Hoofdstuk 12

187 23 2
                                    

Pov Loïs

Ik zit nog steeds op de grond, misselijk en duizelig. Ik hoor geroezemoes van Samuel en Ricardo en kijk op. Ricardo overhandigt Samuel een vleesmes. Een vleesmes? Wat gaat hij doen, me levend villen? Mijn polsen doorsnijden? Ik had net mijn ademhaling weer onder controle, maar ik begin weer zwaarder in en uit te ademen. Samuel staat verbijsterd met het mes in zijn hand en kijkt dan naar mij. Ik zie de blik in zijn ogen. Hij wilt dit ook niet, echt niet. Toch ben ik bang voor hem. Misschien was alles toch een leugen? Hij heeft me al eerder verraden, soort van. Maar toen had hij deze blik niet. Deze blik is oprecht verdrietig. Hij heeft oprecht spijt dat hij dit moet doen, ik kan het zien en ik kan het voelen. 'Waar wacht je nou op? Moet ik het soms doen?' vraagt Ricardo ongeduldig. Van schrik laat Samuel bijna het mes vallen. 'Nee, nee ik ga al,' zegt hij. Ik kruip achteruit wanneer Samuel steeds dichterbij komt met het mes in zijn hand geklampt. Ik weet dat ik voor Samuel niet bang hoef te zijn, maar dat helpt niet in deze situatie. Sam wilt me geen pijn doen, maar dat gaat hij wel. Ik begin te hyperventileren en kruip nog verder achteruit, tot ik tegen de muur op bots. Ik kan geen kant meer op. Wanneer Samuel met zijn vrije hand mijn arm stevig vastpakt, begin ik heftig tegen te stribbelen. 'Alsjeblieft Loïs,' fluistert hij. Ik schud mijn hoofd en begin met lange uithalen te huilen. Ik overdrijf natuurlijk wel een beetje, ten slotte is Ricardo er nog steeds bij. 'Jezus wat een irritant mokkel,' zeurt Ricardo. Hij graait een touw uit Samuels rugtas. Dezelfde als waarmee ik aan het begin ook aan zat vastgebonden. Hij loopt op me af en maakt mijn polsen en enkels vast. Nu lig op de grond, machteloos. Er is niks meer wat ik kan doen. Ik moet het accepteren en mezelf overgeven aan Samuel, hoe moeilijk het ook is. Als hij het mes steviger vastpakt slaak ik toch een gil, uit reflex. Dan wordt er hard tegen mijn hoofd geschopt. 'Houd je bek nou eens, man man man. We zitten op een vakantiepark hè, troela?' hoor ik Ricardo zeggen. Er schieten pijnscheuten door mijn hoofd. Ik huil nu nog harder. Ricardo doet zijn vest uit, rolt het op en stopt het in mijn mond. Vervolgens schuift hij de gordijnen dicht en de kamer wordt donkerder. 'Geen zin in pottenkijkers,' mokt hij. 'Ga je gang,' zegt hij dan tegen Samuel. Ik durf hem niet aan te kijken, dus ik draai mijn hoofd weg en sluit mijn ogen. Dan voel ik een pijnlijke steek in mijn onderarm. 'Godverdomme!' schreeuw ik huilend met het vest nog steeds in mijn mond. Mijn schreeuw klinkt gedempt, dus niemand kan me horen. De pijn is ondraaglijk. Diezelfde pijn voel ik later ook in mijn hals en buik. Ik schreeuw het uit terwijl Samuel blijft doorgaan. Dan word ik licht in mijn hoofd. Ik heb heel de tijd mijn ogen gesloten gehad, maar wanneer ik ze open zie ik alleen een waas. Niks is meer helder, behalve de pijn. Die voel ik maar al te goed.

Pov Samuel

Mijn hand trilt wanneer Ricardo lachend het mes weer van me overneemt. 'Was dat niet leuk? Marteling, het blijft een van mijn favoriete dingen. Veel leuker dan rechtstreeks vermoorden, dat is zo saai.' Hij knielt naast Loïs neer en wrijft over haar wang. 'Arme ziel, kijk je nou liggen. Was je nou maar nooit bij de Peligrosa gegaan hè? Dan had dit allemaal niet gehoeven.' Ik moet heel erg mijn best doen om dat mes nu niet terug te pakken en hem neer te steken. Maar ik moet mezelf in bedwang houden. Voor Loïs. Als ik Ricardo vermoord krijgen we heel de Temeroso op ons af, en daar winnen we het niet tegen met zijn tweeën. Dat is gewoon een feit. 'Nou,' zucht Ricardo en hij staat op. 'Ik ga er maar weer eens vandoor.' Hij loopt eerst naar de keuken en spoelt het mes af. De wasbak is rood van al het bloed dat er vanaf komt. Hij droogt het af en legt het weer netjes neer in de la, alsof er zojuist niets is gebeurd. 'Die troep ruim jij wel even op, neem ik aan?' Ik knik kort. Dan komt hij weer naar me toe. 'Geen fouten meer Samuel, of het is over. Dan mag je toekijken terwijl ik haar neerschiet. Of je doet het zelf, dat kan natuurlijk ook.' Ik zeg niks en verroer me niet. Ricardo slaakt een zucht en loopt dan weg. 'Ik spreek je later,' roept hij nog en dan hoor ik de deur dichtslaan. Dan laat ik alles los. Ik laat de tranen over mijn wangen stromen en til Loïs op. Ze is nog bij, maar als ik niet snel iets doe zal ze bewusteloos raken. Ik leg haar op de bank en verlos haar polsen en enkels van het touw dat er strak omheen zat. Ik verwacht dat ze meteen over haar polsen zal wrijven, dat is een normale reactie. Maar dat is niet het geval. Ze blijft doodstil liggen en ademt steeds zwaarder. Ik ren naar de keuken en haal de camera weg. Alle andere camera's maak ik ook kapot. Ik snel naar de badkamer en pak een washandje. Ik maak hem goed nat en neem hem weer mee. 'Oh Loïs, het spijt me zo..,' snik ik. Ik veeg bezwete plukjes haar weg uit haar nek en dep met het washandje op de wonden die ik heb achtergelaten. Kijk nou wat je hebt aangericht Samuel. Kijk je hier nou zitten, het een beetje goed proberen te maken. Wat dacht je wel niet? Ik huil harder en begin haar andere wonden ook schoon te maken. Zo nu en dan zie ik haar gezicht een beetje betrekken, maar voor de rest gebeurt er nog niet veel. Dan zie ik een traan uit haar ooghoek rollen. Ik trek mijn shirt uit en bind het om haar arm, die er het slechtst aan toe is. Ik til haar opnieuw op en ze kreunt even als ik haar arm aanraak. Ik neem haar mee naar de slaapkamer en daar leg ik haar op bed. Ik pak een glas water en dwing haar om het te drinken. Als ze het moeizaam op heeft loop ik naar de hoek van de kamer en ruk de camera van het plafond. Krijg toch de klere iedereen. Ik sluit de deur en leg de deken over Loïs heen. Ze sluit haar ogen en zo te zien valt ze in slaap. Ik ga naast haar liggen en trek haar zachtjes tegen me aan. Ik sluit mijn ogen maar sper ze elke keer weer wagenwijd open als Loïs ook maar één kleine beweging maakt. Ik slaak een diepe zucht. Je bent een monster, Samuel.

ShamelessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu