12 weken in Brazilië
Vanuit de tuin heeft ze perfect uitzicht op de oceaan. Het geeft haar rust, de geluiden van de zee. Het is lang geleden dat ze kon doen wat ze zou willen. Sinds ze met Bols "getrouwd" is moet ze alles aan hem vragen. Zelfs voor de simpelste dingen: of ze gebruik mocht maken van de wc, of ze mocht douchen. Ze moest hem zelfs vragen of ze mocht sporten in de - naar haar mening - te luxe fitnessruimte. Een diepe zucht ontsnapt uit haar mond. Ze verlangt naar vrijheid, naar persoonlijkheid. Ze kan hier niet zichzelf zijn. 'Ada,' Klinkt het vanuit de villa. 'Kom je? Het is tijd.' Ze rolt, uit het zicht van haar man, met haar ogen. Snel draait ze zich om en loopt naar binnen. Ze neemt plaats op de lichtbruine stoffen bank. Hij heeft inmiddels plaats genomen in zijn stoel. Haar handen liggen keurig netjes op haar knieën en haar rug neemt een rechte positie aan. 'Voordat we beginnen heb ik nog iets voor je.' Uit zijn zak haalt hij een doosje. Hij zet het voor zich neer op de glazen salontafel. Ze kijkt ernaar. Vervolgens kijkt ze naar de man in de stoel, om vervolgens weer terug naar het doosje te kijken. Ze buigt zich voorover en pakt het doosje van de tafel af. De man kijkt haar hoopvol aan en knikt haar toe om het te openen. Het doosje gaat open. Ze haalt er een ring uit. Haar ring. 'Ik heb hem voor je laten verstellen.' Ze kijkt hem aan terwijl ze het kleine, gouden voorwerp in haar handpalm houdt. Hij staat op en gaat op zijn knieën schuin voor haar zitten. 'Mag ik?' Nog voordat ze antwoord kan geven pakt hij het ringetje uit haar handpalm. Met zijn rechterhand houdt hij haar linkerhand vast. Voorzichtig schuift hij de ring om haar ringvinger. Wanneer het ringetje niet meer verder kan drukt hij een kus op de rug van haar hand. Hij staat op en neemt terug plaats in zijn stoel. De klok slaat vijf uur. Op dat moment dat de eerste bel van de klok slaat, komen er twee muziekanten de woonkamer binnen lopen. Ze nemen positie, daar waar ze altijd staan. De pianist neemt plaats achter de vleugel, de violiste staat ernaast. Ze spelen. En spelen. En spelen. Het klinkt triest. Eva kijkt naar de man die net een ring om haar vinger schoof: voor de tweede keer in haar leven had hij dat gedaan. Ze besluit voor zich uit te kijken en haar ogen dicht te doen. Haar hoofd laat ze ietwat achterover vallen op de hoofdsteun van de bank.
Zo'n twee uur later zitten ze samen aan de grote witte eettafel. Boven hen hangt een grote, gouden kroonluchter, op tafel staat een gouden kandelaar en achter Bols hangt een groot schilderij van hen twee. Het schilderij is statisch: hij netjes in pak, strak voor zich uitkijkend. Zij zit in haar witte trouwjurk naast hem op een kruk. Haar blik stoïcijns. Zijn arm ligt over haar schouder. Ze haat het schilderij. Het liefst zou ze het van de muur snokken, het in de fik steken en het nooit meer zien. Dat zit er helaas niet in. Niet nu. Een meisje serveert de borden. Zeebaarsfilet met rijst en wat groenten. Met veel pijn en moeite begint ze aan het voor haar neergezette eten. Ondertussen schenkt het meisje een glas witte sauvignon blanc voor hem in. Netjes en volgens de etiketten. Wanneer de vrouw haar tweede hap van de zeebaars eindelijk heeft doorgeslikt, kijkt ze op wanneer de man tegenover haar aan de tafel zijn bestek op tafel gooit. Hij staat op en slaat met beide handen plat op tafel. 'Wulff...', Probeert ze hem te kalmeren. Ze doet echter niet heel erg haar best. Het schijnt ook niet te werken. Het meisje snelt naar hem toe. Ze stelt hem een vraag in het Portugees, vermoedelijk vraagt ze wat er aan de hand is. Hij kijkt haar kwaad aan en grijpt haar dan met beide handen vast aan haar kraag. Het meisje brengt een angstige kreet uit. Hij schreeuwt tegen haar. Eva staat op en roept nogmaals zijn naam. Haar toon is dringend. Dit keer lijkt het wel effect te hebben. Hij kijkt Eva kwaad aan, maar zijn gezicht betrekt. Langzaam maar zeker laat hij het meisje los. Zo snel als ze kan rent ze de eetkamer uit. Eva loopt rustig naar hem toe en legt haar hand op zijn bovenarm. 'Wat doet er op?' In plaats van haar antwoord te geven roept hij de naam van de chefkok. De man staat een aantal seconden later bij hen in dezelfde ruimte. Eva laat zijn arm los en wijst Bols erop dat hij beter rustig kan worden. Wanneer ze weer terug wil lopen naar haar stoel hoort ze een ongewoon hard geluid. Ze draait zich direct om en ziet een kapot bord op de grond, voor de voeten van de kok.
Een tijd later zitten de twee samen met een kop thee in de tuin. Het uitzicht is de oceaan. Eva's uitzicht is anders: ze kijkt naar hem vanuit haar ooghoeken. 'Wat?' vraagt hij haar op een botte toon. 'Wat was dat net?' Hij zoekt even naar zijn woorden. 'Er zat een graat in.' Ze draait haar hoofd naar hem toe. 'Wat? Waarin? In die vis?' Hij knikt. Hij roert met zijn lepel door het warme water en likt het af. Vervolgens stopt hij het lepeltje in de borstzak van zijn blouse en kijkt hij voor zich uit. Het duurt even voordat Eva beseft dat ze hem met open mond aan zit te kijken. 'Je hoeft niet zo verbaasd te doen, hoor. Jij at er ook niet van. Ik zag het wel. Het was gewoon vreselijk. Die man is gewoon incapabel. Werkelijk. Serpent.' Eva zucht. De man had geen flauw idee over haar afschuw van het eten van zeevoer. Hij steekt nu de schuld op de onschuldige kok. Hij heeft niets misdaan.
Wanneer Bols en Eva de volgende ochtend samen aan tafel zitten voor het ontbijt, kijkt ze vreemd op wanneer het ontbijt er niet uitziet als het gebruikelijke ontbijt. Ze kijkt naar het bord van Bols. 'Is er iets, juffrouw von Vengen?' Ze schudt haar hoofd. 'Nee, ik-' Snel slaat ze haar hand voor haar mond. 'Je wat?' Vraagt hij haar. 'Ada?' Zonder hem antwoord te geven staat ze op en rent ze de kamer uit. Met een noodgang vliegt Bols achter haar aan. In zijn haast roept hij de spierbundel erbij voor versterking. Stront aan de knikker. Hij komt plots tot stilstand wanneer hij ziet dat Eva's eindbestemming de wc is en niet de uitgang van de villa, zoals hij in eerste instantie dacht. De spierbundel staat achter Bols. Samen kijken ze naar de vrouw. Ze zit op haar knieën, met haar hoofd in de wc pot. Dat is vast ook muziek. Drama in B mineur. Hij glimlacht breed. 'Fantastisch...' Zegt hij zacht tegen zichzelf, met een glimlach die steeds groter wordt.

JE LEEST
De Stille Strijd (Flikken Maastricht)
FanfictionVOLTOOID. Dit verhaal is gebaseerd op seizoen 11, aflevering 10 De keuze (slot). Fleur is nooit teruggekeerd naar Nederland.