H21.

652 28 8
                                    

POV ELISE

Hardhandig word ik door Mika meegesleurd naar huis. Als we daar zijn uitgekomen belt Mika aan. Ik kijk hem nerveus aan. Tobias bestaat! En hij praat tegen mij! De deur word open gedaan door Justin. 'Uh wat is er?' mompelt hij. 'Laat ons gewoon binnen.' Sist Mika. Mika houd me nog steeds stevig vast als alle jongens zich op de bank verzamelen. Dan als laatst komt Tobias. Hij kijkt op van zijn mobieltje. 'Wat is er aan de hand?' Sist hij. Ik kijk hem bang aan. 'Ik weet niet wat je hebt gedaan, maar Elise hoort een stemmetje in haar hoofd. Van jou! Ze moet van jou mensen vermoorden!' Schreeuwt Mika uit. 'Wat?' Zegt Tobias een wat-lul-je blik. 'Wacht. Je wist dit niet?' Sist hij tegen Tobias. Hij schud nee. 'Ik wist wel dat ze Melissa toen echt dood wou hebben, maar random mensen?' Vraagt Tobias. Hij kijkt me aan, waardoor ik snel wegkijk. 'En waarom wou ze Melissa dood hebben? Wacht. Was Melissa dat meisje op school?' Stamelt Mika. 'Ja. Ik wou haar dood hebben, want ze noemde me een slet en Tobias zei dat het moest.' Zeg ik wijzend naar Tobias. Hij kijkt me met open mond aan. 'Nee Elise. Je denkt dat dat moet. Je zei al dat er een stemmetje in je hoofd zit. Hoe kan dat en hoelang is het al?' Vraagt Mika. 'Sinds ik 7 mensen of zo heb geschoten.' Alle jongens kijken me met open mond aan. Ik zal maar niks zeggen over de nachtmerries. 'Oké.' Zegt Tobias droog. Ik kijk hem met open mond aan. 'Boeit het je helemaal niks?' Roep ik boos. 'Jawel, maar ik kan er niks aan doen. Alleen zeggen dat je niet hoeft te vermoorden.' Hij loopt weg. Dan huil ik mezelf ik slaap. Ja. 'S middags. Die nacht word ik wakker rond 1 uur.

Elise is nu in een soort trance. Ze heeft weer een nachtmerrie gehad en droomde daarin dat ze iemand moest vermoorden, maar het maakt niet uit wie. Ze luistert naar de stem.

Ik word wakker. Ga er op uit. Vermoord iemand. Sist de stem. Ik pak een legging en een shirt, waarover ik een jas doe. Je zal het niet geloven, maar Mika slaapt hier weer en dus slaap ik weer alleen. Ik sluip naar mijn kast en pak mijn pistool. Ik doe hem in mijn jas en loop heel zacht de deur uit. Ik sluit de deur en ren naar buiten. Bijna geluidloos. Als ik de deur uitloop zie ik dat iemand met zijn hoofd naar me toe staat. Het is iemand van Jake zijn partij. Ik heb hem in zijn arm geschoten. Ik pak mijn pistool en richt. Ik schiet. Hij valt neer, en verliest veel bloed. Maar who cares? Ik heb hem niet vermoord. Ik loop door de straten. Ik loop door een steegje en hoor een paar giechelende meiden. En een jongen. Dan hoor ik een geluid van tikkende hakken. Het geluid gaat snel. Een meisje rent. Dan komt ze voorbij me. 'Er is daar een hele enge pedo en hij probeert mijn vriendin te verkrachten!' Schreeuwt ze hopeloos. Ik knik naar haar. 'Ga naar huis. Je vriendin zal veilig zijn. Beloofd.' Ze knikt. 'Hoe ga je dat doen?' 'Geheimpje. Niet door vertellen.' Fluister ik als ik grijnzend naar mijn pistool kijk. 'Ik gebruik hem alleen als ik hem echt nodig heb. Nu dus. Ga naar huis. En mondje dicht. Je hebt mij niet gezien.' Ze knikt. 'Dankje.' Fluistert ze. Ik glimlach. Vermoord die gozer! Schreeuwt de stem nu boos. Ik loop op het gegil af. Ik zie de jongen een meisje tegen de muur aan duwen. En grijpen bij haar keel. 'Hey!' Roep ik. 'Laat haar gaan!' Schreeuw ik. De jongen draait zich om en lacht. 'Dacht het niet.' Grijnst hij. Ik pak mijn pistool en zie letterlijk zijn mond openvallen. Ik schiet. Zonder er bij na te denken. Hij valt op de grond en ik ren naar het meisje. 'Dankje!' Fluistert ze. Ze omhelst me. Ik kijk naar de jongen. Ik heb door zijn hart geschoten. Hij is dood. Good job. 'Geen probleem.' Lach ik. 'Wacht! Waar is Nina?' Stamelt ze. 'Geen zorgen. Die is veilig thuis gekomen. Ga nu snel naar huis en zorg dat je veilig blijft.' Sis ik. Ze knikt. 'Oh ja. En mondje dicht. Je hebt mij niet gezien. Praat er met niemand over behalve met die vriendin van je.' Zeg ik. Ze knikt. 'Nogmaals bedankt.' 'Geen probleem.' Ze loopt weg. Nu heb ik toch nog iemand vermoord. Alles voor Tobias.

De volgende ochtend word ik wakker. Ik rek me uit en maak me klaar voor trainen. Ik loop naar de eetzaal. Ik ben intens gelukkig. Ik heb gister eindelijk kunnen doen wat Tobias van me vroeg. Ik groet de jongens. En Tobias. Hij kijkt me niet eens aan. Ik voel de woede in me opborrelen. 'Ga je me nu fucking negeren Tobias? Weet je. Ik ben klaar met je. Je stikt er maar in. Het is uit!' Schreeuw ik. Alle jongens kijken me raar aan. Ook Mika. Tobias knikt. Verder niks.
Ik loop naar de bank en zet de tv aan. 'Gister nacht is Jack Styles neergeschoten. We hebben de dader niet. Jack Styles is een van de grootste criminelen van ons land. Hij is op slag dood geweest. Hij is vanmorgen pas gevonden. Als iemand meer weet bel dan naar ....... Bedankt. En nu verder...' Ik grijns. Ik ben trots. Zegt de stem. Ik kijk raar op. Dit was niet de stem van Tobias. Van wie wel?

Ik ga naar school. Vannacht heb ik iemand vermoord dringt tot me door. Wat betekend dat ik voor vandaag klaar ben. Melissa en Jake zijn veilig.. Voor nu. Ik voel me opgelucht dat ik eindelijk heb kunnen zeggen tegen Tobias dat het uit is. Sinds hij met Mika ging elke dag, heeft hij me compleet genegeerd en is hij niet met me bezig geweest. Wat als hij vreemd ging? Wat als...

Ik zit in de les als ik Wessel hoor praten over de dode man. Ik grijns voor me uit. Dan gaat de deur open en komen Jake en Melissa binnen. Te laat natuurlijk, maar ja, Jake zit in een rolstoel dus mag dat. Ik kijk ze vies aan. Na school loop ik het gebouw uit, maar zie dan de auto van Tobias staan. Wat doet hij hier? Ik volg Mika, die ik de hele dag genegeerd heb, en zie tot mijn verbazing, proef de sarcasme! Dat Mika naar Tobias loopt. Ze geven elkaar een soort van bro hug en stappen in de auto, zonder mij een blik te gunnen. Als ik thuis kom check ik een paar criminelen. In de buurt. Die recent iets hebben gedaan, maar nog geen recente straf hebben gehad. Al snel vind ik er een.

'S nachts word ik weer wakker. Ik pak mijn pistool en kleed me aan. Ik stap weer zachtjes de deur uit. Ik loop door straten, steegjes en zandpaden, want ik weet waar hij te vinden is. Ik zie de boerderij staan, waar hij meestal is. Ik loop er op af, zelfverzekerd. De stem in mij hoofd, ik weet nog steeds niet wiens stem het is, wenst me succes. Ik glimlach. Dit is wie ik wil zijn. Ik pak mijn pistool en houd het gereed voor gebruik. Ik zie de jongen staan met een joint in zijn mond. Er naast staat nog een jongen. Ik gebruik de zelfde tactiek als vorige keer. Ik schiet op de jongen, naast de crimineel en ren snel door naar de andere kant. Als hij zich heeft omgedraaid schiet ik. Hij is niet dood. Ik miste zijn hart. Kermend van de pijn valt hij op de grond, maa hij heeft een geweer in zijn hand. 'Geef die joint maar aan mij.' Grijns ik. Ik schiet hem snel door zijn hart heen. (A/n volgensmij kan dat niet eens maar oke. Ik heb een grote fantasie.)

Ik pak de joint uit zijn mond en stop hem in mijn mond. Ja ik heb vaker een joint gerookt. Al lang geleden. De rook blaas ik uit. Goed gedaan muisje. Hoor ik de stem. Muisje? Dit komt me bekend voor. Met de joint in mijn mond loop ik naar huis. Dan opeens weet ik het. Mijn vader. Hij noemde me voorheen altijd muisje. 'Pap?' fluister ik. Ja. Hoor ik de stem. 'Ik mis je zo!' Schreeuw ik. Ik jou ook, maar dit is het juiste. Ik knik.

De volgende ochtend word ik weer wakker en loop ik naar de ontbijtzaal. Tobias negeer ik volkomen en hij mij ook. Dan zet ik weer de tv aan met een grijns. 'Alweer is er een man vermoord. Weer een crimineel. Zijn straf zou deze week bekend worden, maar hij is dus vermoord. Het is verdacht dat dit slachtoffer ook is neergeschoten. Alleen 2 keer. Weet u meer of heeft u iets gezien...-' Ik grijns breed. Het is me weer gelukt. 'Wie doet dat toch?' Mompelt Justin. 'Gewoon een gast.' Mompelt Bren. Dan komen Mika en Tobias aangelopen. Ik besluit om met Tobias te praten. 'Tobias?' 'Ja?' Vraagt hij bot. 'Kunnen we praten?' 'Ja. Praat.' 'Waarom negeerde je me? Had je een ander? Sterker nog. Heb je een ander? Deed ik iets fout. Meende je het niet toen je zei dat je van me hield?' Schreeuw ik uit. Tobias kijkt alleen maar. 'Dat is het niet.' Sist hij. 'Vertel me dan wat het wel is!' Roep ik gefrustreerd. 'Dat kan ik niet!' 'Jawel. Dat kan je wel.' Zeg ik zacht. 'Mika is een maat. Ik heb hem lang niet gesproken en dacht gewoon niet aan je. En trouwens. Toen met die stem in je hoofd, wat the fuck am i supposed to do?' Schreeuwt hij. 'Mij erdoor heen helpen!' Roep ik uit. 'Weet je Tobias. Laat het gaan. Ik ben stapelgek op je en hou van je, maar jij denkt er blijkbaar anders over.' Sis ik. Ik draai me om en loop weg. Ik ren boos naar mijn kamer en sla alle deuren met een luide knal dicht. Ik pak alle fotolijstjes met foto's van mij en Tobias en gooi ze op de grond. Ik hoor het glas breken. Alles ligt op de grond. Dan pak ik de doos van onder mijn bed. Niemand weet hier van. Ik pak hem en maak hem open. Een sterke geur van wiet komt mijn neus binnen. Ik maak een jointje en rook hem gewoon in mijn kamer. Ik hoor geklop. 'Ja?' Schreeuw ik. 'Wat is die vieze, rare geur?' Hoor ik Justin schreeuwen. 'Gaat je niks aan!' Roep ik terug. Dan hoor ik weer het geluid van een slot.

'Waarom te fuck gebruik je wiet!?' schreeuwt/ vraagt Justin. 'Omdat dat lekker is. En ik gebruik niet. Heel af en toe.' roep ik. 'Is dit om Tobias?' Ik knik kort. 'Dit gaat echt de verkeerde kant op.' Sist hij. 'Nee.' Dan valt zijn blik op mijn kast. Shit. Ik ben vergeten de deur dicht te doen en mijn plankje goed te zetten. Er is duidelijk zichtbaar dat er een pistool mist. 'Waar is dat pistool?' Sist hij. 'In mijn schooltas.' Zeg ik schouder ophalend. 'En wat doe je daar mee op school?' 'Niks! Het is gewoon zelf verdediging!' Schreeuw ik uit. 'Zelfverdediging?' Roept hij. 'Je weet maar nooit wie er voor je huis staat.' Sis ik. 'Hoe bedoel je?' Sist hij terug. 'Er stond een maat van Jake, een nacht, voor dit huis.' Roep ik. 'Wat?' 'Je hoorde me.' 'Ja. Maar wat heb je gedaan?' 'Geschoten.' Zeg ik simpel. 'Je wilt dus zeggen dat er snachts mensen van Jake hier zijn?' 'Precies.' Stamel ik. Hij knikt en loopt weg.

Die zelfde avond ga ik weer op pad. Dit word vast nog een gewoonte. Het voelt goed om met mijn pa in contact te zijn.

The Badboy And The NerdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu