Hoofdstuk 19

116 13 2
                                    

Nells P.O.V.

We liepen net de leerlingenkamer binnen, toen Sirius achterover van de bank af rolde. "Wat doe jij nou?" vroeg ik, met een nep-verwarde blik.

"Ik viel de grond aan."

"Achterover?" vroeg Lils, die achter mij in de deuropening stond.

"Ik ben zeer getalenteerd. Twijfel niet zo aan me." antwoordde hij, met zo veel mogelijk eigenwaarde, waarop we allemaal lachten. 

Die avond, bij het avondeten, werd er een  mededeling gedaan. De onzichtbaarheid rond de school werd weer opgeheven.

"Maken we dan de kaart nog af, of stoppen we, omdat het niet meer nodig is?" vroeg Lily.

"Ik denk dat we nu beter kunnen stoppen, maar het nog wel bewaren, zodat als we het een keer willen afmaken, dat we niet helemaal opnieuw moeten beginnen." antwoordde Alice.

"O, kom op," zei James, terwijl hij stukjes muffin naar een Huffelpuf gooide, "we waren net zo lekker bezig!"

De be-muffin-de Huffelpuf reageerde niet eens op de muffinstukjes. "James," siste Katy, "Hou daar mee op, voor er punten af worden getrokken van Griffoendor!"
James stopte met muffinstukjes gooien, en begon een andere Huffelpuf te poken met een lepeltje. Na twee keer draaide de Huffelpuf-jongen zich om naar James, met een woedend gezicht, pakte een vork en pookte hem terug. 
"Hee!", zei James, "Das niet eerlijk, een vork doet veel meer pijn!"

"James!" siste Katy opnieuw, en toen hij niet reageerde, pakte ze zijn bestek af. 

"Maar Katy," jammerde hij, "nu kan ik niet eten."

"Het is sowieso niet alsof je net je bestek gebruikte om te eten," zei Lily afkeurend. Daarop sloeg James zijn ogen neer. Na precies twee seconden gaf hij het op om te doen alsof ie zich schaamde voor wat hij deed, en pakte met zijn handen zijn aardappels. Jus droop over zijn handen toen hij als een barbaar begon te eten. Sirius klaagde dat er wortelpuree in zijn neus zat, omdat hij te veel moest lachen om James' tafelmanieren, en Remus was de enige van de jongens die keurig kon eten. 

Peter schrokte, zoals altijd, nonstop tot het toetje verscheen. Dan nam hij de tijd om heel veel op te scheppen, dan begon hij weer. Ondertussen besteedde niemand daar meer aandacht aan, want het had geen nut om te zeggen dat hij moest stoppen met eten. Dat deed hij toch niet, tot hij zo vol zat dat hij niet meer overeind kon komen. Op de trappen naar de leerlingenkamer klaagde hij dan alweer dat hij honger had. En als hij dan 's ochtends naar de wc moest en een half uur bleef zitten, rook je dat in de hele toren. Absoluut geen pretje.

"Weet je, Katy," zei James, nadenkend, "volgens mij is er geen regel dat je geen huffelpuf mag poken met een lepel."

"Dus?"

"Er is wel een regel dat je niet andermans spullen mag innemen. Dus ik was geen gevaar voor de Griffoendor-punten, maar jij wel."

"Er is een regel dat je niet andere leerlingen mag pesten," wierp ze terug, "en ik hield je tegen." 

"Wacht maar," hoorde ik James mompelen, terwijl hij naar zijn slaapzaal liep, "wat ik morgen doe, kun je niet tegenhouden." Sirius knikte instemmend, met een serieuze blik op zijn gezicht. 

Redheaded Muggleborn: my life at HogwartsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu