11 Bewijsmateriaal

283 21 0
                                    

De deur werd dichtgeslagen en de welbekende ''klik'' weerklonk door het vertrek. Voetstappen volgden en niet veel later stond Harry onderaan de trap, zijn gezicht vol verdriet. Zwijgend stond Louis op, zoals hij altijd deed, en nam de breekbare jongen in zijn armen.

"Het komt wel goed," fluisterde hij, en net zoals altijd knikte Harry zwijgend, blij met de woorden die hij van Louis kreeg. Het was inmiddels wel duidelijk dat Harry niet slechts een bezoeker was, zoals de mannen tegen hem hadden gezegd, en het was inmiddels ook duidelijk dat de jongens niet opgesloten waren voor hun eigen bestwil. Hoewel Louis nog steeds liep te kampen met het feit dat hij er gewoon ingetrapt was, bijna twee maanden lang, kwam de waarheid niet geheel onverwacht. Want ergens, diep van binnen, had hij dat altijd al geweten. Het duurde te lang.

Louis begeleidde Harry naar het matras en samen namen ze daar plaats. De jongen met de krullen droogde zijn tranen met de rug van zijn hand en schonk Louis een scheve glimlach.

"Bedankt." Louis knikte. Een stilte viel en beide jongens omarmden deze, alsof het een gegeven schat was. Bijzonder en kwetsbaar – waardevol. Beide jongens wachtten op het moment dat Louis geroepen zou worden. Beide jongens wachtten op het moment dat ze eindelijk naar huis mochten.

Zou dat ooit gebeuren? Ze bespraken het niet. Het was té mooi om waar te zijn, wat ervoor zorgde dat ze het lef gewoon niet hadden er überhaupt nog over na te denken.

Maar wachten deden ze. De hele dag. Elk uur, elke minuut.

Elke seconde.

Wachten.

9 Augustus 2008

Het wordt moeilijker. Moeilijker om onze kracht te behouden, moeilijker om onze hoop te behouden. Zouden we hier ooit nog uitkomen? Allebei willen we het zo graag, echt waar. Ik heb nog nooit iets zó graag gewild. Het is alsof... Nee.

Ik heb er geen woorden voor.

Oké. Dus deze brief is puur voor de politie. Als ze hem ooit vinden, weten we in ieder geval zeker dat de mannen opgepakt worden voor wat ze ons aan hebben gedaan. Mij een lange tijd, maar nu ook Marcel. Het kost ons moeite, maar we moeten het doen. Uit gerechtigheid.

Mama, als jij deze brief in handen krijgt, ik wil liever niet dat je verder leest. Voor je eigen bestwil. Hou van je. Xx

Elke dag moeten we beiden bij de Gluiperd komen. Elke dag. Voor het ontbijt, om de beurt. Na de lunch, dus in de middag, ook weer om de beurt. En 's avonds óf ik óf Marcel. Zodra we uit de kelder zijn gehaald, weten we al wat we moeten doen. Als de Loper er staat, Edgar, dan moeten we foto's maken. Naaktfoto's. We moeten dan poseren, zonder kleding, in de raarste posities. Niet zoals modellen, gracieus en netjes, nee. Echt als porno-sterren. Ik mag dan wel niet zo oud zijn – Marcel ook niet – maar we weten allebei dat dit Kinderporno is. Strafbaar, dus.

Maar dat is nog niet het ergste. De andere klusjes, die we veel vaker moeten doen, zijn nog veel erger. Dat is met de Gluiperd alleen.

Eerst roept hij één van ons naar boven. Dan sluit hij de ander weer op. Vervolgens neem hij je mee naar zijn slaapkamer of naar de ''logeerkamer'' en de hele tijd kijkt en praat hij heel erg raar. Alsof hij constant gemasseerd wordt, of zo. Best wel goor. Zodra we dan alleen zijn, doet hij zijn shirt uit. Hij is echt dik, niet normaal, dus is dat ook niet erg fijn. Vervolgens zegt ie tegen één van ons (degene die boven is) dat 'ie zijn kleding uit moet doen. Alles, behalve onderbroek. Dat doen we dan maar.

Als dat gedaan is, trekt de Gluiperd ook zijn broek uit. Dat is nog viezer, want hij heeft heel veel haar op zijn benen. Dan gaat hij op het bed liggen, meestal, of op de rand zitten. Soms blijft hij zelfs staan. En dan zegt hij de dingen die wij moeten doen. Meestal moeten we aftrekken, dat is erg naar. Het goorste is nog wel als we dat ding in onze mond moeten doen, maar soms – heel soms – wil hij het bij ons doen. Nou, ook ik weet wel dat het fijn hoort te voelen, dat soort dingen, maar dit is echt verre van fijn. Ik duik nog liever in een bult met naalden, dan dat hij mij daar aanraakt. En Marcel ook.

Maar helaas. Het moet.

Meestal zijn we na een half uur tot een uur klaar. En dan mogen we terug. Ik voel me altijd erg leeg, als ik weer terug ben. Gelukkig is Marcel er dan en probeert hij mij op te vrolijken, al is het soms vervelend. Niet dat hij dat probeert, dat is erg fijn, maar mijn lichaam reageert vreemd op zijn aanrakingen. Als hij mij knuffelt, krijg ik kippenvel. Dat komt allemaal door de Gluiperd. Hopelijk kan ik, als we hier ooit uitkomen, goede vrienden worden met Marcel. Dat zijn we al, natuurlijk, maar niet zoals het hoort. Goede vrienden horen samen te sporten, te chillen – lol te maken.

Wij kunnen nu geen lol maken. En dat vinden we heel erg.

Dus, ik hoop dat dit genoeg informatie is. 

Louis & Marcel

Snikkend legde Louis de brief in de doos, bij de anderen. Hij voelde hoe Harry het ding nastaarde, alsof het een deel van hen was geworden. Eigenlijk was dat ook zo, want al hun gevoelens en vreselijke daden stonden erin. Soms voelden de jongens zich gewoon schuldig.

Schuldig en vies.

Zwijgend sloeg Harry zijn arm om Louis heen en trok hij hem tegen zich aan. Zo lagen ze daar, samen, op het matras, wachtend tot ze geroepen zouden worden voor het eten.

En dan voor de avondklus.

Tranen rolden genadeloos over hun wangen, maar geen van beide wilde wat zeggen. Dat was het niet waard. Nooit.

Samen vielen ze in een onrustige slaap.


De Kelder ~ [l.t.]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu