Je staat versteld van de plotselinge reactie.
"Hij .. hij had een psychische ziekte. In zijn hoofd was het niet in orde. Hij kon zich niet langer meer beschermen voor zichzelf. Hij was bang voor zichzelf. We waren allemaal bang voor hem. Dit leek de beste oplossing."
De laatste zin komt hard en koud aan. Even kijk je hem met grote ogen aan. Dan word je kwaad. Je probeert je in te houden maar het floept eruit.
"Waarom hebben jullie hem dan niet geholpen?! Natuurlijk is dit geen oplossing, hoe kún je zo denken? Ja, het is fout wat hij heeft gedaan. Maar als jullie hem hadden geholpen kon het allemaal
veel beter aflopen!"
"Oh, dus je denkt allemaal dat het een sprookje is?! Dat de "boze heks" in hem vanzelf verdwijnd en het allemaal goed afloopt?! Denk eens na! Dit is de realiteit!" roept Liam terug.
"Het spijt me." zeg je. "We moeten nu geen ruzie maken."
"Het is al goed." zegt Liam en geeft je een knuffel.
"En nu?" vraag je.
"Er gewoon vandoor gaan?" zegt Liam. Je twijfelt geen moment, pakt zijn hand en jullie rennen de deur uit naar buiten.
JE LEEST
Perfect Stranger
Non-FictionEva is al een tijdje smoorverliefd op een jongen die bij de Albert Heijn werkt. Op een dag stapt ze op hem af en dit veranderd haar hele leven.