17) Kasteeltuin

72 2 0
                                    

Anna gilde het uit en wist niet wat ze kan beginnen. Ze probeerde Emily's haar van haar gezicht weg te halen maar faalde. Emily greep in het rond. Alle jachtspullen die ze bij had -en dat waren er niet zoveel- vielen uit haar zakken. Een zilveren mes, de Bijbel was al uit haar zak gevallen, een teen look en een paternoster.
In een reflex greep Anna naar de crucifix en hield die tussen duim en wijsvinger omhoog.

Toen deed Emily iets wat Anna nooit gekund zou hebben. Zowel bij zichzelf niet als bij een ander. In haar wilde pogingen tot bevrijding alvorens ze gewurgd zou worden door haar eigen haar had ze het mes te pakken gekregen. Ze trok het als een wildeman uit de schede en begon ze met het gezegende mes haar lokken af te snijden. De ene na de andere pluk viel kronkelend als een stervende slang op de grond.

Emily zag een eerste kans om adem te halen en zoog luidruchtig de lucht naar binnen. Daarmee ook nieuwe haarlokken. Allebij huilden ze en in doodsangst en bleef Emily haar haren korten tot haar luchtwegen vrij waren en ze hyperventilerend op de grond zakte.

Haar haren bleven plots liggen waar ze gevallen waren ondanks dat het hard waaide. Emily hoeste en proeste naar adem en toen haar longen zich weer normaal konden vullen werd ze zelf ook rustiger. Ze huilden nog steeds en konden niet geloven wat er net gebeurde.
Anna zocht tussen haar eigen spullen en haalde trillend een doosje lucifers uit haar broekzak. Ze probeerde er eentje aan te strijken maar ze trilde te hard van angst en haar verbrande vinger hinderde haar. Na een aantal keren proberen brak het stokje door twee en nam ze trillend een andere. Ook hier faalde ze. Na vijf lucifers slaagde ze erin om er eentje aan te strijken. Ze stak het op de grond gevallen haar in brand en probeerde uit de Bijbel te lezen. Emily's haar kronkelde over de grond alsof het een slang was dat in brand stond.

"Annaaaaaaaaa"

Jankte de wind. Emily lag doodstil op de grond en de vlammen weerkaatsten in haar geopende ogen. Ze kon het maar niet vatten.
"Amen" huilde Anna en het vuur doofde en er bleef niets over van het haar dat op de grond lag. Geen asse, niets.

Ze zochten troost in elkaars armen. Anna had geen besef meer of er bloed tranen over haar gezicht liepen. Emily ademde diep en luid.
Ze stonden beiden op en keken in het rond. De hemel werd plotseling zo donker als de Hel en de wind probeerde hen om te duwen. Ze verloren hun evenwicht en vonden geen grip op het grinten pad. Emily was de eerste die viel. Anna volgde snel. Ze werden een aantal centimeters van de grond getilt en waren een speelbal van de wind alsof ze niets wogen. De ijskoude wind rukte aan hun kleren en haar alsof het de twee uit elkaar wou trekken.

De regen viel met bakken uit de hemel terwijl de bloemen verdronken in de mist. Even leek het alsof ze in de wolken waren maar plezierig was deze gedachte niet. Emily stootte haar hoofd en viel neer. Ze probeerde overeind te komen. Anna probeerde haar te bereiken en schreeuwde haar naam. Een donkere schaduw liep door de mist op haar toe. Met een krachtige zwaai duwde de beer haar tegen de grond en ging beschermend boven haar staan.

Anna hield haar handen boven haar hoofd en drukte haar gezicht het grind in. Het kon haar niet schelen hoeveel pijn het deed maar het gaf haar een klein gevoel van veiligheid. Plots kreeg ze door wat haar eigenlijk uit de lucht had geplukt en kroop gillend vanonder de beer vandaan. Ze kroop achteruit met haar gezicht naar de beer gericht. Het dier leek geen last te hebben van dit vreemde weer hoewel hij er moe, oud en ziek uit zag. Alsof hij het einde van de wereld had meegemaakt.

De beer richtte zijn hoofd op en legde zijn hoofd op zijn schouder. Katten slapen vaak zo maar een beer had ze het nog nooit zien doen. Het dier deed het nog eens en dan nog een keer.

"Alsjeblieeeeeeeft"

Leek het te fluisteren. Anna trotseerde de wind en kroop naar de beer toe hoe moeilijk dat ook ging. Versuft greep ze zijn pelshaar beet en hees zich op de rug van het dier alsof een onbekende macht haar daartoe dwong.

Eens op de beer had ze veel minder last van de wind. De beer liep naar Emily die nog steeds aan de boom lag waar ze tegen was gevlogen. Toen de beer haar had bereikt liet Anna zich van de beer glijden naast Emily. Het wezen ging beschermend op de grond liggen met de de schoonzussen tussen zijn poten, buik en de boom. Anna greep de poot van de beer omdat ze zich zo veiliger voelde. Nu pas ontspande ze allebij een beetje en Anna verbaasde zich erover dat de beer zo warm en zacht was. Even leek het alsof ze uren daar zo lagen en ze konden zo indommelen als ze dat wouden maar daavoor was er te veel lawaai en gruwel rondom hen.

Plotseling hield het op. Alles werd stil en de zon brandde in hun rug. De beer bewoog als eerste door zijn snuit in de lucht te steken en rond te kijken. Daarna deden Anna en Emily het zelfde. Anna liet de berenpoot los toen hij zijn spieren opspande. Voor hen stond de gravin. Ze bewoog niet.
De beer stond op en gromde dreigend. De gravin schreeuwde haar bevelen die ze ondersteunde met een groot arm gebaar .
"Wegwezen!"

De beer liep zielig van hen weg, langs de gravin en door het gat naar buiten. Traag stapte de gravin op hen af. Anna en Emily kropen achteruit. Het was een diepe innerlijke angst die hen nu overviel. De gravin bracht haar handen geopend tot op heuphoogte en keek de twee strak aan. Emily liet haar hoofd hangen en Anna zag hoe de losse plukken tegen haar voorhoofd plakten. Daarna voelde ook zij zich slap en zwak. Vooral zwak. Ze probeerde de rozenkrans te pakken maar haar arm was verkrampt.

De gravin sprak hen toe

"Jullie gaan zo meteen terug het kasteel in. Jullie weten niet hoe, wie of wat jullie zo toegetakeld heeft en jullie weten niet dat ik er was. Het weer is heel de tijd mooi gebleven en de rozen waren prachtig. Jullie zullen op mijn teken naar binnen spurten en alles zal jullie onbekend zijn."

De gravin liep tussen hen twee door en toen ze stilstond draaide ze zich om. Met een onmenselijke kracht duwde ze Anna en Emily in de rug. Ze struikelden bijna en strompelden terug naar binnen. Allebij huilden ze.

Emily draaide zich om.
De gravin had haar handen geklauwd en lange nagels maakten die indruk alleen maar griezeliger. Haar haren wapperden in de wind die er niet was en haar ogen blonken als vergiftigd goud. Haar scharlaken rode lippen deden haar tanden nog witter lijken. Emily gruwelde van de tanden als messen die ze kon zien doordat de gravin als een leeuwin klaar voor de aanval naar hen staarde.

Engel uit De Hel (HERSCHREVEN)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu