9.

264 23 14
                                    

Ik zie haar vandaag niet voorbijkomen.
Ze komt ook niet voorbijgesneld, zoals de vorige keer.
De vorige keer toen ik me zo druk maakte, terwijl zij zich enkel druk maakte om de trein te halen.
Waanzin, zou ik het nu noemen, maar toch weerhoudt dat er niet van dat angst en onzekerheid mij weer in zijn macht hebben.
Zou ze mijn innerlijke debat aanvoelen?
Ik zie het steeds donkerder worden en mijn hoop is vervlogen.
Ik ga haar niet meer zien vandaag.
Dit is de eerste keer, sinds de anderhalf jaar dat we elkaar kennen dat ik haar niet voorbij zie komen.
Het idee dat ze weet dat mijn gevoel voor haar versterkt met de dag is beangstigend.
Ik weet dat ze er geen benul van heeft, anders zou ze vandaag wel voorbij komen.
Ze zou me dan nooit zo'n pijn laten lijden.
Echter voel ik een heftige pijn en ik vraag me af hoe lang ik dit nog wil blijven voelen.
Ik wil eerlijk tegen haar zijn, maar ik weet dat als ik zeg hoeveel ze voor mij betekent, ik haar kwijt ben.
Ik zal haar nooit meer zien.
Is dat beter dan smachten naar het moment dat ik haar weer zie?

Zíj!
Ik.
Zullen wíj ooit samen door het leven gaan?

Zíj, ík, wíjWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu