Hoofdstuk 16

23 3 0
                                    

Elke dag liepen we van stad tot stad. Totdat op een kwade dag we het stuk hadden bereikt waar de Maas overloopt in de Waal. Dordrecht was de laatste halte van de schuit. Hier zou de schuit omkeren en terug naar Maastricht varen. Samen met Job. Mij alleen achterlatend. Die ochtend spraken we niet veel. We zagen het moment allebei naderen en ik zag er verschrikkelijk tegenop en Job volgens mij ook. Na al deze dagen samen doorgebracht te hebben waren we erg op elkaar gesteld geraakt. Wat hij alleen niet wist, was dat vanaf het moment dat ik hem zag blindelings verliefd op hem was geworden. Eerst was ik er zelf nog niet zeker van, maar nadat we samen een nacht doorgebracht hadden slapend op straat, dicht tegen elkaar om warm te blijven, wist ik zeker dat deze jongen mijn hart had veroverd. Maar dit zeventienjarige jagertje had vast geen zin aan een veertienjarig weeskind. Hij wou vrij zijn, geen verantwoordelijkheden zoals bijvoorbeeld voor mij zorgen.

De reis naar OudewaterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu