We will make it through

86 2 2
                                    

Severus stapt de studiekamer van zijn zoon binnen zonder te kloppen en kucht. 'Oh eh hé pap' zegt Harry geschrokken en hij glimlacht kleintjes. 'Sluit je boek, we moeten praten' zegt hij en Harry doet wat hij zegt. ' Er zijn drie Dooddoeners ontsnapt uit Azkaban, Lucius Malfidus, Augustus Ravenwoud en Alecto Kragge'. Zijn zoon wordt bleker en hij zucht diep. 'De kans is heel groot dat ze achter ons aan zitten dus hierbij heb je een verbod om buiten het paleis te komen en er zal ook niemand binnen kunnen komen. Het spijt me Harry maar ik wil je niet kwijt' zegt hij en hij ziet Harry wat verdoofd staren. 'Zijn ze.. zijn ze achter jou aan? Ze willen afmaken waar ze mee begonnen zijn, of niet?' Severus bijt op zijn lip, wat moet hij zeggen? 'Ja, dat denk ik. Al verwacht ik dat ze ook achter jou aan zitten, je hebt hun meester verslagen' zegt hij eerlijk. 'Hoe zijn ze ontsnapt? Uit Azkaban kan je niet ontsnappen!' vraagt Harry en Severus zucht nogmaals. 'We vermoeden dat ze hulp van binnenaf hebben gekregen' zegt hij voorzichtig. 'Ik dacht dat we van ze af waren..' verzucht Harry en Severus kijkt even naar de grond. 'Het spijt me Harry, ik had het graag anders gezien' zegt hij. ' Maar het is de situatie en we moeten ermee dealen' zegt hij. 'Ja, je hebt gelijk'. 'Zijn Tobias en Eileen veilig?' vraagt Harry dan zorgelijk en hij knikt. 'Ja, ze komen in het paleis leven voor hun eigen veiligheid'. Severus ziet hoe bezorgd Harry eruit ziet en geeft hem een knuffel. 'Het spijt me zoon maar het komt allemaal goed' zegt hij en streelt door Harry's haar. 'Dank je pap' zegt Harry met een glimlach en Severus laat hem los. 'Geen dank. Kom, we gaan thee drinken' zegt hij en maakt een gebaar naar de deur. 'In de salon?' vraagt Harry en hij knikt. 'Ga maar voor' zegt hij en Harry loopt voor hem uit naar de salon. 

Als ze in de salon aangekomen zijn, ziet hij Albus, Tobias en Eileen al zitten. 'Fijn dat jullie er zijn' zegt Albus en hij neemt plaats naast Tobias. 'De Minister is net geweest om het allemaal te bespreken en hij belooft dat hij er alles aan gaat doen om de Dooddoeners te pakken' vervolgt Albus en Severus perst zijn lippen op elkaar. 'Iets beloven en iets doen is wat anders' zegt hij met een sneer. 'We gaan het zien Sev' zegt Eileen geruststellend en op dat moment komt een lakei binnen met thee en scones. Severus kijkt naar zijn pleegvader, Tobias, die diep in gedachten lijkt te zijn terwijl hij afwezig met zijn theelepeltje speelt. 'Toby, waar zit je toch met je gedachten?' vraagt Eileen zorgelijk en dan kijkt Tobias op. 'Ik vrees dat al zijn vrienden ook in gevaar zijn' zegt Tobias dan serieus terwijl hij knikt naar Harry. Severus wisselt een blik met Albus en hij slikt. 'Waarom denk je dat Tobias?' vraagt Albus dan rustig. 'Ik probeer me in die drie te verplaatsen en als ik hun was geweest, was ik eerst achter zijn vrienden aangegaan. Zo werkt het namelijk heel vaak met vijanden en ik verwacht dat het niet anders zal gaan'. Severus knikt, het klinkt logisch en zijn vader weet waar hij het over heeft, als gepensioneerde Royal Navy officier. Inleven in vijanden was een belangrijk onderdeel van zijn vaders werk, zo kon hij de vijanden altijd een stap voor zijn. 'Goed, dan gaan we ze halen.  Ze zullen een vraag moeten beantwoorden die alleen zij kunnen weten dus Harry, ik wil dat je die opschrijft en aan mij geeft. Doe dat alsjeblieft nu, er is geen tijd te verliezen'. Severus maakt een lui gebaar met zijn toverstok en een veer, inkt en een rol perkament komen aangezweven en belanden voor Harry op de tafel. 'Ga jij het brengen?' vraagt Harry en Severus ziet zijn vader knikken. ' Dat wil ik niet, dat is veel te gevaarlijk' zegt Harry opstandig en Severus kijkt waarschuwend naar Harry. 'Harry, je opa is de beste tovenaar aller tijden' zegt hij geruststellend. 'Ik wil niet nog iemand kwijt dankzij mij' snauwt Harry en hij trekt een wenkbrauw op. ' We weten welke risico's we nemen Harry. Schrijf de vragen nou maar op' commandeert hij. Hij ziet Harry diep adem halen en mokkend beginnend met schrijven. Na een paar minuten overhandigt Harry het stuk perkament en hij ziet zijn vader het scannen. 'Goed, dan ben ik zo terug' zegt Albus en met een lichtflits is hij verdwenen. Severus staart even naar de lege plek waar zijn vader zojuist zat en pakt zijn theekop op. Rustig begint hij met drinken en kijkt even naar Tobias. 'Denk je het echt?' vraagt hij dan. 'Jongen, jij kent die drie Dooddoeners beter dan dat ik ze ken, maar als ik uit mijn ervaring bij de Royal Navy moet putten, dan lopen zijn vrienden gevaar. En niet zo'n beetje ook'.

A Prince Castle- Severus Sneep fanfictionWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu