht zacht. Drup. Drup. Drup. Drup. De man laat de krant zakken en legt die op zijn schoot. Drup. Eva wendt haar blik af wanneer hij haar van top tot teen bekijkt. Hij neemt hier ruim de tijd voor. De schoft. 'Wil je wat vragen, liefste?' Het schaamrood staat op haar kaken. Idioot gedoe. 'Mag ik een handdoek?' Bols staat op en komt tegenover haar staan. 'Vragen wij dat op deze manier?' Eva schudt haar hoofd. Haar handen liggen nog steeds op haar schouders. Ze kijkt hem nog steeds niet aan. Met zijn wijsvinger tilt hij haar kin op, zodat ze hem aankijkt. Ze slikt. 'Mag ik een handdoek, alsjeblieft?' Direct verschijnt er een glimlach op zijn gezicht. Drup. Drup. Drup. 'Natuurlijk mag dat!' Hij loopt naar één van de kledingkasten in de kamer en pakt er een handdoek uit. Eva steekt haar rechterarm uit om de handdoek aan te pakken, maar net op het moment dat de handdoek aan wil pakken, trekt hij de handdoek weer weg. Ze kijkt hem vragend aan. 'Je vergeet nog iets.' Eva bijt op de binnenkant van haar wang. Ze zet een stap naar voren, maar zorgt dat ze niet helemaal tegen hem aan staat. Voorzichtig drukt ze haar lippen op die van hem. 'Dank je wel.' zegt ze zacht wanneer hij de handdoek om haar heen slaat. Met zijn handen wrijft hij over haar armen. Inmiddels heeft Eva met beide handen de uiteinden van de handdoek vast. Hij kijkt haar ijskoud aan, dat is haar interpretatie. Ieder ander had waarschijnlijk een liefdevolle, warme blik gezien. Zij niet. Zij kon niet wennen aan de situatie. Aan haar situatie.

JE LEEST
De Stille Strijd (Flikken Maastricht)
FanfictionVOLTOOID. Dit verhaal is gebaseerd op seizoen 11, aflevering 10 De keuze (slot). Fleur is nooit teruggekeerd naar Nederland.