Mocro Maffia 2

Nieuwe Allianties

De lucht boven Amsterdam was grijs en zwaar, de wolken dreigend als een voorbode van de oorlog die in de straten op het punt stond los te barsten. De stad was nu een oorlogszone, gevuld met rivaliteit en bloedige conflicten. Na de dood van Potlood had de Paus geen tijd verloren in het uitbreiden van zijn macht. Hij was klaar om Romanno te vernietigen, maar daarvoor had hij nieuwe bondgenoten nodig. Anti, een voormalige zakenpartner, had zijn loyaliteit bewezen in het verleden en was nu weer in beeld. En de onverwachte terugkeer van Taxi zou de zaak verder compliceren.

De kamer in de loods was gevuld met de geur van sigarenrook en het gerinkel van glazen. De Paus zat aan een grote tafel, waar kaarten en plattegronden van Amsterdam lagen. Hij was bezig met het maken van plannen, en de spanning in de kamer was te snijden. Aan de andere kant van de tafel zat Tonnano, zijn ogen strak gericht op de kaarten, terwijl Asraf zijn mobiel checkte, af en toe kijkend naar de klok.

De deur ging open, en daar stond Anti. Hij droeg een lange, zwarte jas en zijn gezicht was nog harder dan de laatste keer dat ze hem hadden gezien. Hij was een man van weinig woorden, maar zijn aanwezigheid alleen al zei genoeg.

"Anti," zei de Paus, terwijl hij zijn sigaar neerlegde. "We hebben je nodig."

Anti knikte en ging zitten. Zijn ogen gleden even over de plattegronden voordat hij sprak. "Wat is het plan?"

De Paus keek naar Tonnano en Asraf. "Romanno heeft teveel invloed, te veel macht. We moeten hem uit de weg ruimen voordat hij ons allemaal van de kaart veegt. We weten waar zijn ladingen komen, maar we moeten zijn verdediging breken. Het is niet alleen het geld dat hij bezit, het gaat om de controle over de stad."

"Maar hoe?" vroeg Tonnano, terwijl hij zijn hand over zijn gezicht wreef. "Romanno heeft meer dan alleen de politie achter zich. Hij heeft een leger van huurlingen en trouwzweren die je niet zomaar kunt omkopen of uitroeien."

"Dat weet ik," antwoordde de Paus. "Dat is waarom we de perfecte afleiding nodig hebben. We moeten zijn focus verdelen, hem laten geloven dat we zwakker zijn dan we in werkelijkheid zijn."

Anti haalde zijn schouders op. "En wanneer beginnen we?"

"Nu," zei de Paus met een harde glimlach. "We krijgen de bovenhand. Ik heb een manier om Romanno te laten vallen, maar we hebben alle middelen die we hebben nodig om het voor elkaar te krijgen."

Het was midden in de nacht toen de auto van Taxi de loods binnenreed. Hij stapte uit, zijn houding was kalm, maar zijn ogen verraden de spanning die in hem broeide. Taxi was niet iemand die je zomaar afschreef. Hij had jarenlang zijn eigen zaken geleid, maar door de jaren heen had hij vaak met de Paus samengewerkt. De vraag was: zou hij weer een stap in de strijd zetten of zou hij zich neerleggen bij zijn vertrek uit de onderwereld?

De Paus stond op om Taxi te begroeten. "Het is goed om je weer te zien."

Taxi knikte kort. "Ik hoorde dat je hulp nodig hebt."

"Ja," zei de Paus terwijl hij hem naar de tafel leidde. "Romanno heeft teveel grip op de stad. We moeten hem uitschakelen. Het is nu of nooit."

"En waarom zou ik met jou samenwerken?" vroeg Taxi. "Wat is er in het voor mij?"

De Paus glimlachte. "We kunnen alles samen aanpakken. Jij hebt de connecties, ik heb de plannen. We hebben alles wat we nodig hebben om Romanno ten val te brengen."

Taxi twijfelde even. "Wat is het plan?"

De Paus legde de kaarten van de stad uit, zijn vinger bewegend over de verschillende gebieden. "Romanno heeft een nieuwe lading binnengekregen, en we weten precies waar die zal worden afgeleverd. Maar wat hij niet weet, is dat hij de controle over de haven aan het verliezen is. Wij hebben mensen binnen de haven, we kunnen zijn lading onderscheppen. Het is een afleiding, maar een dodelijke. Zodra hij zijn aandacht daarop richt, vallen wij aan."

De volgende uren werden besteed aan het verfijnen van het plan. De Paus had zijn mannen in het geheim geplaatst, en Taxi had zijn contacten ingeschakeld om de haven en andere strategische locaties te beheren. Asraf en Tonnano stonden klaar om de actie in gang te zetten, maar er was altijd het risico dat Romanno meer voorbereid zou zijn dan ze dachten.

"Dit kan fout gaan," zei Tonnano terwijl hij een pistool inspecteerde. "Romanno weet meer dan we denken."

"Dat weet ik," antwoordde de Paus. "Maar de afleiding zal ons een kans geven. We hebben zijn zwakke plek gevonden."

Anti keek op van de plattegrond. "We moeten zorgen dat hij denkt dat we alleen maar spelen met hem. Laat hem denken dat we zwakte tonen, totdat het te laat is."

De nacht voor de aanval bracht de Paus zijn mannen samen voor een laatste briefing. Iedereen wist wat ze moesten doen. De hitman die hij had ingehuurd, was op pad en zou in een uur op zijn doelwit staan. Maar het was de aanval op Romanno's haven die alles zou veranderen.

"We moeten precies op tijd zijn," zei de Paus. "Taxi, jij coördineert het op de grond. Anti, jij zorgt voor de communicatie. Asraf, Tonnano, jullie zorgen dat alles goed loopt zodra de actie begint."

Taxi knikte. "Laat Romanno maar denken dat hij wint. Hij heeft geen idee wat hij te wachten staat."

De volgende dag brak aan. De stad voelde als een drukke pot vol spanning, en niemand wist dat de onderwereld op het punt stond zijn balans te verliezen. De Paus, Anti, Asraf, Tonnano en Taxi stonden op het punt de grootste aanval te lanceren die Amsterdam ooit had gezien. Het was alles of niets, en het zou de stad voorgoed veranderen.

"Vandaag gaan we winnen," zei de Paus tegen zijn mannen, zijn stem koud en berekenend. "Vandaag beginnen we de oorlog die Romanno niet kan winnen."

Ze waren klaar. Nu was het tijd om te handelen.

4o mini