Hoofdstuk 30
Verward opende ik mijn ogen. De muren waren wit, maar ik kon gordijnen onderscheiden die me afsloten van de buitenwereld. Wanneer ik beter mijn best deed om te kijken, zag ik enkele stoelen, wat medische spulletjes en drie gedaantes. Lee en Will stonden gehurkt naast iemand. Ik kneep mijn ogen tot spleetjes om het beter te zien. 'RALF?!' Hij lag roerloos tegen de arm van Lee. Ik betwijfelde of hij nog wel ademde. Lee en Will keken op. 'Daar is ze weer' zei Will zacht. 'Is hij...' Lee keek me ernstig aan. 'Ik weet het niet, Ellis' Ik maakte aanstalten om uit het bed te komen. Will schoot me te hulp en legde een arm om mijn schouders zodat ik op hem kon steunen. We hurkten bij Ralf neer en ik zei dat ik me nu zelf wel recht kon houden. Ik merkte dat ik een ziekenhuisschort aanhad in plaats van mijn kleren en een verband om mijn hoofd heen gewikkeld had. Mijn been zat in de gips wat het moeilijk maakte om te hurken, dus ging ik zitten. 'Ralf' zei ik zacht wanneer ik een traan over mijn wang voelde druppelen. Ik keek naar de grond en vroeg toen aan Lee: 'Heeft hij me geheeld?' Hij antwoordde zacht: 'Ja, maar het is allemaal onze schuld.' Will beaamde dat en zei ook: 'Wij wilden je terug.' Ik kneep mijn ogen even dicht tegen nog meer tranen toen ik een zacht kuchje hoorde. Mijn blik schoot meteen naar Ralf. Hij schudde langzaam met zijn hoofd en opende zijn ogen. 'RALF!' riepen Lee, Will en ik in koor. Ik vloog hem in de armen ook al deed ik mijn been daarbij pijn. 'Heeft mijn traan je gewekt?' vroeg ik zacht en ongelovig. Hij grinnikte. 'Nee, gekkerd, ik heb gewoon heel veel magie moeten gebruiken.' Hij drukte me even dichter tegen zich aan en Lee omhelsde ons ook. Ik zag dat Will zich afzijdig hield en maakte me dan los uit de omhelzing. Lee en Ralf hadden dat blijkbaar gemerkt en schonken elkaar een betekenisvolle blik. 'Ik denk dat ik Ralf maar eens naar de verpleegster moet brengen' zei Lee en hij trok Ralf overeind. Wanneer ze wegliepen, probeerde ik zelf op te staan maar Will schoot me al te hulp. Hij nam me beet en droeg me naar het ziekenhuisbed. Ik bleef op de rand zitten en legde mijn handen op zijn schouders. Ik glimlachte even naar hem tot mijn blik op de striemen op zijn armen viel. 'Gaat het met jou?' vroeg ik zacht. Hij knikte naar de grond. Ik bleef naar zijn gebogen gezicht staren. Zijn krullen hadden weer een beetje fut en hij zag er haast weer gezond uit. Ik pakte met mijn handen zijn gezicht en liet hem naar mij kijken. 'Schrikt mijn litteken je af?' vroeg ik hem. Hij trok een wenkbrauw op. 'Ellis, uiterlijk is niet het belangrijkste' zei hij, 'en trouwens, het staat je stoer.' Hij werd een beetje rood en ik voelde dat dat bij mij ook het geval was. Toen trok ik hem naar me toe en drukte een kus op zijn mond. 'Het spijt me zo' zeiden we tegelijk waardoor we moesten lachen. Ik drukte hem tegen me aan en snoof de zoete geur van zijn haar op.
Lee had me de volgende dag mijn examenresultaten gebracht. Ze waren vandaag, de laatste schooldag, net binnen. Ik scheurde de envelop open. Mijn gebroken been lag lekker te rusten op een zakdoek die Lee aan de overhangende paal had gebonden en begon nu wel erg te jeuken. Ik negeerde het en hoorde Lee in de stoel naast me neerploffen. 'Kom op' zei hij nieuwsgierig. Trillerig haalde ik de brief uit de envelop en vouwde hem open:
Ellis Bellefleur, vierde jaar, 16
Ziehier uw examenresultaten van dit jaar.
Geschiedkunde der Magische, Oude Wezens: 6-
Chemicalieën: 7-
Onderricht in Spreukgebruik: 8+
Verweer: 10
Planten: 7+
Religie: 8-
Mensenleer: 9-
Wiskunde: 7+
Taalkundigheid: 8+
Handigheid: 6-
Gavebeheersing en Ontwikkeling: 9+
Blij delen wij u mede dat geslaagd bent en wij kijken alvast uit naar het volgende jaar!
Het schoolhoofd
Ik keek breed glimlachend op naar Lee. 'Ik ben geslaagd!' zei ik blij. 'Natuurlijk ben je geslaagd' prevelde Lee, 'ik verwachtte niets anders van mijn kleine strijdster.' Hij woelde door mijn haar. 'Ga je volgend jaar nog wel lesgeven?' vroeg ik, opeens neerslachtig. 'Dat weet ik niet, Ellis' zuchtte hij. Ik keek hem aan met een pruillip waardoor hij vreselijk moest lachen. 'Klop klop.' We schrokken op. Een man met zwart haar, gehuld in zwarte kleren kwam binnen lopen. Ik kende hem al. Caesar. 'Ellis,' zei hij dringend, 'kan ik je spreken?' Lee stond al op en liep naar buiten. Ik legde mijn brief aan de kant en vouwde mijn handen in elkaar op mijn buik. 'Nu Roderick dood is,' zei hij kalm, 'is er een einde gekomen aan een tijdperk van... rassenonderscheid. Ik vind het niet langer nodig om, laten we zeggen, een onderscheid te maken tussen goed en kwaad en aangezien jij voor dit alles gezorgd hebt, heb ik nog wat speciaals voor jou in petto.' Als hij niet zo vriendelijk geglimlacht had, had ik gedacht dat ik gedood zou worden. Roderick was tenslotte zijn broer. De dood van Roderick. Dat was nou eindelijk, hoe lelijk het ook klinkt, wat licht in de duisternis, wat goeds. Het liep eigenlijk nog wel goed af met hem, ik bedoel, hij is nu ten slotte eindelijk bij Marie Lou. 'En wat is dat dan?' vroeg ik benieuwd. 'Wel, ik sta mijn leiderschap af aan William en jou. Socrato vertelde me over jullie. Het zou een mooi beeld zijn om een Dark en een Guardian zij aan zij te zien regeren.' Ik fronste even. 'Hoe is het met Socrato?' vroeg ik dan. Hij haalde zijn schouders op. 'Hij is eindelijk tegen me in gekomen en heeft besloten niet te gaan trouwen. Hij reist rond nu.' Onwillekeurig verscheen er een glimlach op mijn gezicht. 'Wauw' stootte ik dan uit. Caesar knikte. 'Maar goed, Wat zeg je ervan, Ellis?' Ik dacht na. Leidster van alle Engelen. Geen onderscheid meer. Een grote verantwoordelijkheid... 'Kom maar op.'
Die avond kwamen Lee en Ralf me ophalen. De verpleegster had me geholpen met aankleden en het verband mocht al van mijn hoofd. Lee had mijn koffer in zijn hand en glimlachte naar me. Ik had na Caesars bezoek aan Ralf verteld dat ik voor Will gekozen had. Ik realiseerde me nu dat ik Ralf eerder als een broer of een zeer goede vriend had gezien. Het feit dat hij me verleid had, had gezorgd voor verwarring. Hij begreep het en had er ook geen moeite mee. Lee, Ralf, Will en ik gingen de hele maand juli rondtrekken. Ik zou volgend schooljaar niet meer terugkomen naar de MWH, ik zou dan al leider zijn, samen met Will, van de terug één gemaakte Engelen. In augustus zouden Will en ik dan een hele opleiding krijgen, dus namen we het er nu van. Ralf hielp me met opstaan en gaf me dan een paar krukken. Ik glimlachte dankbaar naar hem en pikkelde me een weg uit de ziekenboeg. We kwamen Will al meteen tegen in de gang. Ik stortte me in zijn armen. Mijn krukken vielen, maar dat kon me niet schelen. Will zwierde me rond en liet me dan met mijn voet steunen op de zijne. Ik keek hem glimlachend in de ogen. Hij legde zijn voorhoofd tegen dat van mij en sloeg zijn armen om me heen. Ik drukte me stevig tegen hem aan en even dacht ik dat hij me ging zoenen, maar dan drukte hij zijn neus zachtjes tegen die van mij. Ik grinnikte zachtjes terwijl zijn neus over de mijne wreef. Het voelde vreemd en prettig tegelijk. Wanneer ik hem weer aankeek, zag ik dat er pretlichtjes brandden in zijn ogen. Hij zwierde me over zijn arm en kuste me. Mijn hoofd leunde op zijn hand en ik greep naar zijn krullen. Als Lee niet zachtjes had gekucht, had ik hier zo wel eeuwig kunnen blijven. Will hees me omhoog en stopte me mijn krukken toe. Ik voelde dat mijn wangen zo rood werden als tomaten, maar dat kon me niets schelen. 'Gaan jullie de hele tijd zo doen?' vroeg Lee met opgetrokken wenkbrauw. Will had een veelbetekenende grijns op zijn gezicht waardoor ik alleen maar moest lachen. We liepen nu met z'n allen naar buiten. Will legde zijn hand op mijn rug - mijn hand vasthouden ging niet met die rotkrukken - en opeens hoorde ik haar weer in mijn hoofd. Was het nog steeds niet voorbij? Maar deze keer was er geen pijn. 'Sorry' zei Susans stem in mijn hoofd. Ik keek me om en ving nog net een glimp op van die schaduw met de paarse ogen. Lee, Ralf, Will en ik liepen nu door de poort van de MWH. Ik zou hier hoogstwaarschijnlijk nooit meer terug keren en, alsof ze mijn gedachten lazen, draaide Lee, Ralf en Will zich samen met mij om. 'De Mystieke Wezens Hogeschool' fluisterde ik en toen allemaal tesamen: 'Ubi unusquisque est normalis.'
![](https://static.wattpad.com/img/image-moderation/blocked-cover.jpg)
JE LEEST
Littekens - De Mystieke Wezens Hogeschool I *EDITING STOPPED*
FantasyEllis Bellefleur. Een Dark Angel (Duistere Engel) met een nog duisterder verleden. Niet alleen werden haar ouders vermoord door de leider van de Guardian Angels (Beschermengelen), het is ook nog eens haar schuld. Wanneer ze aan haar vierde jaar in d...