4. ✔️

2.6K 173 6
                                    

Betaling voor lichamelijke schade en het overtreden van de snelheidsregels. 

Gelukkig dat ik een baantje heb, ondanks dat ik nu waarschijnlijk over uren moet werken om dat geld bij elkaar te krijgen.

'Hoe is het gegaan? Moet je betalen?' Vraagt mijn moeder als ze alvast haar portemonnee pakt.

'Ja maar het is niet veel, ik kan het wel alleen regelen.' Lieg ik. Waarom zou ik me moeder laten betalen voor iets wat ik heb veroorzaakt. En niet zomaar iets maar een fùcking aanrijding.

Het is duidelijk dat ze me niet gelooft maar ze laat het erbij.

Mijn ogen vallen automatisch weer op de deur waar Louis achter ligt. Ik wil hem zien. Ik wil weten hoe het met hem gaat, wat hij voelt, wat zijn reactie is geweest toen hij wakker werd in het ziekenhuis. Ik moet het weten.

'Broertje, vind je het erg als ik ga? Ik moet me nog voorbereiden op mijn examens..'

'Tuurlijk niet, Ik red me wel.' Verzeker ik Gemma die me niet alleen wilt achterlaten maar geen andere keus heeft. Ik knuffel haar nog een keer voordat ze samen met mijn moeder het ziekenhuis verlaat.

Ik ga staan tegen de muur en bijt nadenkend op mijn lip. Dit is bizar, dit zou nooit mogen gebeuren. Ik zou gewoon thuis moeten zitten met een gebroken hart en die jongen zou gewoon nu vrolijk zijn leven horen te lijden.

De realiteit is hard.

Johannah komt later de kamer uitlopen en toont me een blik die ik niet kan omschrijven.

'Je kunt naar binnen.. Als je dat wilt..'

Mijn ogen worden groot.
'Echt? Vind u dat niet.. Vervelend?'
Vraag ik verward.

'Ga nou maar voordat ik van gedachte verander.' Ze loopt weg en ik blijf staan met een hart dat veel te snel klopt.

'Dank u.' Zeg ik zacht ook al kan ze me niet meer horen.

Ik haal diep adem en pak de deurknop vast. Misschien moet ik het niet doen,
maar ik heb toch niks te verliezen.

Ik open de deur en het eerste wat ik zie is Louis. Zijn ogen. Ze zijn open.

Ze zijn blauw. Ze zijn ontzettend blauw. Ze zijn onbeschrijflijk blauw, ze zijn hemelsblauw, ze zijn glanzend blauw, ze zijn-

Oh, ik ben aan het staren.

Als hij merkt dat ik naar hem kijk draait hij beschaamd zijn hoofd weg.

Ik loop langzaam dichterbij en stop op een kleine afstand. Het voelt alsof ik elk moment kan gaan neervallen. Ik hou mijn adem in en probeer mijn hartslag onder controle te krijgen.

Misschien moest ik toch niet komen.
Ik moest weggaan toen het nog kon.

Falling hard; L.SWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu