22:

35 2 2
                                    

Robin
'Kaj?! Ziekenhuis?!' Dioni knikte en haalde een hand door zijn haren. 'Het gaat niet goed met hem..' 'Is er kans dat hij dood gaat?!' 'Meer dan dat hij zal overleven.' Ik schrok. 'Dion.. Je bent mijn broer maar..' 'Ik hou ook van jou.' En Dioni omhelsde me. 'Bromance.' Fluisterde hij. Ik grinnikte. 'Toch wou ik dat Samuel er was..' 'Ik begrijp je, babey..' Dioni streelde mijn wang en veegde mijn traan weg.

Een lange stilte naderde.

'Is er wat?' Kwam er zachtjes uit Dioni's mond. Ik schudde nee. 'Er is wel wat.' Hij tilde met zijn duim en wijsvinger mijn kin omhoog. Hij kon mijn gedachte lezen, dus ik hoefde niks te zeggen. 'Je wil Kaj niet kwijt he..' Ik knikte huilend ja. 'Meisje toch.' Dioni duwde mijn hoofd tegen zijn schouder. 'Komt wel goed, samen sterk.' Ik snotterde erop los. 'Ja..' Ik trok terug. 'Zullen we naar hem toegaan?' 'Ik weet niet of ik het aankan..' Dioni knikt begrijpend. 'We gaan uberhaupt wel een keer he?' 'Ja, natuurlijk.' Ik pak Dioni's handen en druk een kusje op zijn mond. Hij ging met zijn handen langs mijn lichaam, waar ik een fijn gevoel bij kreeg. Maar Samuel kon het beter. 'Ik kijk even het nieuws, of ze nog wat weten over Samuel.' 'Ja, is goed, ik moet ook gaan, dag babe!' En Dioni liep naar de deur. Maar voordat hij wegliep pakte ik zijn arm. 'Dioni..' 'Ja?' 'Bedankt..' 'Geen probleem, zusje.' Ik glimlachte naar Dioni. Hij liep de deur uit. 'Daaaag!' En ik zwaaide hem uit. Toen ik de deur sloot liep ik de woonkamer in.

Ik kreeg een appje van Sofie.

Sofie: hey! Zullen we afspreken?
Robin: eh.. Oké :)
Sofie: is nu te vroeg?
Robin: nee, is prima! Ik kom!
Sofie: oke, totzo!

Ik deed mijn telefoon in mijn achterzak. Zette de tv uit en deed mijn jas om me heen. Ik wou naar buiten stappen toen mama me opeens belde. 'Hallo?' 'Ja! Hey!' 'Hai?' 'Kan je even komen helpen?' 'Nee, ik ga afspreken met Sofie.' 'Oh, vanavond wel?' 'Ik denk het!' 'Oke, dan zie ik je waarschijnlijk vanavond!' 'Zeker! Doeg!' Zonder antwoord hing ik op. Ik stapte op mijn fiets en reed naar Sofie.

Toen ik aankwam deed ze open. 'Hey!' 'Haai!' 'Ben je alleen?' Sofie mompelde wat, ik liet het maar en stapte naar binnen. 'Mooi huis!' 'Dankjewel.' Ze glimlachte. 'Zal ik mijn kamer laten zien?' 'Is goed.' Zei ik nadat we ongeveer wel het hele huis hebben gehad. We liepen achter elkaar de trap op. 'Hier slaapt mijn broer, en hier is de badkamer.' 'Waar slapen je ouders.' Ze zuchtte en negeerde mijn vraag. We liepen naar haar kamer en ik keek om me heen. 'Wat groot!' Ik liep gelijk op de kledingkast af. 'Haha.' Lachte ze. 'Zal ik wat drinken gaan halen?' 'Eh.. Is goed.' 'Wat wil je?' 'Doe maar water.' Sofie knikte en ze liep naar beneden. Ik keek wat om me heen en mijn blik viel op een foto op haar bureau. Ik pakte hem en klapte hem open. Ik bekeek de tekst ongelovig. Sofie kwam binnen. 'Eh..' Mompelde ze. 'Ben je je ouders kwijtgeraakt?' Ik keek haar meelevend aan.

__
Ik heb het gevoel dat mijn verhalen afsterven, is dat zo?

Share 👭
Vote 👍🏼
Comment 💬
Like ❤️

The Lost Boy || Ft. B-BraveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu